Bedenker 'rondje om kerk'
'Uitstel rooster NS kan best'
In 1984 bedacht Kees Bos een
plan tegen vertragingen bij de NS: het rondje om de kerk. Het
déja vu van een oud-roostermaker.
Door onze redacteur ESTHER ROSENBERG
ROTTERDAM, 9 APRIL. Het overleg tussen de bonden en de directie van de
Nederlandse Spoorwegen (NS) moest nog beginnen, maar Kees Bos (71) was
vanochtend al pessimistisch. Hij heeft de weerstand van de machinisten
en de conducteurs tegen het 'rondje om de kerk' zelf ondervonden -
vijftien jaar geleden.
Bos was toen adjunct-chef van de lijndienst bij NS. Hij ging onder meer
over de dienstroosters bij de spoorwegen. De treinen reden nog voor 95
procent op tijd (nu schommelt dat percentage rond de 80) maar "we gleden
af naar 91 procent", zegt Bos. Hij voorzag dat het alleen maar drukker
zou worden op het spoor en de verkeersleiding problemen zou krijgen.
Hij bedacht een plan ("samen met anderen"). Machinisten en conducteurs
zouden aan elkaar, aan het materieel en aan een vast traject gekoppeld
moeten worden op een bepaalde dag. De volgende dag herhaalde zich
hetzelfde proces, maar dan op een ander traject, met een andere collega,
met een andere trein. Door het personeel niet door het hele land te
laten 'zwerven' kon NS de olievlekwerking van de vertragingen beperken.
Nu moeten treinen vaak wachten tot een machinist op een andere trein met
vertraging is gearriveerd. Waardoor die trein ook weer te laat vertrekt.
Toen werd het plan door de bonden al spottend het 'rondje om de kerk'
genoemd, de officiële benaming was 'decomplicering van de
treindienst'. Later heette het 'procesvereenvoudiging', Bestemming Klant
en sinds enkele maanden anti-vertragingsplan.
Bos besefte toen al dat het plan op tegenstand van het rijdend personeel
zou stuiten. Wat heet, hij kreeg anonieme post in de bus, rouwkaarten
met zijn eigen naam. De vrijheid van het rijdend personeel werd
ingeperkt, maar volgens Bos bleef er genoeg variatie over in hun werk,
werd het er misschien zelfs leuker door. Machinisten en conducteurs
werden verantwoordelijk voor hun eigen trajecten.
In 1984 ontvouwde Bos zijn plan voor toenmalig president-directeur
Ploeger, die het een goed idee vond. "Ploeger was net naar de opening
van een station in Lelystad geweest. Daar kwam hij een conducteur tegen
die als standplaats Alkmaar had. Ploeger vroeg de volgende dag aan mij
hoe die conducteur daar terechtkwam. En hoe die conducteur reizigers in
hemelsnaam informatie zou kunnen geven over Lelystad. Toen heb ik hem
over mijn plan verteld."
Bos (inmiddels directeur NS Goederen) kreeg de leiding over een
werkgroep met daarin leden van NS, van de bonden en van de
ondernemingsraad. Ze kwamen er niet uit, er was te veel weerstand.
Daarom werd in 1986 een onafhankelijk voorzitter aangesteld, Schelto
Patijn, toen nog commissaris van de koningin in Zuid-Holland. "Net als
Stekelenburg en Blankert nu, werd ook Patijn door de NS-directie
geschoffeerd. Ook hij gaf de opdracht terug."
Ploeger blies het project af. Twee jaar eerder hadden de Nederlandse
Spoorwegen onder zijn leiding namelijk een staking meegemaakt, zeven
weken lang, iedere dag een andere regio. Dat wilde hij niet nog eens
meemaken. Bos vindt dat het vereenvoudigde dienstrooster toen ingevoerd
had moeten worden. "Dan hadden we nu die ellende niet gehad." Tot twee
jaar geleden durfde niemand bij NS het opnieuw aan.
Bos begrijpt dat de huidige president-directeur van NS, Hans Huisinga,
niet wil toegeven aan de bonden, dat hij echt wil doorzetten. Als het
personeel nu weer gelijk krijgt, duurt het nog jaren voor het ingevoerd
kan worden. Het nieuwe rooster moét er komen, vindt ook Bos. Maar
dat het niet uitgesteld kán worden - dat is niet waar, zegt hij.
Het maken van werkroosters is een ingewikkeld proces, zegt Bos. Maar net
als de planners van de vakbonden bij NS zeggen, zoals roosterdeskundige
Ben Jansen van het Amsterdamse bedrijf Atos zegt, zo zegt ook Kees Bos:
als je een nieuw werkrooster per 10 juni wilt invoeren, kun je nu nog
overnieuw beginnen. NS-topman Huisinga heeft steeds gezegd dat dit
"technisch onmogelijk is". Bos geeft toe dat er in de tien jaar dat hij
nu weg is bij NS dingen veranderd zijn. Er zijn meer treinen gaan rijden
(5.000 per dag nu, tegen 4.500 toen), de planners werken vaker met
computers. Maar hij is stellig: Een nieuw werkrooster is binnen enkele
weken gemaakt. Als het echt nodig is nog sneller. Een noodplan ligt er
binnen 48 uur, bij incidenten. "Als er een ernstig treinongeluk was,
reden de goederentreinen die nacht weer, onregelmatig. De volgende
ochtend reden de treinen weer op tijd, volgens een geheel nieuw schema."