|
|
NIEUWS
TEGENSPRAAK
SUPPLEMENT
DOSSIERS
ARCHIEF
ADVERTENTIES
SERVICE
|
NIEUWSSELECTIE
|
'Cyberspace redt Mongolië'
ULAN BATOR, 15 JULI. Hoe bevrijd je een tussen twee grootmachten ingeklemde natie uit haar economisch isolement? Het antwoord (volgens een verbeten optimist): e-commerce. "Onze modems gaan even snel", zegt Ganbold. De Mongoolse economie mag dan in vele opzichten achter lopen bij de rest van de wereld, maar als het over internet en e-commerce gaat, dan kan het land volgens Ganbold net zoveel betekenen als, zeg, Nederland. De adviseur van de vorige week tijdens de parlementsverkiezingen verslagen premier Amarjargal, noemt zichzelf geen optimist, maar een realist. "In cyber space zijn onze kansen gelijk", zegt hij. Kom daar maar eens mee aan bij het groeiend aantal Mongolen dat het liefst zo snel als mogelijk wil vertrekken uit het eigen land. Geen werk, het officiele werkloosheidscijfer is elf procent, lage lonen, weinig mogelijkheden voor de ontwikkeling van een carriere: waarom zouden we blijven, vragen veel jonge Mongolen zich af. De 25-jarige Gantusj, boerenzoon, af en toe taxichauffeur en klusjesman, kijkt glazig wanneer hem naar zijn mening over de internet-toekomst van Mongolië wordt gevraagd. "Internet?", zegt hij onzeker, "ik kan niet eens typen." Gantusj staat in de rij voor de Zuidkoreaanse ambassade. In dat land wil hij rijk worden, net als de Mongolen die hem zijn voorgegaan. Elfduizend Mongoolse illegalen zijn daar aan het werk weet consulair attaché Lee van de ambassade te vertellen. Gantusj sluit zich daar in alle waarschijnlijkheid binnen de kortste keren bij aan. De Zuidkoreaanse ambassade geeft wekelijks honderd visa af, maar niet aan kansloze jongeren als Gantusj. , ,Als het mij hier niet lukt, dan weet ik wel een andere manier om er te komen", zegt de jonge Mongool geheimzinnig. Ganbold moedigt Mongolen aan in het buitenland te studeren of te werken. " Alleen van een afstand ontwikkel je respect voor je eigen land", zegt hij. " De meesten komen uiteindelijk wel weer terug." Volgens Ganbold biedt Mongolië kansen die voor veel Mongolen pas zichtbaar worden wanneer zij een poosje in het buitenland zijn geweest. "Ervaring verscherpt het observatievermogen", zegt hij. Omdat de jonge Mongoolse democratie in een vroeg stadium van markteconomische ontwikkeling verkeert, bestaat er nog veel onontgonnen terrein. Internet, zegt Ganbold, hoort daar ook bij. Ook Batjargal, het 25-jarige staflid van de Mongoolse Jeugd Federatie, die voor de democratische revolutie van 1990 nog Communistisch voor haar naam had staan, gelooft dat de jonge Mongolen die nu in steeds grotere getale het land verlaten uiteindelijk weer zullen terugkomen. "Mongolië is het land van de jeugd", zegt hij. Bijna de helft van de 2,3 miljoen Mongolen is tussen de 16 en 35 jaar. "De drang naar het buitenland, hoort bij die generatie", zegt Batjargal. "Maar de wens om terug te keren naar het eigen land is groot." Dat is een mening die door veel achterblijvers wordt gedeeld. Mongolië is groot, leeg en schoon. "Dat zijn kwaliteiten die elders in de wereld vrij schaars zijn", weet Batjargal. Bovendien zijn er belangrijke precedenten die Batjargal geruststellen. Hij vertelt dat in heel Azië een generatie jonge mensen in het buitenland heeft gestudeerd om vervolgens weer terug te keren naar het eigen land. "Ik ben niet bang voor een brain-drain", zegt hij. "Japan, Zuid-Korea en Taiwan hebben allemaal een periode achter de rug waarin er massaal in het buitenland werd gestudeerd. Zodra de economie daar aantrok, zijn de meeste mensen weer teruggekomen." Maar de redenen die sommige jonge Mongolen geven voor hun terugkeer naar Mongolie hebben niets te maken met het aantrekken van de Mongoolse economie. " Het is beter om vooraan te staan in Mongolië dan achteraan in het Westen", zegt Mukhbayar, een 33-jarige ondernemer. Hij heeft drie jaar in Duitsland gestudeerd, maar voelde zich daar niet op zijn gemaakt. "Wat je ook doet, hoe goed je ook bent, in het Westen blijf je altijd een tweederangs burger." Mukhbayar, zoon van een Mongoolse vader en Russische moeder, hield het niet langer uit in Duitsland en kwam terug. "Door mijn studie in het buitenland heb ik hier wel veel meer status gekregen. In Duitsland had ik harder voor mijn bedrijf moeten knokken omdat ik nu eenmaal geen Duitser ben." Ganbold, de adviseur van de premier, vindt het jammer dat er weinig oog is in en buiten Mongolie voor wat het land te bieden heeft. Hij is van mening dat zowel Mongolen als buitenlandse investeerders zich niet moeten blind staren op de cijfers. Volgens een onderzoek van US AID - de Amerikaanse instantie voor ontwikkelingssamenwerking - naar de concurrentiepositie van 136 landen, bevindt Mongolië zich in vrijwel alle onderzochte categorieën, zoals economische groei, investeringen, export, de financiële sector en wetenschap, bij de onderste helft. Maar, zegt Ganbold, "we zijn zo lang geïsoleerd geweest van de rest van de wereld dat onze honger naar handel niet te stillen is." "Via een medium als internet zijn onze kansen op zijn minst gelijk aan de rest van de wereld, zo niet veel groter. Mongolen willen niets liever dan nieuwe markten ontdekken. In die zin hebben we hier misschien wel meer gevoel voor nieuwe trends dan in de ontwikkelde wereld."
|
NRC Webpagina's 15 JULI 2000
|
Bovenkant pagina |
|