|
|
|
NIEUWSSELECTIE Volleybal.nl
|
Blangé naar record met 464
interlands
Door onze redacteur HANS KLIPPUS
Blangé is in de hele wereld de volleyballer met de meeste internationale optredens. "Als ik het aantal wedstrijden zie, begrijp ik waarom ik elke ochtend met pijn wakker word. Eigenlijk heb ik twee carrières gehad: één als clubspeler en één als international." Zal hij de vijfhonderd interlands nog halen? "Als we ons voor Sydney plaatsen, dan kom ik in de buurt", weet Blangé. Hij heeft nog niet officieel aangekondigd dat hij na de Olympische Spelen met volleybal zal stoppen. "Nee, daar heb ik nog niets over gezegd. Maar het ligt natuurlijk wel in de lijn der verwachtingen", aldus Blangé. "Ook als ik nog zin zou hebben om door te gaan, dan wordt dat qua lichamelijke gesteldheid moeilijk. Ik heb nu weer last van mijn rug."
Eerste interland. "Dat was tijdens het Haarlem-toernooi tegen Korea, december '84. Ik behoorde tot de talenten van Nederland en werd samen met Edwin Benne door bondscoach Geert Trompetter bij de selectie gehaald. In die tijd werd er nog met twee spelverdelers gespeeld."
Meest memorabele wedstrijd. "Qua niveau en spanning de olympische finale van '96. Het was een van de weinige wedstrijden, die ik heb meegemaakt, waarin alle spelers op de toppen van hun kunnen speelden. Dat gold ook voor de Italianen. Je stond in een soort trance te spelen, het bleef tot de allerlaatste bal spannend."
Grootste teleurstelling. "De beide keren dat ik uit de nationale ploeg ben verwijderd. De eerste keer, in 1990, werd ik door mijn medespelers weggestuurd. Je mocht blijkbaar geen afwijkende mening hebben. Mijn vertrek naar Italië pakte goed uit, want daar kreeg ik de finishing touch in mijn spel. En dan was er in '98 dat gelul met Toon Gerbrands, die me wegstuurde. Dat heeft me veel pijn gedaan. Ik voelde me zwaar beledigd. Het was voor mij het bewijs dat je in de sport niet meer dan een stuk vee, een nummer bent. Maar zowel de ups als de downs zijn een verrijking van mijn leven geweest."
Beste coach. "Joop Alberda. Ik zie dat zwart-wit. Onder hem hebben we de meeste successen behaald en daar word je in de topsport op afgerekend. Ik kon het ook goed met Alberda vinden. Hij gaf me het gevoel dat ik belangrijk voor de ploeg was."
Slechtste coach. "Als ik toch iemand moet noemen, kies ik Mario Treibitch. Hij was even assistent bij ons, een marionet van Arie Selinger. Arie had nog wat verplichtingen in Japan en stuurde zijn vriend. Dat was een flater van jewelste. Een lachertje. Treibitch deed alsof hij het volleybal had uitgevonden, maar snapte er niets van. Hij kon niet eens een videorecorder op de televisie aansluiten."
Dankbaar. "Ik ben de mensen dankbaar die mij in het begin van mijn carrière een kans hebben gegeven. Negen van de tien coaches zagen het niet in mij zitten. Pierre Mathieu heeft me ertoe aangezet het spel te gaan verdelen. Dat is een belangrijk moment geweest, want als aanvaller had ik het zeker niet gered."
Beste spelverdeler. "Ik ben bij het EK van '85 naar de voorronden in De Vliegermolen in Voorburg gaan kijken. Daar speelde Fabio Vullo bij Italië. Hij werd een soort idool voor me en ik heb daarna nog veel naar hem gekeken. Ik weet dat anderen nu naar mij kijken. Het is moeilijk om een oordeel over jezelf te geven, maar ik heb vooral in Italië veel aanzien verworven. Het verstand bij een spelverdeler komt met de jaren. Alle Italiaanse topclubs wilden me dit seizoen hebben, ik had kunnen verdienen wat ik wilde. Maar ik wilde naar huis."
Ideale combinatie. "Met Bas van de Goor hadden we een middenaanval die ongekend was in de wereld. De combinatie van zijn snelheid en atletisch vermogen en mijn balvaardigheid. We waren zo zeker van elkaar dat we zelfs met een matchpoint tegen in de olympische finale van '96 deze risicovolle bal speelden. Ook de pipe met Ron Zwerver, de aanval van midden-achter, was bijzonder. Ik kon hem met mijn ogen dicht vinden."
Olympisch goud. "Dat koester ik in mijn gedachten. Want de medaille zelf heb ik maar in de kluis bij de bank gelegd, omdat ik het zonde zou vinden als hij wordt gestolen."
Sydney 2000. "Ik hoop dat we daar terecht zullen komen. Het zouden mijn vierde Olympische Spelen zijn. Maar ik ben ook reëel genoeg om te stellen dat het ook bij de sport hoort als we het niet redden."
|
NRC Webpagina's
5 JANUARI 2000
( a d v e r t e n t i e s )
|
Bovenkant pagina |