U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

S c h a k e l s
Prësidence de la République

Programma staatsbezoek Chirac


President van Frankrijk Jacques Chirac:

'Ik treed het Nederlandse volk met uitgestoken hand tegemoet'


Foto NRC Handelsblad, Vincent Mentzel


De Franse kernproeven zijn voorbij en er is wederzijds respect voor elkaars drugsbeleid. Dus moeten Nederland en Frankrijk de banden aanhalen, zegt president Chirac. Als eerste Franse staatshoofd in zestien jaar tijd brengt hij komende week een staatsbezoek aan ons land. 'De minder sterke momenten uit het recente verleden laten we achter ons.'

Marc Chavannes

Op het lyceum wees niets er op dat Jacques Chirac voorbestemd was president van Frankrijk te worden. Zijn eerste rapport in klas 1c was matig, hij praatte te veel en was 'sympathiek maar werkelijk zeer weinig bij de les'. De conclusie luidde: 'De leerling moet nu gaan opletten als hij nog wil overgaan.' Paris Match drukte enkele jaren geleden vertederd een facsimile af van deze momentopname van de zestienjarige Jacques uit het schooljaar '48-'49.Het heeft kennelijk geholpen. De grootvader van nu bekent zonder moeite dat hij nog steeds niet kan tekenen en zingen, maar hij treedt al weer bijna vijf jaar op als staatshoofd van de Franse Republiek. De functie kent volgens de Grondwet van generaal De Gaulle uit 1958 uitvoerende bevoegdheden die verder gaan dan die van de Amerikaanse president. Tenzij de Franse kiezers aan de politieke tegenvoeters van de president een meerderheid in het parlement geven. Dat deden zij in 1997. Sindsdien is Jacques Chirac staatshoofd voor alle Fransen én informeel symbool van de centrum-rechtse oppositie. De president heeft het zichtbaar druk en veroorlooft zich maar een enkel moment de jovialiteit waarmee hij zijn populariteit al drie jaar iets boven die van premier Jospin weet te houden. Op inspiratiebriefjes staan met gele viltstift aangestreepte gedachten die hij graag met de lezers wil delen. Maandag en dinsdag komt hij naar Nederland, maar eerst gaat hij nog twee dagen op bezoek bij het echte Frankrijk, de mensen in de provincie, bij wie de kandidaat Chirac in 1995 meelevend en meetafelend het presidentschap veroverde.

In de presidentiële werkkamer op het Elysée toont de heer des huizes zich uiterst behoedzaam over de oogst van zijn ambtsperiode tot dusver. De zorg voor de nationale eenheid belet de gaullistische president in de buitenlandse pers de degens te kruisen met de breedlinkse regering-Jospin. In het binnenlands verkeer richt Jacques Chirac zijn kritiek met enige regelmaat op wat hij typeert als het gebrek aan durf van links. De verkiezingen van 2002 werpen hun schaduwen vooruit. Naar buiten spreekt de president bij voorkeur over buitenlandse betrekkingen. Zoals die met Nederland.

President Chirac zegt dat het volgende week niet om een diplomatiek routinebezoek gaat: "Ik hecht groot belang aan deze reis. Nederland is een grote en sterke natie, die telt in de wereld en in Europa. Het is een land met een duidelijke identiteit, gehecht aan zijn onafhankelijkheid. In dat opzicht lijken Frankrijk en Nederland op elkaar. De band tussen de twee landen zou dan ook sterker moeten zijn. Het zijn twee volken met karakter. In een familie waarin twee leden een uitgesproken persoonlijkheid hebben zie je soms ook aanvaringen, maar er kan ook een sterk gevoel van saamhorigheid zijn, gebaseerd op wederzijds respect, op erkenning van de kwaliteiten van de ander. Dat gevoel wil ik tijdens mijn bezoek aan Nederland tot uitdrukking brengen en daarmee geschiedenis maken. "Het heeft me altijd getroffen dat onze eerste betrekkingen werden gepersonifieerd door de vriendschap en het wederzijds respect dat Willem de Zwijger en Henri IV voor elkaar voelden. Dat was geen toeval. Geschiedenis berust niet op toeval. Beiden waren, met hun kwaliteiten en tekortkomingen, sterke persoonlijkheden die onze twee volken kenmerkten. Los van personen heb ik bij Nederland het gevoel dat twee grote naties elkaar ontmoeten om de problemen van deze tijd te bespreken. Daar hadden we behoefte aan. Ik ben het eerste Franse staatshoofd in zestien jaar dat Nederland bezoekt. "Er zijn in onze geschiedenis vaak irritaties en verschillen van mening geweest, maar ook achting en sterke culturele, sociale en economische banden. Sinds een jaar of drie heb ik het gevoel dat onze banden sterker worden, dat we elkaar meer naar waarde schatten. Tussen '92 en '95 hebben Franse ministers drie bezoeken aan Nederland gebracht. In de periode '97 2000 zijn Franse ministers 24 keer naar Nederland gegaan. Dat is een teken. De Nederlandse autoriteiten - met name Wim Kok, voor wie ik veel waardering en vriendschap voel - en de Franse autoriteiten - met name ikzelf - hebben dat gewild. Het is geen toeval. De dingen vallen op hun plaats. De minder sterke momenten uit het recente verleden laten we achter ons."

Bent u er op voorbereid in Nederland te worden geconfronteerd met zekere tekortkomingen in uw imago?

"Ik ben me er volledig van bewust dat men een gedeeltelijk negatief beeld van mij heeft. Dat kan voortkomen uit onbegrip of irritaties. Ik hoop duidelijk te maken dat ik, zonder afbreuk te doen aan mijn persoonlijkheid, mijn ambities, of de belangen van Frankrijk, gewoon mijn vriendschap kom aanbieden. Ik treed het Nederlandse volk met uitgestoken hand tegemoet, los van de waardering die ik voor Nederland voel, en die het Nederlandse volk in wezen ook voor Frankrijk voelt - vergeet niet dat bijna drie miljoen Nederlanders ieder jaar in Frankrijk op vakantie komen, net als de talloze Fransen die Nederlandse cultuurschatten komen bekijken. Dat is de werkelijkheid die uitstijgt boven kleine strubbelingen die er af en toe zijn geweest. "De realiteit is ook dat Nederland en Frankrijk bijzonder sterke economische banden hebben. Nederland is de zevende exportnatie ter wereld. Nederland is de eerste buitenlandse investeerder in ons land. Frankrijk neemt tien procent van de buitenlandse investeringen in Nederland voor zijn rekening.

"Frankrijk heeft bovendien een bepaalde visie op de wereld, waar wij graag met Nederland over willen praten om te zien of we ideeën kunnen delen. Nederland is een grote mogendheid, met een belangrijke diplomatieke rol: zie de Nederlandse inspanning op het gebied van de ontwikkelingshulp, de handhaving van de vrede en het huidige Nederlandse lidmaatschap van de Veiligheidsraad. Europa houdt rekening met Nederland en haar kijk op internationale zaken. Of het gaat om toeristen of investeringen, cultuur of economie, er zijn gemeenschappelijke belangen en dus vriendschap en wederzijdse waardering."

In Nederland kent men u vooral van de hervatting van de Franse kernproeven, direct na uw aantreden in '95, en uw herhaalde kritiek op het Nederlandse drugsbeleid. Zijn die problemen intussen geregeld?

"In Nederland werd felle kritiek geuit toen ik besloot tot hervatting van de kernproeven om er een streep onder te kunnen zetten. Die waren nodig om de veiligheid en de bruikbaarheid op lange termijn van onze nucleaire afschrikkingsmacht te garanderen. Het Franse nationale belang eiste dat. Ik ben ervan overtuigd dat Nederlanders dat goed kunnen begrijpen. De proeven zijn beëindigd, het doel is bereikt. Frankrijk heeft zich aan zijn beloftes gehouden, zijn testbasis in de Grote Oceaan gesloten en het kernstopverdrag getekend. Daarmee nemen wij een onberispelijke positie in, afgaande op de Nederlandse wensen. Ik denk dat dit geschil definitief achter ons ligt. "De drugs zijn een ander probleem. Wij hebben een andere benadering. Ik respecteer het Nederlandse sentiment, dat zeer hecht aan zijn eigen identiteit en onafhankelijkheid. Nederland heeft een eigen drugspolitiek die past in uw sociale systeem. Ik heb op zichzelf veel bewondering voor dat Nederlandse sociale systeem, vooral sinds het akkoord van ... Wassenaar. Die andere drugspolitiek van Nederland brengt bezwaren met zich mee. Ik kan niet beoordelen of dat voor Nederland zelf geldt, maar het is zeker het geval voor andere landen, en met name voor Frankrijk. Wim Kok en ik hebben er serieus over gesproken, als vrienden, als gezinsleden die het ergens niet over eens zijn. Onze standpunten zijn niet wezenlijk veranderd, maar we hebben wel een politiële, justitiële en douanesamenwerking opgezet die voorbeeldig mag heten. Ieder houdt zijn overtuiging, maar in de praktijk zijn we veel opgeschoten. Dat is de goede benadering."

Is voor u de tijd aangebroken om de toepassing van het Verdrag van Schengen te normaliseren en de grenscontroles formeel te beëindigen?

"Nee. De tijd is nog niet rijp om af te zien van de uitzonderingsbepaling uit de akkoorden van Schengen. Om u de waarheid te zeggen, dat is voor mij een kwestie van principe. We zouden in Europa op de meeste grote punten een geleidelijke harmonisatie van beleid moeten hebben. Daar is in het drugsbeleid nog geen sprake van. Ik hoop dat we er stapje voor stapje wel toe komen. Het zou niet goed voor Frankrijk zijn nu het signaal te geven dat alles naar wens loopt. Het zou in eigen land verkeerd uitgelegd kunnen worden. Ieder gezin hier kent van nabij verhalen over jongeren die door hun verslaving tot een vorm van slavernij zijn veroordeeld, soms tot de dood of ernstige ziektes, zoals aids. Dat kunnen we niet accepteren. Het is waar dat we moeite hebben de Nederlandse filosofie te begrijpen. Maar op andere Europese of bilaterale onderwerpen hebben we heel weinig verschil van mening. De huidige situatie aan de grens brengt in de praktijk overigens geen grote bezwaren met zich mee, naar mij dunkt."

Oostenrijk maakt geen aanspraak op zo veel begrip.

"De Europese constructie diende oorspronkelijk om de vrede te verzekeren, door sterke banden te smeden tussen de lidstaten. Om te zorgen dat we nooit meer de verschrikkingen van het verleden zouden beleven. Vervolgens zijn we toegekomen aan economische ontwikkeling, sociale vooruitgang en zijn we internationaal gaan bestaan. Behoren tot dat Europa houdt een bepaald aantal waarden in zoals humanisme, tolerantie en het respecteren van de rechten van eenieder. Ik wil me absoluut niet mengen in de binnenlandse aangelegenheden van Oostenrijk, en geen oordeel uitspreken over het Oostenrijkse volk, dat in zeer grote meerderheid niet heeft gestemd voor de partij in kwestie. Maar het ligt niet in de aard van de Europese samenwerking, om in de regering van een der vijftien lidstaten een partij te accepteren die openlijk extremistisch en xenofoob is. Dat soort tendensen is in veel landen latent. Wij hebben in Frankrijk lang een sterke partij van extreem- rechts gehad. Ik heb die altijd veroordeeld. Gelukkig hebben we haar weten terug te dringen. Premier Aznar vertelde me onlangs nog dat racistische manifestaties in Zuid-Spanje hem zorgen baarden. Het is een verschijnsel waar we waakzaam voor moeten blijven. "

Hoe zou het komen dat Frankrijk en België het felst zijn tegen Haider?

"Misschien heeft dat iets te maken met het karakter van de Fransen. Het kan ook zijn dat wij in de oorlog misschien meer dan anderen de consequenties van het extremisme aan den lijve hebben ondervonden."

Gesteld dat Haiders FPÖ meer stemmen heeft gehaald dan waar extreem-rechts 'normaal' aanspraak op kan maken omdat veel Oostenrijkers de naoorlogse links-rechtse grote coalitie beu waren, dreigt dan niet het gevaar dat de Europese landen elkaars coalities langs de meetlat gaan leggen?

"Ik beoordeel de Oostenrijkers niet. Ik zeg alleen dat landen die behoren tot de Europese Unie extra waakzaam moeten zijn om te zorgen dat de fundamenteel Europese waarden niet in gevaar komen."

Zou u dit jaar in Oostenrijk op vakantie willen gaan?

"Ik heb geen plannen in die richting."

In Helsinki is in december besloten de uitbreiding van de EU naar het oosten en zuiden stevig ter hand te nemen, met inbegrip van Turkije. Is Turkije een democratie?

"Maar meneer Chavannes, Turkije is geen lidstaat. Wij hebben in Helsinki de kandidatuur van Turkije in principe geaccepteerd. Natuurlijk moet dat land voldoen aan de economische en politieke voorwaarden, wat we noemen de criteria van Kopenhagen."

Als lidstaat Oostenrijk nu in de beklaagdenbank zit, hoeveel van die kandidaat-lidstaten maken dan kans de test wel te doorstaan? Komt Europa niet terecht in een permanent jureren van de leden en bijna-leden?

"Er zijn voorwaarden om lid te worden van de EU, en er zijn spelregels. Wie die respecteert kan lid worden. Wie er niet aan voldoet, kan geen lid worden. In Kopenhagen hebben we de politieke voorwaarden geformuleerd. Daarbij zijn extremisme en intolerantie uitgesloten. Deze week was de Tsjechische premier hier bij me op bezoek. Hij was het volstrekt eens met de verklaring van de andere veertien EU-lidstaten ten aanzien van Oostenrijk. Helaas voor zijn volk weet hij waar hij over praat. Ik ben niet bang voor beoordelingsproblemen. Wij hebben de Europese Commissie en de Europese Raad, die kunnen beoordelen of de regels worden gerespecteerd. Ik ben voor uitbreiding van de Europese Unie."

Frankrijk heeft steeds gezegd: uitbreiden goed, mits eerst de Europese instellingen worden hervormd. Dat is tot dusver niet of nauwelijks gelukt. Betekent dat in feite dat u niet zo veel haast heeft met uitbreiding?

"Integendeel. Frankrijk, en ik in het bijzonder, zijn sterk voor uitbreiding van de EU. Wij willen de vorming van een steeds democratischer, vreedzamer en welvarender Europa. Frankrijk heeft gezegd, en alle partners zijn het daarmee eens: we hebben de grens bereikt van de mogelijkheden met de huidige regels om de Unie te besturen. We hadden nieuwe afspraken willen maken op de Top van Amsterdam. Die top was een succes dankzij het Nederlandse voorzitterschap."

U bent te vriendelijk.

"Het is waar, zo zien wij dat. Maar ondanks het succes zijn er een aantal belangrijke hervormingen blijven liggen. Met name de hervorming van de Commissie, de invoering van gewogen stemmingen en meer besluiten bij meerderheid van stemmen moeten nu worden geregeld. Frankrijk heeft de opdracht van de Vijftien gekregen dat te bewerkstelligen tijdens zijn voorzitterschap, dat wil zeggen voor het eind van dit jaar. Dat vertraagt de toelating van nieuwe leden niet in het minst. De Nederlandse en Franse standpunten hierover liggen dicht bij elkaar."

De Europese defensiepolitiek is in een stroomversnelling gekomen sinds de Frans-Britse top van Saint-Malo (december 1998). Heeft de nieuwe Britse houding een oude Franse droom mogelijk gemaakt?

"Frankrijk heeft altijd een werkelijke Europese defensiepolitiek nagestreefd. Daardoor hoeft de NAVO op geen enkele manier ter discussie te worden gesteld of de Europees-Amerikaanse band te worden verzwakt. Het is normaal dat Europa, dat de eerste economische macht in de wereld is, beschikt over de middelen om militair te interveniëren als het dat nodig acht, terwijl de Verenigde Staten niet geïnteresseerd zouden zijn. Een geloofwaardige Europese defensie betekent versterking van de Atlantische defensie, geen verzwakking. Groot-Brittannië en Frankrijk hebben op dit gebied een initiatief genomen waar anderen zich gaandeweg bij hebben aangesloten. Wat betreft Nederland, dat een militaire mogendheid is, zou ik graag de defensiesamenwerking willen versterken. Uit mijn gesprekken met premier Kok is gebleken dat onze standpunten elkaar steeds dichter naderen."

Heeft Frankrijk een nieuw evenwicht gevonden tussen Groot- Brittannië en Duitsland dat u in staat stelt de Europese defensie uit te breiden?

"Ja, ik geloof dat je dat kunt zeggen."

Is daardoor de politieke balans tussen Frankrijk en Duitsland ook veranderd?

"Nee. De verhouding tot Groot-Brittannië is goed, maar de Frans- Duitse vriendschap is een essentieel element van de Europese cohesie. Daarnaast wens ik onze betrekkingen met andere landen, en vooral de grotere zoals Nederland, Spanje en Italië, te versterken. Dat is een van de oogmerken van mijn reis naar Nederland."

In '96/'97 heeft u Frankrijk de militaire structuur van de NAVO, waar generaal De Gaulle uitgestapt was, weer binnen willen leiden. Dat is afgeketst. Waar is het misgegaan?

"We waren dat van plan, maar op zekere voorwaarden. Onze partners hebben onze voorwaarden niet geaccepteerd. De status quo is gehandhaafd, en dat loopt prima. Het voordeel is dat Frankrijk ruimschoots zijn autonomie heeft bewaard en met eigen middelen zelfstandig kan interveniëren als het dat zou wensen. Frankrijk is geen vragende partij om de situatie te veranderen. De samenwerking tussen Frankrijk en de NAVO loopt heel goed."

Wanneer kan de Europese defensie een nieuw Kosovo op eigen kracht aan?

"Dat hangt af van de aard van de crisis en van het belang dat de Amerikanen eraan hechten. Een zelfstandige Europese defensie zal in principe over vijf jaar in staat zijn voldoende militaire middelen op de been te brengen en uit te zenden om een crisis zelfstandig te kunnen bezweren."

Kan dat met de huidige defensiebegrotingen?

"Ik maak er geen geheim van dat ik me daar zorgen over maak gezien het zeer lage uitgavenniveau in het totaal van de Europese Unie, vergeleken met de Verenigde Staten. Zou men een defensiepolitiek serieus kunnen nemen die verwachtte dat de essentie van buitenaf wordt aangereikt? Europa zou meer moeite moeten doen, maar op het ogenblik gaan de begrotingen nog steeds meer naar beneden dan omhoog. Dat lijkt me een vergissing."

Frankrijk en Groot-Brittannië zitten nog steeds op een relatief hoog en voldoende niveau?

"Dat kan je niet zeggen. Frankrijk zit op een minimumniveau, de Britten iets hoger. Het lijkt mij een algemeen Europees belang te zorgen voor een afdoende defensie-inspanning. Daar is nu geen sprake van."

U heeft het Amerikaanse congres isolationisme verweten toen het in november weigerde het nucleaire kernstopverdrag te ratificeren. Is Europa gedwongen zich zelf beter te beschermen?

"Ik weet niet wat de geschiedenis voor ons in petto heeft. Ik vertrouw liever op onszelf dan op anderen. Je kunt beter een zekere beschikkingsbevoegdheid behouden. Het komende Franse voorzitterschap van de Europese Unie is er dan ook op gericht die Europese defensie dichterbij te brengen. Zoals we ook graag aan een aantal verwachtingen van Europese burgers tegemoet willen komen, op het gebied van banen, groei en innovatie, voedselveiligheid, milieu, jongeren, universiteiten en wetenschappelijk onderzoek."

Bent u tevreden over de Europese economie? Of baart de koers van de euro u langzamerhand zorgen?

"De groei zit er nu goed in. Nee, over de koers maak ik me geen zorgen, al is er zeer aanzienlijke ruimte voor opwaardering. De euro is een essentieel element in de cohesie en de economische kracht van Europa."

Bent u tevreden over de rol van de Europese Centrale Bank tot dusver?

"De ECB doet uitstekend werk."

Verwacht u nog steeds dat president Duisenberg halverwege zijn ambtstermijn plaatsmaakt voor zijn Franse collega Trichet?

"Geen commentaar."

Als oprichter van de neogaullistische Rassemblement pour la République bent u de bron bij uitstek voor antwoord op de vraag: wat is de actualiteit van het gaullisme?

"Iedereen kan die vraag beantwoorden. Mijn politieke familie bestaat uit mensen die geen afstammelingen van generaal De Gaulle zijn. De Gaulle behoort toe aan alle Fransen. Niemand kan hem voor zich opeisen. Hij heeft zijn stempel gedrukt op een cruciaal moment in de geschiedenis van ons land, hij belichaamde Franse waarden op een exemplarische manier. De gaullisten van nu zijn de discipelen van generaal De Gaulle, met alles wat dat begrip veronderstelt qua onafhankelijkheid van de meester van zijn discipelen. Hij personifieerde een idee toen het in onze geschiedenis er op aankwam. Die ideeën over de onafhankelijkheid en de grootsheid van Frankrijk en het respect voor mensen en de rechten van de mens zijn voor veel Fransen nog steeds essentieel. Die karaktertrekken zijn overigens evenzeer Nederlands als Frans. Het respect voor identiteit en onafhankelijkheid van de Fransen zie je exact terug bij de Nederlanders. Het is geen toeval dat die twee landen bij de kopgroep van grondleggers van Europa horen. Beide landen zijn soms een beetje lichtgeraakt ten opzichte van elkaar, maar zij delen fundamentele gedachten. Daarom zijn het vrienden die op elkaar kunnen bouwen."

NRC Webpagina's
26 FEBRUARI 2000

Archief
Zaterdags Bijvoegsel


( a d v e r t e n t i e s )

Bovenkant pagina


NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl) FEBRUARI 2000