Vertrekken
Hollandising
Radarbeelden
Surabaya
Roestwolk
|
Hollandising
Aan het begin van de jaren negentig ontstond in de directie van de luchthaven het idee dat Schiphol in de toekomst vooral zou moeten groeien als transfer-luchthaven. Omdat Schiphol, volgens het management, voor veel buitenlandse passagiers het enige gedeelte van Nederland was dat ze te zien zouden krijgen, werd besloten dat de luchthaven zich meer als Nederlands zou profileren - Hollandising werd het toverwoord. Ook de kunst op de luchthaven werd voor dat doel ingezet. Hugo Kaagman werd gevraagd om een wand vol te schilderen met de van hem bekende delftsblauwe motiefjes, en Mark Brusse installeerde een 'meeting point' dat uit een paar klompen op een enorme sokkel bestaat - als de plannen van de toenmalige directeur waren doorgegaan had een van de verkeerstorens de vorm van een tulp gekregen. Dat is veranderd sinds H. Smits in 1993 directeur van Schiphol werd en de nieuwe uitbreiding van de luchthaven vroeg om nieuwe kunstwerken. Smits werd zelf voorzitter van de kunstcommissie en vroeg Wim Crouwel, ontwerper en voormalig directeur van Museum Boijmans Van Beuningen, en Saskia Bos, directeur van de Appel in Amsterdam, om ook in het overleg plaats te nemen. Sindsdien lijkt er weer beleid in de Schiphol-collectie te komen. De opvallendste werken van
de collectie, zoals de beelden van Holzer en Adams zijn de afgelopen drie jaar aangekocht en de plannen voor nieuwe kunstwerken, onder meer van de Italiaanse kunstenaar Mario Merz, klinken veelbelovend.
Mark Brusse: I meet you (1993) Aankomsthal 3. (c) Vincent Mentzel
De allerbeste aankoop van vorig jaar is het werk dat, in samenwerking met de spoorwegen, op perron vier van het NS-station werd geïnstalleerd: een filmpje dat Marijke van Warmerdam maakte van een douchende man, vorig jaar al te zien op de Biennale van Venetië. De camera is in het filmpje recht op de man gericht, maar hij kijkt niet in de lens. Met een wat duffe blik in zijn ogen, maar bijzonder stoïcijns, laat hij het douchewater over zijn hoofd lopen, uren en uren achter elkaar door - af en toe spuwt hij een klein straaltje uit. Het is een prachtig, merkwaardig rustpunt tussen alle reizigers die zenuwachtig op hun trein staan te wachten.
,,De komst van Smits in 1993 heeft erg geholpen om het kunstbeleid meer geaccepteerd te krijgen'', zegt Ben van Heesbeen. ,,Dat hij voorzitter van de kunstcommissie is geworden, betekent dat kunst op Schiphol serieus genomen wordt, ook door de mensen die zich met commerciële activiteiten bezighouden. Ik merk dat de strijd om een goede locatie niet altijd meer uitvalt in het voordeel van het hamburgerstalletje - daarmee is al veel gewonnen.'' Saskia Bos: ,,We zoeken in het kunstbeleid op dit moment vooral naar werk dat de strijd met de commercie aankan. Het is voor de kunst zo sterk dringen tussen de reclameborden, de wegwijzers en de ijsverkopers dat we zoeken naar kunstenaars die zich distantiëren van die reclame-uitingen en daar oplossingen voor zoeken. Kunstenaars die zeggen: als er in de lucht geen plaats meer is voor mij, dan ga ik wel in de grond zitten.''
Terug...
|
|