Parijs krijgt voor het eerst in 130 jaar linkse burgemeester

PARIJS, 19 MAART. Parijs maakt zich op voor zijn eerste linkse bestuur in 130 jaar. De socialist Bertrand Delanoë heeft zondag in de tweede ronde van de gemeenteraadsverkiezingen een absolute meerderheid binnengesleept. Ook Lyon krijgt een linkse burgemeester, maar andere steden, zoals Straatsburg, Evreux en Nîmes, gaan in centrumrechtse handen over.

Duizenden Parijzenaars gingen de straat op om de overwinning van links te vieren. Volgens de gemeente heeft de rood-groene coalitie 89 van de 163 zetels in de gemeenteraad behaald, zeven zetels meer dan de absolute meerderheid. De linkse partijen hebben afgesproken zich achter Delanoë te scharen als de raad later deze week de burgemeester kiest. De lijst-Delanoë kreeg 50 procent van alle uitgebrachte stemmen.

Delanoës tegenstrever van de gaullistische RPR, Philippe Séguin, bleef steken op 36 procent. De dissidente huidige burgemeester Jean Tiberi, geroyeerd door de RPR en in allerlei schandalen verwikkeld, kreeg 12 procent en de laatste 2 procent ging naar kleine rechtse partijen. Séguin en Tiberi gaven elkaar de schuld van de nederlaag. Links kreeg de meerderheid in twaalf van de twintig arrondissementen.

Als Delanoë inderdaad de scepter gaat zwaaien in Parijs, betekent dat een grote nederlaag voor de gaullistische president Chirac, die voor hij in 1995 staatshoofd werd, zelf achttien jaar burgemeester van Parijs is geweest. Parijs heeft pas sinds 1977 een burgemeester. Tot dan werd de stad bestuurd door een politieprefect.

Hoewel links het in de hoofdstad goed deed, moest het in de provincies toch in rechts zijn meerdere erkennen. De verwachte rode golf bleef uit. Centrumrechts verweerde zich beter dan verwacht. Bijna dertig steden, waaronder Straatsburg, Blois, Evreux, Rouen en Quimper, gingen zelfs in rechtse handen over.

In de ,,rode ceintuur'' rond de Franse hoofdstad - de randgemeentes - hebben de communisten ingeleverd ten gunste van centrumrechts. De communisten verloren ook Nîmes, de enige stad met meer dan 100.000 inwoners die zij in handen hadden.

De op Parijs na grootste stad van Frankrijk, Marseille, bleef in handen van rechts. Lyon, de derde stad van het land, viel wel in linkse handen. De socialist Gérard Collomb profiteerde van ruzie in het centrum-rechtse kamp, net als zijn collega Delanoë in Parijs. Het extreem-rechtse Front National van Jean-Marie Le Pen behield in het zuiden de steden Marignane en Vitrolles. In de eerste ronde was dat al het geval met Orange, waar burgemeester Bompard, overigens zonder het etiquette 'Front', zijn zetel met meer dan 60 procent van de uitgebrachte stemmen veilig stelde. Eerder verloor het Front zijn grootste stad, het meer dan 100.000 inwoners tellende Toulon.

In Toulouse moest links onverwacht verlies incasseren. De liberaal Douste-Blazy lijkt in de tweede ronde zijn linkse tegenstrever François Simon te hebben verslagen met 52 tegen 48 procent. Waarschijnlijk heeft de hogere opkomst in de tweede ronde Simon de das omgedaan. Minister Elisabeth Guigou van Sociale Zaken en Werkgelegenheid leed in Avignon een klinkende nederlaag tegenover haar gaullistische tegenstreefster Marie-Josée Roig, de huidige burgemeester van de Zuid-Franse stad.

Eenzelfde lot was weggelegd voor minister van Onderwijs Jack Lang in Blois. Lang, al eerder burgervader van de stad, werd waarschijnlijk gestraft voor zijn gehengel naar de post in Parijs. Martine Aubry, de voorganger van Guigou op Sociale Zaken, won wel. In de strijd om het burgemeesterschap van Lille versloeg zij oud-premier Mauroy. (ANP)

Zie ook:

'Parijzenaars zijn geen koude monsters' (15 maart 2001)
Linkse golf blijft uit in Frankrijk (12 maart 2001)
Dreigende 'val' Parijs eigen schuld van rechts (12 maart 2001)
Politieke 'sterren' niet zomaar burgemeester (12 maart 2001)
Duizend kilometer rijden voor die ene stem die telt (11 maart 2001)
Stembussen in Frankrijk geopend (11 maart 2001)
Vuile straten, schone handen (10 maart 2001)