U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    titel  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

 HET DROMERIGE IS ER
WEL EEN BEETJE AF

 INLEIDING
 IDEALISTEN
 COBRA
 LEEFTIJD

Leeftijd

Na vier Haarlemse jaren verhuisde Espace in 1960 naar Amsterdam. Drie jaar later trok Polly Chapon zich terug om een eigen galerie in Brussel te beginnen. Corneille: Sans titre (1995)

Corneille: Sans titre (1995)

Eva Bendien zette Espace aanvankelijk alleen voort en vanaf 1965 samen met Rutger Noordhoek Hegt. Eerst deed hij de administratie, maar al gauw ging hij mee op atelierbezoek en werd de galerie een gezamenlijke onderneming.

Voor Rutger Noordhoek Hegt was het veel minder vanzelfsprekend om in een galerie te gaan werken dan voor Eva Bendien. Voor hij haar leerde kennen had hij enkele jaren medicijnen gestudeerd en daarna verschillende baantjes gehad. Toneel had hem altijd meer aangesproken dan beeldende kunst, maar toen hij haar vergezelde bij een bezoek aan het atelier van Roger Raveel, maakte dat zo'n indruk dat hij gewonnen was voor de beeldende kunst.

Als ik met hem praat over de relatie galeriehouder-kunstenaar, zegt hij: ,,Eva is natuurlijk wel de moeder die het gezin bij elkaar houdt.'' Verkopen en met lastige klanten omgaan, kan ze volgens hem ook beter dan hij: ,,Ik verkoop niet graag. Als ik weet dat een kunstwerk goed terecht komt, bij iemand die we kennen, of in een museum, vind ik het niet zo erg. Maar als mensen zeggen: "We komen ons oriënteren', dan laat ik het aan Eva over.''

Eva Bendien: ,,Er komen nu meer mensen dan vroeger in de galerie die geen affiniteit hebben met beeldende kunst maar denken dat het een must is om een modern schilderij aan de muur te hebben. Ze weten niet wat ze willen, ze zeggen: "Ik zoek iets dat me aanspreekt.' Ik vraag: "Is er een naam van een kunstenaar die U kent, wiens werk U mooi vindt?' "Nee, dat weten we niet.' Dan zeg ik: "Ik denk niet dat er iets voor u bij is.' ''

Rutger Noordhoek Hegt: ,,Er is minder drempelvrees dan vroeger, al gebeurt het nog wel dat mensen na lang aarzelen aanbellen en vragen of ze iets moeten betalen. Die hebben dan bijvoorbeeld Klaas Gubbels op de televisie gezien en gehoord dat hij hier exposeert. En er is nog een verschil met vroeger: de mensen worden niet meer kwaad. "Dat kan mijn kleine broertje ook', hoor je niet meer.''

Op veel vragen die ik hen afzonderlijk stel, geven ze beiden min of meer een gelijkluidend antwoord. Bijvoorbeeld op de vraag of er zoiets als een "Espace- stijl' bestaat, een zekere overeenkomst in het werk van de kunstenaars die bij de galerie horen. Het is duidelijk: zo'n stijl bestaat niet. Rutger Noordhoek Hegt: ,,Als je alles overziet, valt het onmogelijk onder één noemer te brengen. Klaas Gubbels is een volstrekt andere kunstenaar dan Jan Roeland. Wat we nooit hebben geëxposeerd is geometrisch-abstracte kunst. Bij de keuze van kunstenaars vertrouwen we op onze intuïtie. Eva komt sneller tot een oordeel dan ik. Ik heb een dag nodig, ik wantrouw mijn eerste oordeel.''

Eva Bendien: ,,Ik ben niet theoretisch ingesteld, niet cerebraal. Al die lange verhalen in catalogi, die redeneringen over beeldende kunst, zeggen me niets. Het gaat mij om het kijken, het zien. Omdat ik mijn hele leven naar kunst heb gekeken, heb ik onderscheidingsvermogen gekregen en durf ik op mijn gevoel af te gaan. Het werk van kunstenaars als Volten of Struycken is mij te kaal en te rechtlijnig. Ik heb ook een hekel aan surrealistische kunst. Bij Cobra sprak het spontane en directe van bijvoorbeeld Appel en Corneille me aan, hoewel Corneille meer een estheet is. Maar het werk van de Nieuwe Figuratie, van Lucassen of Raveel, is helemaal niet spontaan en direct. Je kunt dus niet van een Espace-stijl spreken. Ik houd juist van monomane eenlingen zoals Klaas Gubbels, Anton Heijboer en eigenlijk ook Raveel.''

De laatste jaren kwamen er nog wel kunstenaars bij - Gabriëlle van de Laak, Tjibbe Hooghiemstra, Ronald Noorman - maar ze heeft er nu een punt achter gezet: ,,Het is belangrijker dat we ons inspannen voor de kunstenaars die nu bij Espace zijn dan dat we steeds wat nieuws brengen. We voelen ons verantwoordelijk voor hen, dat het goed gaat met hun werk, dat ze bekend worden en aan de kost komen.'' Een enkele keer kwam het voor dat een kunstenaar opstapte bij Espace: ,,Carel Visser dacht dat Art & Project internationaal meer voor hem kon doen, dus hij is weggegaan. En sommigen lieten zich weglokken door kunsthandelaars die rammelden met een geldbuidel, maar die kwamen dan meestal met hangende pootjes weer terug. Kunstenaars verkijken zich vaak op een galerie. Ze zijn geïmponeerd door galeries die grote namen brengen, maar die blijken dan failliet te gaan en niet te betalen.''

Naarmate ze ouder werd, werd het leeftijdsverschil met jonge kunstenaars die ze aantrok groter. Eva Bendien reageert verbaasd als ik dit ter sprake breng. Ze ging altijd met jongere mensen om en over leeftijd denkt ze niet na. ,,Ik heb tot me door moeten laten dringen dat ik oud ben, doordat andere mensen dat zeiden. Weet je dat ik een afkeer heb van oude mensen? Van die oude dames die altijd zeuren. Ik ben met veel van onze kunstenaars bevriend geraakt en daarbij speelt leeftijd geen enkele rol.''

De nieuwe ontwikkelingen in de beeldende kunst probeert ze nog wel te volgen, maar "het echt goed bijhouden' doet ze niet meer, daarvoor is het aanbod te groot geworden. ,,Naar de nieuwe aankopen van het Stedelijk Museum ben ik nog wel nieuwsgierig. Maar voor videokunst heb ik geen geduld. Ik vind het vervelend om in een museum op een stoeltje te gaan zitten en naar een video te kijken. Installaties vind ik vaak gezocht en onbenullig, maar laatst zag ik in De Appel een installatie van Mark Manders en dat was werkelijk bijzonder. Hij had allerlei kleine voorwerpjes op de vloer gelegd die met het getal 5 te maken hadden. Het geheel straalde een sfeer van aandoenlijke eenzaamheid uit. '' In haar veertig Espace-jaren heeft Eva Bendien nooit overwogen om te stoppen met de galerie. Als een tentoonstelling slecht liep, dacht ze: "O jé, de mensen willen niet meer kopen', maar bij een volgende tentoonstelling ging het ineens weer goed en zag ze de toekomst weer vrolijk in. Na de vakanties, als ze vervuld was van de natuur, of van iets anders _ "Ik moet altijd iets fanatiek aan mijn hoofd hebben' _ viel het werk haar weleens zwaar: ,,Dan komt al dat geregel op je af, afspraken, transporten, financiën en dan denk ik: "Oh oh, het is me allemaal te veel en te ingewikkeld en te moeilijk.' Want er komt meer bij kijken dan leuk schilderijtjes ophangen en die verkopen. We doen het wel rustiger aan dan vroeger, de galerie is minder vaak open. Soms besteden we nu werk van onze kunstenaars uit aan bevriende galeries in andere delen van het land, zoals Galerie Wansink in Roermond. En we verkopen geen grafiek meer, dat werd te bewerkelijk.''

Viert Espace over tien jaar het vijftigjarig jubileum? Eva Bendien: ,,Daar denk ik niet over na. Maar we willen er allebei wel zo lang mogelijk mee doorgaan. Ik zou niet weten wat ik anders moest doen.''

De tentoonstelling "40 jaar Espace', in de Vleeshal in Haarlem, is te zien van 31 aug. tot 19 okt. Bij Galerie Espace (Keizersgracht 548, Amsterdam) opent op 3 sept. de expositie "Een huis vol', met een keuze uit wat hier de afgelopen 40 jaar getoond werd. (Tot 25 okt.)

NRC Webpagina's
15 augustus 1997

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl) AUGUSTUS 1997