U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
24/7 Media Europe ad
N R C   H A N D E L S B L A D  -  B U I T E N L A N D
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 NIEUWSSELECTIE 
 KORT NIEUWS 
 RADIO & TELEVISIE 
 MEDIA 

S c h a k e l s
Fiji
(Officiële site van de regering)


De soap in Fiji loopt uit op een tragedie


Het leger van Fiji meldde vandaag liever de zes weken oude gijzeling in het parlementsgebouw te laten voortduren dan de gijzelaars in gevaar te brengen. Intussen valt de samenleving uit elkaar.

Door HANS VAN KREGTEN

ROTTERDAM 30 JUNI. In het parlementsgebouw van Fiji heeft rebellenleider George Speight gisteren negen journalisten vrijgelaten nadat ze daar een uur hadden vastgezeten. Minder fortuinlijk zijn de inmiddels afgezette premier van Fiji, Mahendra Chaudry, en 25 parlementariërs. Ze worden nu al zes weken door Speight en zijn rebellen gegijzeld in het parlementsgebouw in de hoofdstad Suva, en over hun vrijlating valt niets te zeggen. De actie van Speight oogt als een soapopera, maar lijkt uit te lopen op een tragedie. De Fijische samenleving valt uiteen en de economie van het land, die vooral van toerisme afhankelijk is, moet het zwaar ontgelden. Speight, een dubieuze zakenman, zegt te handelen in het belang van de autochtone Fijiërs. Hij en zijn medestanders vinden dat de Indiase bevolkingsgroep, die 45 procent van de totale bevolking uitmaakt, te veel macht heeft gekregen. Chaudry was de eerste premier van Indiase afkomst van Fiji, een eilandenstaat met bijna een miljoen inwoners, 2000 kilometer ten noorden van Nieuw Zeeland. Kort na het begin van de gijzeling werd Chaudry door president Kamisese Mara uit zijn ambt gezet. De president, die in normale tijden vooral een symbolische functie bezet, stapte korte tijd later onder druk van Speight ook op, waarop het leger de macht in handen nam. Datzelfde leger, dat uitsluitend uit autochtone Fijiërs bestaat, was dertien jaar geleden zelf verantwoordelijk voor twee staatsgrepen, waarbij inzet en gevolgen bijna identiek waren aan de coup van Speight. De regering van Labour-premier Timoci Bavadra werd in 1987 ook omvergeworpen omdat de Indiërs daarin te veel macht zouden hebben. De toeristenindustrie stortte in, geschoolde Indiërs verlieten het land in groten getale en Fiji belandde in een politiek isolement, zoals weerspiegeld door de schorsing door het Gemenebest, de vriendenclub van ex-Britse gebiedsdelen. Dat isolement werd pas drie jaar geleden opgeheven, toen een nieuwe grondwet de weg opende voor een voor beide bevolkingsgroepen enigszins evenwichtige parlementaire afspiegeling. Sindsdien ging het in Fiji juist weer beter. Het land is het rijkste in de Zuid-Pacifische regio na Australië en Nieuw Zeeland. Analfabetisme komt nauwelijks voor, de medische voorzieningen zijn goed en het toerisme bloeide eindelijk weer op. Toeristen werden niet alleen aangetrokken door paradijselijke stranden en koraalriffen, maar ook door de exotische combinatie van vrolijke extraverte Fijiërs en de Indiase gemeenschap die toeristen vergastten op kleurrijke markten en smakelijke kerrieschotels. Maar die combinatie is schijn. Hoewel ze meer dan een eeuw naast elkaar hebben geleefd, tolereren de twee gemeenschappen elkaar nauwelijks. Ze spreken elkaars eerste talen (Fijisch en Hindi) niet. De tegenstellingen zijn een koloniale erfenis. Afstammelingen van Indiase arbeiders op de suikerrietplantages die door de Britten in het eind van de negentiende eeuw naar Fiji werden gebracht, hadden 15 jaar geleden niet alleen een numerieke meerderheid, maar deden het economisch ook veel beter dan de autochtone bevolking. Tot twee keer toe is nu gebleken dat wanneer daar ook nog aanzienlijke politieke macht bij kwam, veel autochtone Fijiërs zich tweederangsburgers in eigen land gingen voelen. Daardoor had couppleger Sitiveni Rabuka in 1987 volkssteun en geldt nu hetzelfde voor George Speight. Na de coups van 1987 en ook nu weer lijken de Fijiërs er plezier in te scheppen om Indiërs te pesten. In 1987 legde de militaire regering enige tijd een algemene zondagsrust op die door veel protestante Fijiërs werd toegejuicht. Door veel hindoestanen en moslims werd dit als beledigend gezien. Nu worden Indiase winkeltjes geplunderd door bendes Fijiërs en worden boeren gedwongen tol te betalen om van wegen gebruik te maken. Het leger houdt zich daarbij afzijdig. In dit klimaat lijkt het onwaarschijnlijk dat het leger, waarmee sommige van Speights kameraden innige banden lijken te hebben, geweld zal gebruiken om Chaudry te bevrijden, waarop het heeft gezinspeeld. Speight kan zich ook redelijk vrij door Suva bewegen. Enkele weken geleden werd zijn auto bij een rit door de hoofdstad weliswaar beschoten, maar de legerleiding bood kort daarna omstandig excuses aan aan de man, die elders als een crimineel zou worden aangemerkt. Legerleider Frank Bainaramara tracht nu een burgerregering te vormen, die een nieuwe grondwetswijziging moet voorbereiden. Het is echter de vraag hoe een grondwetswijziging kan worden uitgevoerd die zowel politieke ruimte biedt aan de Indiase gemeenschap als de Fijiërs de indruk geeft dat ze het in hun eigen land ook voor het zeggen hebben. Aan het compromis dat in de grondwet van 1997 werd vastgelegd (de functies van president en een aantal andere sleutelfuncties werden aan autochtone Fijiërs voorbehouden) lijkt weinig te verbeteren.


Zie ook:

Na Fiji nu ook coup in Solomon Eilanden (5 juni 2000)

NRC Webpagina's
30 JUNI 2000


( a d v e r t e n t i e s )

24/7 Media Europe ad

24/7 Media Europe ad

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad