Kamer wenst meer invloed Nederland bij VN-
operaties
Door onze diplomatiek redacteur
DEN HAAG, 18 MEI. De overgrote
meerderheid van de Tweede Kamer vindt dat Nederland gezien de stevige
bijdrage vorig jaar meer invloed had moeten hebben op het verloop van
de Kosovo-operaties van de Navo. Ongelukkig is de Kamer met de "magere
rechtsbasis" van de operaties, die het zonder uitdrukkelijk mandaat van
de Veiligheidsraad moesten stellen.
Dit bleek vanmorgen in een fractieleidersdebat over de Kosovo-
evaluatienota van het kabinet. Die nota was gemaakt op verzoek van
PvdA-fractievoorzitter Melkert en verscheen twee maanden geleden.
Praktisch alle fractievoorzitters, ook die van de regeringspartijen,
vinden dat er een duidelijker verband moet zijn tussen wat een land aan
acties bijdraagt en wat het aan invloed heeft. Melkert ging het verst
door voor de toekomst te eisen dat Nederland voortaan vooraf zo'n
verband binnen de Navo moet laten vastleggen. Maar ook Dijkstal (VVD),
De Graaf (D66), De Hoop Scheffer (CDA) en Rosenmöller (GroenLinks)
toonden zich ontevreden over het gebrek aan Nederlandse invloed en de
dominantie in de regie die de kabinets nota de VS, Groot-Brittannië
en Frankrijk verwijt.
De overgrote meerderheid van de Kamer (alleen de SP niet) bleef erbij
dat er ondanks alle kritiek op de uitvoering van de operaties en het
aanvankelijke gebrek aan effectiviteit ervan vorig jaar maart toch geen
alternatief voor het Navo-ingrijpen was geweest. Kritiek was er wel op
de bescheiden aandacht die het kabinet in de nota heeft gegeven aan het
ontbreken van een mandaat van de Veiligheidsraad. Omdat de legitimiteit
van acties daardoor haar basis vooral moest vinden in een
onderschikking van de Joegoslavische soevereiniteit aan het voorkomen
van een humanitaire ramp, roept dat volgens vele fracties de vraag op
hoe dat dan elders op de wereld (Rwanda, Tsjetsjenië, Sierra Leone)
is gesteld. De Graaf vroeg het Internationaal Strafhof via de VN een
standpunt over dit probleem te laten geven.