R A D I O & T E L E V I S I E
|
NIEUWSSELECTIE
S e l e c t i e
Televisie
|
B E E L D :
Lara is lief
Maarten Huygen
De Avond van de Nederlandse poezie was gelukkig wel live. Dit soort evenementen wordt meestal als archieffilm opgediend. Toen de winnaar van de Trouw Publieksprijs officieel bekend werd gemaakt, stond hij allang op teletekst, omdat het evenement een paar uur eerder al was afgelopen. Dan voel je je als kijker bekocht. De verlegenheid van de nieuwe dichter des vaderlands, Gerrit Komrij, was gelijktijdig, maar hij was wel van te voren al gepolst. Ik had de precieze aantallen stemmen willen horen maar die werden verdoezeld. Rutger Kopland had er waarschijnlijk meer maar die voelde er niets voor. Door zijn bloemlezingen, columns en essays heeft Komrij de titel verdiend. Zo'n stemming onder drie en een half duizend lezers is een zinloze slag in de lucht die alleen minderheidsposities oplevert. Dat soort overwegingen mogen best publiek worden gemaakt, zeker omdat de missie is geslaagd. Het programma was een mooie aaneenschakeling van gelegenheidsgedichten en filmclips, gepresenteerd door Joost Prinsen. Die leerde ik op de televisie kennen als Erik Engerd met zijn rauwe stem maar hij heeft daar als presentator een dosis joviale Ruud aan toegevoegd. Hij vulde het mooi op en toonde zich onder de indruk van sommige clips. Daar hoorde uiteraard ook een bezoekje aan Leo Vroman in Texas bij. Prachtig was het meisje dat door haar poesiealbum bladerde en stilstond bij een bladzijde met slechts drie woorden in dikke, giftig rode letters: "Lara is lief", met twee rode hartjes eromheen. "Deze bladzijde vind ik de lelijkste", zei ze. "En ze (de schrijfster) doet ook helemaal niet aardig tegen me". Nooit was de meisjespsychologie van het poesiealbum zo knap en beknopt in beelden gevangen. Nationale evenementen, dictee, wetenschapsquiz, boekenprijs, zijn een trend op televisie, misschien als reactie op de globalisering. Een dichterlijke bijdrage van asielzoekers voor hun armetierige wooncabine moest tolerantie verbeelden. De gemiddelde leeftijd van het aanwezige publiek was hoog, velden grijs haar, en veel door Prinsen begonnen dichtregels konden door hen worden afgemaakt. Opmerkelijk dat het op vier na populairste gedicht, na Denkend aan Holland, Elsschots Het Huwelijk is. Geen liefdeszang, geen droom over de Deltawerken maar over de moord op een oude echtgenote waar "praktische bezwaren" tegen bestaan. Dat zegt veel over het poldermodel en over wat er in de hoofden van dat oudere publiek rondspookt. Neem dan het tedere Mag ik met je meelopen dat de jonge dichteres Hagar Peeters met verve en overtuiging voordroeg. Nummer vier op de top tien was Vromans gedicht Vrede en het laatste couplet is actueel, gezien het debat over oorlogsvergoedingen: Kom vanavond met verhalen/ Hoe de oorlog is verdwenen/ En herhaal ze honderd malen/ Alle malen zal ik wenen.
|
NRC Webpagina's
27 JANUARI 2000
|
Bovenkant pagina |