Informatie drugsinvoer afkomstig van criminelen

Door onze redacteuren
MARCEL HAENEN en TOM-JAN MEEUS
DEN HAAG, 22 JUNI. Twee criminele informanten hebben bij de Haarlemse rechter-commissaris C. Flint-van Noort uit de doeken gedaan hoe het Nederlandse opsporingsapparaat ingeschakeld is bij de invoer van 15.000 kilo cocaïne.

Het zijn deze verklaringen die de Tweede-Kamercommissie Kalsbeek eerder deze maand tot de conclusie brachten dat tijdens de IRT-affaire begin jaren negentig niet alleen softdrugs maar ook harddrugs door opsporingsambtenaren op de markt zijn gebracht. De informanten hebben hun verklaring afgelegd op verzoek van de Haarlemse officier van justitie P. Snijders die sinds 1994 de corruptie in het opsporingsapparaat onderzoekt. De informanten zijn naar verluidt een ooggetuige uit Colombia en de Nederlandse drugshandelaarster Bettine Martens, een voormalig lid van het Cali-kartel die eerder in Italië een kroongetuigeregeling sloot.

De Kamercommissie is er door Snijders ook op gewezen dat een belangrijke Nederlandse drugshandelaar, Mink K., op vrije voeten zou zijn wegens mogelijke corruptie. Een raadsheer zou zijn invloed hebben aangewend om ondanks een eerdere veroordeling van zes jaar te bewerkstelligen dat hij op formele gronden moest worden vrijgelaten.

Snijders zou beschikken over BVD-informatie waaruit blijkt dat deze raadsheer uit Amsterdam intensieve privé-contacten onderhoudt met een douanier die volgens eerdere onderzoeken namens de overheid het inklaren van drugscontainers regelde ten behoeve van Mink K. De douanier doceerde de raadsheer Oosterse gevechtssporten.

Gisteren is de Kamer door de commissie-Kalsbeek achter gesloten deuren geïnformeerd over de bronnen en achtergronden van het parlementaire onderzoek. Binnen het OM blijft men overigens sceptisch. De corruptie, alsook de vermeende omvang van de cocaïne-importen zouden niet overtuigend zijn aan te tonen.

De top van het OM zou besloten hebben dat er nu één nieuw en centraal onderzoek komt naar de open einden van de IRT-affaire. Hiermee worden de officieren Noordhoek en Haverkate belast die met het landelijk rechercheteam deze klus moeten klaren. Alle informatie moet in hun handen worden gesteld.

NRC Webpagina's
22 juni 1999