U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
Klik hier
N R C   H A N D E L S B L A D  -  B I N N E N L A N D
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 NIEUWSSELECTIE 
 KORT NIEUWS 
 RADIO & TELEVISIE 
 MEDIA 

S c h a k e l s
Stichting tegen zinloos geweld

Actievoeren tegen zinloos geweld. Een sociale beweging ontleed

Beweging tegen geweld succesvol

Door onze redacteur WUBBY LUYENDIJK
ROTTERDAM, 21 OKT. Organisaties van burgers tegen geweld krijgen steeds meer gedaan van autoriteiten en instanties. Lokale burgerinitiatieven tegen zinloos geweld zorgden het afgelopen jaar voor heropening van moordzaken, voor rechtshulp aan slachtoffers en voor wetsvoorstellen waarin zwaardere straffen worden voorgeschreven aan geweldplegers.

Dat blijkt uit onderzoek van deze krant. De uitkomst wordt bevestigd door criminoloog Hans Boutellier die de beweging tegen zinloos geweld in Nederland tegen het licht houdt. Tot juli telde de medewerker van de Vrije Universiteit zestien stichtingen waarin enkele honderden burgers actief zijn en twintig stille tochten waarin honderdduizend mensen meeliepen.

De initiatieven zijn lokaal georganiseerd, hun oprichters komen uit alle lagen van de samenleving. De meesten begonnen hun actie omdat ze zelf slachtoffer werden van geweld - thuis, op straat, in het verkeer. De burgerinitiatieven die zich hebben verenigd in een landelijke vereniging LOVR, geven nieuwe betekenis aan de burgerplicht. Ze vormen een beweging 'nieuwe burgers' waarbinnen de ene burger de andere aanspreekt. Emotie is de drijfveer, maar zakelijkheid het handelsmerk. Ze geven gastlessen op scholen, beleggen een jaarlijkse dag tegen geweld en organiseren stille tochten. Daarnaast spreken ze justitie en politie aan op tekortkomingen. Met succes. Een voorbeeld: zonder de stichting Groningen Veilig, een initiatief van Jaap de Ruijter de Wildt, vader van de vermoorde Anne, had de politie onopgeloste moorden uit het verleden nooit verbonden met recente DNA-gegevens.

Nieuwe burgers


Wie zegt dat burgers wars zijn van politiek? Sinds de dood van Meindert Tjoelker vechten van Axel tot Afferden negentien stichtingen voor meer veiligheid op straat. Met succes, want behalve stille tochten kwamen er ook zwaardere straffen. Alleen de manier waarop is nieuw. Over respect en civil society. 'Ik wil niet de hele tijd moeten zeggen: 'hullie doen'. Ik wil zelf in actie komen.'

Wubby Luyendijk

De buren vinden het maar raar. Heb je een voortuin bij je bescheiden huurwoning, richt je die als altaar in. Op nummer 13, bij Kortekaas, staan zijden bloemen in de borders, hangen multiplex spreuken aan de muur en brandt een kroonluchter met acht kaarsjes. Voor vrede, tegen geweld tegen mens en dier. Want 'je bent een held als je protesteert tegen geweld'.

Wie het Zeeuwse Axel binnenrijdt kan niet om hen heen. Langs elke toegangsweg prijkt een bord van Will en Bea Kortekaas. 'Stichting Stop Zinloos Geweld Tegen Mens en Dier' staat erop. Opgericht begin dit jaar als plaatselijk platform door Will, Bea en het hoofd van de Marijkeschool, vertelt Will. "De knop ging om nadat de KLM honderden eekhoorntjes had laten vermalen en Daniel van Cotthem op het station van Vlaardingen door volslagen vreemden was doodgeschopt."

Ze hebben een dagtaak aan de stichting. Will Kortekaas, een 57-jarige WAO'er, geeft gastlessen op basisscholen - "we hebben zojuist weer een kleurwedstrijd uigeschreven". Zijn 76-jarige vrouw Bea heeft, met hulp van schoolkinderen, de tuin ingericht als stilteplaats - "voor menselijke en dierlijke slachtoffers van zinloos geweld". En er is een lichtmis gehouden in een kerk in Hulst. Totale kosten: 6.700 gulden waarvan de gemeente 500 gulden voor haar rekening neemt. De rest betalen Will en Bea zelf. Waarom doen ze dat? Geld en leven in dienst stellen van zo'n algemene boodschap? Een boodschap bovendien waarvan je niet eens zeker weet of die aankomt? Bea heeft het over "meer saamhorigheid", tussen mensen onderling en tussen mens en dier. Will noemt de buurt - een achterstandswijk met hangjongeren. Ze jatten bloempotten, bekrassen auto's, vernielen beelden en schelden je verrot. Maar de gedenkplaats hebben ze nog met geen vinger aangeraakt. "We bieden de jeugd een plek voor bezinning." Ze zwijgen. Dan neemt Will het woord. Will zegt: "Weet u, ik word mijn hele leven al vreselijk getreiterd."

Bea: "Als jong jongetje moest hij eens gedwongen twintig sigaretten roken. Je was bijna dood." Will: "Eigenlijk proberen we ons nu als eenling aan de wereld te bewijzen." Bea: "Niet iedereen is slecht. We moeten vechten voor verdraagzaamheid." Will: "En het gekke is: uiteindelijk voelen we ons bij de mensen die we bij dit werk ontmoeten, veilig. Veiliger dan bij onze eigen kinderen."

De familie Kortekaas is niet de enige. Van Schagen tot Afferden, van Veenendaal tot Vught strijden negentien plaatselijke stichtingen voor meer veiligheid. Zij hebben zich begin september verenigd in de Landelijke Organisatie voor Veiligheid en Respect ( LOVR). Hun oprichters komen uit alle lagen van de samenleving, uit elke leeftijdsgroep. Een sociaal-maatschappelijk werker, een taxibaas, een advocaat. Een treinconducteur, een doodgraver, een student. Eén initiatiefnemer is wethouder. De meesten begonnen hun actie omdat ze zelf slachtoffer werden van geweld - thuis, op straat, in het verkeer, in de trein. De stichtingen geven nieuwe betekenis aan de burgerplicht. Ze vormen een beweging 'nieuwe burgers' waarbinnen de ene burger de andere aanspreekt. Emotie is de drijfveer, maar zakelijkheid het handelsmerk. Ze geven gastlessen op scholen, beleggen een jaarlijkse dag tegen geweld en organiseren stille tochten. Dat waren er vorige week maar liefst vier - in Rotterdam, Den Haag, Utrecht en opnieuw Den Haag. De kosten dekken ze gedeeltelijk met boeken en cd's. Zo verscheen deze maand behalve een bundel met vraaggesprekken over zinloos geweld, met de titel Mensen Gevraagd, ook een egodocument van Wil Vreeburg, van de vereniging Ouders van een vermoord kind. Ze schrijft over de zoektocht naar haar dochter Caroline die vermoord werd gevonden langs de snelweg in Frankrijk.

Tegelijkertijd spreken de stichtingen overheidsbestuurders aan op hun tekortkomingen. Daarmee oogsten ze in elk geval op het gebied van politie en justitie succes. Ze dragen symbolen aan, zoals de geweldloze zone in Amsterdam, een initiatief van de stichting Tolerance Unltd en de stichting Kappen Nou van Jan Kloppenburg, vader van de in 1996 doodgeschopte Joes. Ze riepen in Rotterdam een gemeentelijk meldpunt Meld Geweld in het leven, een alarmnummer voor geweld, op initiatief van Jacqueline de Jong die op de Rotterdamse Oude Binnenweg onder het oog van voorbijgangers werd afgetuigd. Het kabinet kwam, mede door hun inspanning, met een landelijk platform tegen geweld op straat, bestuurd door de Haagse burgemeester Wim Deetman en de Amsterdamse hoofdcommissaris van politie Jelle Kuiper. En de nieuwe burgers doen voorstellen voor een doeltreffender opsporing van daders. Zonder de stichting Groningen Veilig, een initiatief van Jaap de Ruijter de Wildt, vader van de vermoorde Anne, had de politie onopgeloste moorden uit het verleden nooit verbonden met recente DNA-gegevens. Maar tot nu toe is hun meest vergaande wapenfeit het openbreken van het strafproces. Zonder de lobby van de LOVR had de Tweede Kamer het kabinet tijdens de laatste algemene beschouwingen niet voorgesteld slachtoffers een advocaat toe te voegen. Zonder de massale stille tochten had de PvdA geen initiatief-wetsvoorstel ingediend dat voorschrijft 'geweld-tegen-tussenspringers' als verzwarende omstandigheid aan te voeren. En zonder de publieke verontwaardiging over de lage rechtbankstraf voor de moordenaars van Meindert Tjoelker had het kabinet nooit aangedrongen op zwaardere strafbaarstelling voor geweldpleging die zwaar lichamelijk letsel tot gevolg heeft. Aanjager Jaap de Ruijter de Wildt: "Ik zie dit als het begin. Ik schrijf nu een nota over de positie van nabestaanden en slachtoffers bij politie en justitie. Er is nog zoveel te doen. Waarom stellen we geen tussenpersonen aan die toezien op regelmatig contact tussen nabestaanden en openbaar ministerie? Dat contact is nu nog belabberd, vaak nul komma nul." Samen vormen de burgerinitiatieven een kleine, maar vasthoudende sociale beweging, signaleert criminoloog Hans Boutellier in het komende nummer van het Tijdschrift voor Criminologie, gewijd aan eigenrichting en burgerlijke verantwoordelijkheid. Tot juli telde de VU-medewerker zestien stichtingen waarin enkele honderden burgers actief zijn en twintig stille tochten waarin, alles bij elkaar, honderdduizend mensen meeliepen. De eerste stichting werd begin jaren negentig opgericht in Wormer, uit protest tegen incest en huiselijk geweld. De eerste stille mars was er een decennium eerder, in 1983 in Amsterdam, ter nagedachtenis aan de doodgestoken Antillaanse Kerwin Duinmeyer. Pas in september 1997, na de dood van Meindert Tjoelker, werden ze met elkaar verbonden. Ieder kwartaal kwam er een nieuwe stichting bij met de stille tocht als ritueel.

De zinloosgeweldbeweging is een uiting van wat ze in de Verenigde Staten civil society noemen, zegt Boutellier. In zo'n civil society voeren grass root-organizations van bijvoorbeeld verontruste burgers gezamenlijk actie. Ze bepleiten revitalisering van de moraal, roepen op tot meer respect en geven zo de burgers een stem op het maatschappelijke speelveld van markt, staat en gemeenschap. Want waar de markteconomie draait om economisch eigenbelang en politici zich verliezen in de details van wetgeving, proberen de burgerinitiatieven in Nederland het morele gat te vullen dat de ontzuiling heeft achtergelaten. Daarbij doen ze, zegt Boutellier, een beroep op wat hij noemt: solidariteit op basis van afkeer. "We leven nu in een ontzuilde samenleving zonder grote verhalen, zonder duidelijke beginselen, zonder plichtenethiek. Het individu wil zelf doen maar zoekt ook houvast. Die vindt hij door gemeenschappelijk met andere burgers alles af te wijzen wat hem persoonlijk in zijn achtertuin bedreigt."

Dat herkent Hans Zonneveld (55), CDA-wethouder in Bussum, die de stichting Mensen Gevraagd oprichtte tegen zinloos geweld en een gelijknamige cd uitbracht. Hij zegt: "Ik ben wethouder. Ik doe ruimtelijke ordening, volkshuisvesting, sociale zaken en sport. En ik ben geen geweldslachtoffer. Maar wanneer bemoei ik me nou met de wezenlijke dingen, de echte dingen zoals veiligheid en respect? Ik wil niet passief zijn, ik wil niet de hele tijd moeten zeggen: 'hullie doen'. Ik vind dat ik mijn eigen verantwoordelijkheid moet nemen. Actie dus."

Hij zingt: "Mensen gevraagd om de noodklok te luiden en om tegen de waanzin de straat op te gaan. Mensen gevraagd om de tekens te duiden die alleen nog moedwillig zijn mis te verstaan."

Het is vrijdagavond, in het politiebureau Noord- en Oost-Gelderland klinkt geroezemoes. Nieuwe burgers kauwen er op een krentenbol. De koepel van burgerinitiatieven tegen zinloos geweld, de LOVR, vergadert. Eenentwintig betrokkenen kwamen uit alle hoeken van het land naar Apeldoorn om hun stichting een stem te geven. Ze maken van het actievoeren geen beroep, maar voor de meesten is het wel hun leven. Ze zijn bijna allemaal slachtoffer of omstander van geweld, zoals Marijn Krol van de Stichting Gorcum tegen Geweld. Het had maar een haar gescheeld of de kogels die door de garderobe van discotheek Bacchus vlogen hadden niet Froukje Schuitmaker en Marianne Roza dodelijk getroffen, maar zijn zus.

De meesten zijn er. Vlaardingen, Amsterdam, Gorcum, Wormer, Groningen. Sommigen hebben een bekend gezicht, zoals de vaders-op-kruistocht en de mishandelde treinconducteur Ted Boeree. Tjerk Jan Schuitmaker, broer van de doodgeschoten Froukje, is vrijblijvend aangeschoven maar "stapt eruit als ik het emotioneel niet meer aankan". Anderen zijn minder bekend maar niet minder actief. Neem Anja Krassenburg uit Wormer. Al zes jaar organiseert ze een Dag tegen Geweld. Binnen de beweging is zij de netwerkkampioen. Haar motief: geweld in het gezin, "verder gaat dat niemand ene moer aan". Haar motto: " Ik strijd, hart tegen hard. Verhalen uit de buik, die overtuigen." De aanwezigen zuchten. Nog een kop koffie alsjeblieft, net als de broodjes ter beschikking gesteld door de Apeldoornse politie. Want dat het moeizaam zou worden, had het bestuur al voorzien. "We moeten eerst storten." Geld? "Nee, meningen. En dat gaat er bij de meesten emotioneel aan toe, omdat ze zelf beschadigd zijn." Zo regende het vooraf e-mails en voice-mails. Of het bestuur het straatgeweld maar even als belangrijker wilde aanmerken dan huiselijk geweld en pesten. Of de voorzitter alsjeblieft met een sponsorplan wilde komen. En dat Jantje en Pietje even niet meer door één deur konden. Voorzitter Douwe Buijs, door Kloppenburg opgeduikeld bij organisatiebureau Pentascope ("Je weet wel van de radiospot 'implementeren is ons vak'.") bedacht een list. We gaan niet "de reddertjes spelen", zegt hij, we gaan ook niet doen aan "landje- pik, want als we onze mening te groot maken, maken we alle lokale initiatieven dood". Nee, "nu gaan we alleen over concrete dingen praten". Punt een: wie schrijft de interne nieuwsbrief. Punt twee: wie gaan de website samenstellen? Punt drie: wie gaat inventariseren wat we aan sponsoring kunnen doen? De voorzitter, terzijde: "Eerst dacht ik: komt de LOVR wel van de grond? Nu moet ik uitkijken dat de club niet explodeert."

De LOVR kwam er niet zomaar. Een eerste poging tot oprichting door voorvechter Kloppenburg vorig jaar mislukte, omdat "ik in mijn enthousiasme het woord fusie gebruikte". De deelnemende stichtingen willen hun vrijheid behouden, maar verwachten tegelijkertijd regie, elk op een ander vlak. Dat levert tegenstrijdige opvattingen op. Welk geweld is het belangrijkst om te bestrijden? En welke rol heeft de LOVR daarin? Voorlopig is het motto, zegt Buijs, zoveel hoofden, zoveel zinnen. "Je vindt hier tweeëntwintig verschillende visies op de taak van de LOVR." De Ruijter de Wildt wil dat de vereniging nabestaanden en slachtoffers emancipeert, want de Slachtofferhulp Nederland is met zijn vrijwilligers niets meer dan een wassen neus. Vlaardingen verwacht dat de koepel "ons grote broertje" wordt en "als een ANWB tegen geweld" nationale actie gaat voeren. Rotterdam, niet aanwezig, mikt op een landelijk meldpunt geweld. De stichting Pesten ziet voor voorlichting-op-school een cruciale rol weggelegd. En Wormer ziet de LOVR vooral als netwerkclub, "waar je je geborgen voelt". "En waar iedereen vervolgens zelf uitmaakt wat-ie ermee wil." Dan komt de sponsoring aan de orde. Hans Zonneveld, de wethouder uit Bussum, meldt zich voor een eerste inventarisatie. Dat is een strategische zet, want het onderwerp ligt gevoelig - verdienen aan verdriet wil niemand. Daarom weigeren de meeste aanwezigen ook aan tafel te zitten met de Stichting Tegen Zinloos Geweld uit Noordwijk. De oprichter is een reclamejongen en wil alleen maar geld verdienen, vermoedt Kloppenburg (63). "Hij dropt bij iedere actie zijn lieveheersbeestje met onderstaand gironummer. Wat hij met het geld doet, blijft de vraag. Zolang hij geen openheid van zaken geeft, verdenk ik hem van het exploiteren van geweld." Zelf ontkent oprichter Bart Wisbrun dat. Heeft Kloppenburg zijn website nooit bezocht? Dan kan hij met eigen ogen aanschouwen wat zijn stichting doet: voorlichting op scholen, actie in het verkeer, in de horeca, een jongerenserviceclub, noem maar op. Wisbrun: "Ik snap het niet. Bied ik ze mijn embleem aan, zeggen ze bij de LOVR 'nee'. Waarom iets weggooien dat werkt? Ach, ze zijn gewoon jaloers op ons en het zal ook wel meespelen dat ik zelf geen slachtoffer ben. Maar wat is er mis met een entrepreneur die probeert het gevoel van gemeenschappelijke afkeer vast te houden?" Meningsverschillen of niet: afgelopen maand organiseerde de LOVR al een eerste gezamenlijke actie. Dat was de landelijke 'Dag tegen Geweld en voor het Respect'. Op vijftien plaatsen, van Maastricht tot Middelharnis, van Amersfoort tot Den Haag, vonden bijeenkomsten plaats, variërend van instaptheater en een faxmarathon tot workshops en een landelijk debat met burgemeester Deetman van Den Haag. De opkomst viel tegen - in totaal waren er enkele honderden bezoekers - maar de goede reacties gaven voldoende reden om het volgend jaar weer te doen. "Het kost tijd, geld en een hoop confrontatie", klinkt het. "Maar de energie die je ervoor terugkrijgt is dat dubbel en dwars waard."

De vraag rijst of de zinloosgeweldbeweging toekomst heeft. Dreigt er geen fragmentatie, met al deze punten van discussie? Wacht de burgerinitiatieven geen zelfde einde als de Witte-Marsbeweging in België? Nee, denkt criminoloog Boutellier. Stellig: "Niet zolang de stichtingen hun lokale kracht als oriëntatie blijven gebruiken. Dat is hun bestaansrecht en blijft hun bestaansrecht zolang de overheid taken blijft afstoten." En waar het de Witte-Marsbeweging betreft: die verschilt op essentiële punten van de Nederlandse burgerinitiatieven, blijkt uit zijn onderzoek. De Belgische beweging was massaal en heftig, keerde zich tegen de politieke en justitiële gevestigde orde, maar duurde slechts kort omdat het initiatief werd overgenomen door politici. Dat zal in Nederland niet snel gebeuren, verwacht Boutellier, want hier schuiven de politici aan - ze nemen niets over. De beweging is gesprekspartner van openbaar bestuur, justitie en politie. Wie herinnert zich niet de burgemeesters die in de stille tochten meeliepen? En waarom zou het kabinet anders een landelijk platform beginnen tegen geweld op straat, dat zich opwerpt als bondgenoot van de stichtingen?

Dat laatste beaamt hoofdcommissaris van politie Jelle Kuiper die samen met burgemeester Deetman het platform tegen straatgeweld bestuurt. Maar zo stellig als Boutellier durft hij niet te zijn over de toekomst van de zinloosgeweldbeweging. "Ik kan het succes nog niet eens verklaren", zegt hij, "hoe moet ik dan hun toekomst voorspellen?" Voorlopig heeft de zinloosgeweldbeweging het tij mee, stelt hij vast. Het geweld neemt toe als je afgaat op de aangiften bij politie. De beweging is een initiatief van slachtoffers die de hedendaagse helden zijn. Het thema geweld appelleert aan de behoefte van de zelfbewuste, steeds mondiger burger die wil kiezen voor onderwerpen in plaats van vertegenwoordigers die alles wel eens even voor je oplossen. En de lokale, concrete aanpak is een verademing, vergeleken met de terugtredende overheid en de abstracte discussies van politici. Kuiper: "Wat dat betreft zie ik hierin voorlopig vooral een signaal aan politici. Wie vertegenwoordig je nou, politiek? Hoe bereik je deze burgers? Waarom bind je deze slachtoffers niet aan je? Misschien moesten we die hobbel maar eens nemen. "

Zelf moeten de nieuwe burgers daar niet aan denken. Jan Kloppenburg (63): "Ik kijk wel dik uit. Ik ben een gedreven man, maar daarmee tegelijkertijd een gemakkelijke prooi voor politieke tegenstanders. Een inschattingsfout is zo gemaakt als je zo emotioneel opereert als ik. Dat zag je maar bij mijn mislukte oprichtingspoging van de LOVR." Jaap de Ruijter de Wildt (54), iets minder stellig: "Ik heb er de tijd voor want mijn advocatenpraktijk staat op een laag pitje. Maar ik zet me liever in voor slachtoffers. Want ik ben van mening dat een belangenorganisatie nooit de politiek in moet gaan."

Heeft Jelle Kuiper Paul Marchal in België niet gevolgd, vragen de nieuwe burgers zich af. Die viel voor de verleiding van het bestuurderspluche, maar zijn opgerichte Partij voor Nieuwe Politiek haalde nooit voldoende stemmen. Hem werd verweten uit te zijn op politiek gewin over de rug van slachtoffers. Nee, de Bekende Nederlanders blijven gewoon ambassadeur van de LOVR, zeggen ze. Zendingswerk genoeg. Neem de jongerenflat van Tjerk Jan Schuitemaker, de broer van de doodgeschoten Froukje. Die staat aan de rand van Diemen. Sociale binding, ho maar. " Iedereen gooit zijn rotzooi de galerij af, de diepte in." Maar sinds kort is er een bewonersvereniging en blijft het grasveld schoon. "Zo'n ervaring geeft energie. Dan ga ik weer de boer op, laat ik me weer inzetten tegen geweld. Tenslotte moet ik mijn verhaal kwijt en journalisten luisteren wel. Wie durft een slachtoffer nou tegen te spreken?"

NRC Webpagina's
21 OKTOBER 2000


( a d v e r t e n t i e s )

Klik hier

Klik hier

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad