Dossier IRT-affaire
Nieuws
Rapport
Kamercommissie
Achtergrond
Biografie
Opinie
Begrippen
|
Belangrijkste aanbevelingen commissie-Van Traa
De Tweede Kamer debatteert drie dagen lang met de parlementaire
enquêtecommissie opsporingsmethoden over haar eindrapport. De
belangrijkste aanbevelingen van de commissie-Van Traa over infiltratie,
doorlaten van verdovende middelen met medeweten van de politie,
afluisteren en
inkijkoperaties.
- De wet definieert limitatief alle opsporingsmethoden die een inbreuk
maken
op de fundamentele rechten van de burger. Opsporingsmethoden kunnen niet
worden
ingezet als er geen wettelijke basis voor is.
- Het gebruik van opsporingsmethoden moet expliciet worden vastgelegd.
Op elk
moment moet het mogelijk zijn te achterhalen met welke methode bepaalde
informatie is verzameld. De rechter moet alle methoden kunnen toetsen.
- Het openbaar ministerie heeft het gezag over de opsporing en beslist
over
het gebruik van de methoden.
- De zogeheten proactieve fase van het opsporingsonderzoek, waarin er
nog geen
sprake is van verdenking of een verdachte, krijgt een plaats in het
Wetboek van
Strafvordering. Door de politie werd deze fase vaak in het geheim
gebruikt om
hardere bewijzen te verzamelen tegen potentiële verdachten.
- De rol van de Centrale Toetsingscommissie (CTC) van het openbaar
ministerie
verdwijnt. De CTC oordeelt nu over de toelaatbaarheid van vergaande
opsporingsmethoden. De enquêtecommissie vindt dat een zaak van de
officier
van justitie, de hoofdofficier, de procureur-generaal of de minister van
Justitie, naar gelang de zwaarte van de methode.
- Het aftappen van telecommunicatie (telefoon, fax, semafoon) wordt
mogelijk
bij een redelijk vermoeden van een ernstig misdrijf. Aftappen en het
direct
afluisteren van verdachten mag alleen geschieden onder strikte voorwaarden.
- Het op de markt laten verdwijnen van verdovende middelen om meer
zicht te
krijgen op een criminele organisatie is niet toegestaan, met uitzondering
van
"kleine hoeveelheden softdrugs".
- De politie mag zogenoemde inkijkoperaties alleen uitvoeren
onder
strikte voorwaarden. Deze methode moet worden vastgelegd in de wet.
- Het aanbrengen van plaatsbepalingsapparatuur ("peilbakens") op voer-
en
vaartuigen mag alleen bij verdenking van zwaardere misdrijven.
- Infiltratie in
misdaadbendes
mag alleen gebeuren door politiemensen, niet door burgers.
- Deals met criminelen -
afspraken
tussen een crimineel en het openbaar ministerie over een
getuigenverklaring in
ruil voor tipgeld of een
lagere eis
in het strafproces - zijn alleen toelaatbaar als uiterste redmiddel in
zaken van
georganiseerde crimnaliteit of zaken van leven en dood. De figuur van de
kroongetuige, die informatie
levert
in ruil voor strafvermindering of ontslag van vervolging, moet niet
worden
geïntroduceerd.
|
NRC Webpagina's
16 april 1996
|