M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
|
Wereldwijd surfen op kapitaalmarkten op zoek naar
hoogste golven
Internetfondsen verdringen opties
Door Bert Bakker
Daarop volgde het beursjaar 1999 waarin het heel lang onduidelijk bleef welke kant het zou opgaan. Eigenlijk bleef de AEX-index tot medio oktober rond 550 punten schommelen. Pas daarna brak de beursgraadmeter aan de bovenkant uit de bandbreedte waar hij bijna een jaar in gevangen had gezeten. Maar die stijging van het gemiddelde was te danken aan een paar IT-gerelateerde fondsen, zoals ASML en Philips. Maar met de koersen van de meeste AEX-aandelen gebeurde nog steeds niet veel, en met de klassieke optiebeurstoppers zoals de financiële instellingen al helemaal niet. In tijden waarin beursen weinig bewegen kunnen optiebeleggers op zichzelf best geld verdienen. Als je calls of puts schrijft, dus premies ontvangt om het risico te nemen dat de koers gaat stijgen dan wel dalen, dan mag je die premie helemaal houden als er met de koers niets gebeurt. Maar voor de gemiddelde optiebelegger is dat toch moeilijk omdat maar weinigen zich kunnen voorstellen dat een koers, zoals bij ABN Amro nu al een hele tijd het geval is, zal stagneren. Wim Mulder, die voor ING Bank de op de optiebeurs de zogeheten 'kantorendesk' bemant en van daaruit klanten van ING-kantoren in het hele land adviseert, vat de situatie zo samen: "Het jaar '98 was natuurlijk recordbrekend, '99 was een moeilijk jaar, en tja, de optiebeurs moet het nu eenmaal hebben van grote swings in de koersen." Hij gelooft dan ook niet dat de trend in de omzetcijfers erop duidt dat particuliere beleggers massaal de conclusie getrokken hebben dat de optiebeurs toch te gevaarlijk voor hen is. "Nee, dat is het niet. Particulieren houden gewoon van stijgende markten. Binnen Europa heeft een aantal beurzen het in 1999 beter gedaan dan Nederland. Er is flink belegd in diverse Europese telecom- en mobiele telefoniebedrijven." Verder is de aandacht verschoven naar andere sterk stijgende, maar zeker niet minder riskante markten: Mulder: "Het laatste jaar hebben we gezien hoe beleggers, soms met zeer aanzienlijke bedragen, zijn gaan inschrijven op beursintroducties van Amerikaanse IT- en Internetfondsen. Daarvan had je er soms wel dertig in een maand en soms werden er koerswinsten van duizend procent geboekt. Ja, daar kan ook een optiebeurs niet aan tippen." Particuliere beleggers die niet vies zijn van een beetje risico 'surfen' dus als het ware wereldwijd over de kapitaalmarkten en zoeken voortdurend naar de plek waar de grootste golven zijn. Dat surfen kan overigens ook in andere zin worden opgevat. Want beleggers surfen ook over het Internet om nieuws te vinden over jonge bedrijfjes met innovatieve producten of diensten die voor het eerst naar de beurs gaan. Mulder: "Ik geloof dat zoeken op het net een heel belangrijke onderliggende ontwikkeling is. We zien hier kooporders voorbijkomen voor bedrijven waar wijzelf nog nooit van gehoord hebben." Juist een week geleden is de optiebeurs dan ook met een tegenoffensief gekomen om beleggers die het ver weg zijn gaan zoeken weer naar de Amsterdamse beurs terug te lokken. Vanaf 7 maart zal in Amsterdam de handel in opties op een aantal niet-Nederlandse aandelen worden geopend. De meeste daarvan zijn 'sexy' telecom- en IT aandelen, te weten Cisco Systemens, Intel, Microsoft, Nokia en Deutsche Telecom. Maar maakt het voor de belegger die toch al de grens over gegaan is nog wat uit waar de handel plaats vindt? Mulder: "De transactiekosten zullen lager zijn, dus ik denk het wel."
|
NRC Webpagina's
19 FEBRUARI 2000
|
Bovenkant pagina |