NIEUWS   |   TEGENSPRAAK   |   SUPPLEMENT   |   AGENDA   |   ARCHIEF   |   ADVERTENTIES   |  SERVICE  

Inhoud
Hoofdlijnen Miljoenennota
Troonrede
Artikelen
Departementen
Miljoenennota in beeld
Algemene Beschouwingen



Miljoenen op maat


ARCHIEF

  • Rijksbegroting 1999
  • Rijksbegroting 1998
  • Rijksbegroting 1997
  • Rijksbegroting 1996
  • NIEUWE BEZEMS - SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

    Geroutineerde De Vries is de kalmte zelve

    Door onze redacteur ROBERT GIEBELS
    DEN HAAG, 1 DEC. De ministers van Paars II verdedigen hun tweede begroting. Wat doen zij anders dan hun voorgangers? Deel 9 van een serie.

    ,,Hoe lang moet jij nog?'' Klaas de Vries, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, houdt van een grapje. Nauwkeuriger gezegd: Klaas de Vries houdt van één grapje. Sinds zijn aantreden begin augustus vorig jaar ging er geen toespraak, persconferentie of ander openbaar optreden voorbij of De Vries vertelde wat hij steeds hoort op feesten en partijen: ,,55-plussers vragen elkaar bij die gelegenheden niet langer wat voor werk ze doen. Ze vragen: hoe lang moet jij nog?''

    PvdA'er De Vries, zelf 56, wilde maar zeggen dat de mentaliteit van oudere werknemers verkeerd is. Hooguit eenderde van de 55-plussers in Nederland werkt als gevolg van een fout uit het verleden. Toen werd geprobeerd de jeugdwerkloosheid op te lossen door het voor oudere werknemers aantrekkelijk te maken hun loopbaan te beëindigen en met de VUT te gaan. Het grapje van De Vries werd steevast gevolgd door de opmerking dat híj als 55-plusser het goede voorbeeld wilde geven. Desalniettemin wekte hij al meteen de indruk van de vermoeide man die gebukt ging onder de zware baan die minister van Sociale Zaken heet.

    De Vries wilde overigens nóg een punt maken: ministers zouden zich louter met hoofdlijnen bezig moeten houden; details en uitvoering is voor staatssecretarissen. Maar hij schoot ermee in eigen voet. Toen het kabinet na de crisis over het referendum van demissionaire naar 'missionaire' status ging, hielden verscheidene politici en Haagse volgers rekening met het vroegtijdig opstappen van deze minister.

    Wat anderen over hem en zijn diepste zielenroerselen denken, zal De Vries overigens worst wezen. Dat straalt hij althans uit. Hij presenteert zich als aspirant-staatsman: zalvend afstand houden en af en toe met vriendelijke stem verschrikkelijk uithalen naar opponenten, bijvoorbeeld in de Tweede Kamer. Na teleurstellende eerste optredens aldaar - het geroezemoes maakte de eentonig fluisterende De Vries onverstaanbaar - heeft hij nu het debatteren in de vingers. En mag hij vooral graag Gerda Verburg (CDA) voor overjarige vis uitmaken. De Vries' voorganger Melkert had ook zo'n boksbal, de huidige VVD-staatssecretaris van Defensie, Van Hoof. De aanpak van de veelbesproken Melkert verschilde voor het overige totaal van die van De Vries. Voor zijn ambitieuze en veel jongere voorganger Melkert was het hondsmoeilijke ministerschap een eerste testcase.

    Dat hebben ze tussen 1994 en 1998 geweten op het departement. Ad Melkert haalde het uiterste uit zijn 'apparaat'. Volgens de één kwam daarbij het beste van Sociale Zaken naar boven, volgens de ander werd het ministerie vier jaar lang uitgewrongen, uitsluitend om Melkert op de politieke kaart te zetten. Op grond van beide visies was de huidige voorzitter van de Tweede-Kamerfractie van de PvdA in ieder geval zeer aanwezig, vooral in de media. Ook daarin verschilt de huidige minister met zijn voorganger. De Vries is vooral aanwezig in de ministerraad. Makkelijk scoren via de media met standpunten over zaken die niets met Sociale Zaken te maken hebben, daar houdt De Vries niet van. Noch van politici die op hun ideologische ponteneur staan, nadat de kracht van hun argument onvoldoende is gebleken. De Vries denkt in bestuurlijke modellen die lang houdbaar, beargumenteerd en verantwoord zijn.

    Het leidt er toe dat vooral zijn (door Melkert geleide) partijgenoten in de Tweede Kamerfractie kritisch zijn over de wijze waarop De Vries zijn ministerschap invult. 'Klaas is onzichtbaar', 'Klaas komt niet met iets nieuws' en 'Klaas geeft de regie uit handen' zijn de klachten. Als illustratie wordt het optreden van VVD-minister van Economische Zaken Jorritsma gezien. Zij 'claimde' vorige maand opeens het onderwerp De Arbeidsmarkt en kwam met noties en voorstellen waar het ministerie van Sociale Zaken al jaren mee bezig is. ,,Nederland rijdt met een aangetrokken handrem. Die handrem wil ik er de komende jaren afhalen'', zo sprak de VVD-politica. Zij heeft die handrem van De Vries afgepakt, zo concluderen ze bij de PvdA.

    Het, in vergelijking met Melkert, ingetogen publieke optreden van De Vries gaat hand in hand met de totaal andere opdracht waarvoor de bewindsman zich in vergelijking met zijn voorganger gesteld ziet. De Vries moet min of meer oogsten wat Melkert heeft gezaaid. De laatste kwam met het ene na het andere idee en experiment. Onder De Vries mag dat nu allemaal worden uitgevoerd.

    Niet elke ambtenaar ligt dat. Voor sommigen is de komst van de wegbereider van beide kabinetten-Kok en dus politiek zwaargewicht De Vries dan ook op een teleurstelling uitgelopen.

    Melkert communiceerde soms rechtstreeks met lagere, maar geïnspireerde ambtenaren, terwijl sinds De Vries aantrad elk echelon zijn paraaf op ambtelijke nota's moet zetten. ,,Er zit geen Schwung meer in het ministerie'', zeggen ambtenaren die daar het slachtoffer van zijn geworden.

    Dergelijke opvattingen dateren evenwel van voor het conflict dat De Vries thans uitvecht met werkgevers en werknemers over de uitvoering van de sociale zekerheid. Weliswaar is dat niet een onderwerp dat op een spandoek past, het biedt de minister wel de mogelijkheid om te laten zien uit welk hout hij is gesneden. De Vries hoeft zich daarvoor niet te forceren en is de kalmte zelve. Van typeringen als 'onzichtbaar' en 'regie kwijt' is even geen sprake. Hij lijkt wel een staatsman, zeggen ze nu bij de PvdA.

    NRC Webpagina's
    1 DECEMBER 1999

    Den Haag


    Bovenkant pagina

    NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)