M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
|
H.J.A. Hofland, 'Journalist van de eeuw'
'Groot kanon' inspireert niet iedereen
ROTTERDAM, 17 DEC. De eeuw van de journalist H.J.A. (Henk) Hofland, 73 en nadrukkelijk ongepensioneerd 'inwonend' medewerker van NRC Handelsblad, is ongeveer een halve. Tussen zijn indiensttreding op 1 mei 1953 als redacteur buitenland bij het toenmalige Algemeen Handelsblad en zijn bijdrage ('Verse eieren') aan het Cultureel Supplement van vandaag, ligt zesenveertigeneenhalf jaar. In die kleine halve eeuw heeft Hofland onmiskenbaar zijn stempel op de Nederlandse journalistiek gedrukt. "Hofland steekt met kop en schouders boven de anderen uit", zegt hoofredacteur Piet Hagen van vakblad De Journalist over het eindresultaat van de onder zijn verantwoordelijkheid gehouden verkiezing van de 'Journalist van de eeuw'. "Binnen het krantenvak geldt de beschouwende journalistiek zoals Hofland die bedrijft als het voorrecht van de meest begaafden en best bedeelden, als een privilege dat in het vak veel aanzien verschaft", schreef de socioloog Abraham de Swaan in een voorwoord bij de in 1993 verschenen bundel met Hofland-stukken 'De draagbare Hofland'. "De Johan Cruijff onder de journalisten", motiveerde de hoofdredactie van het regionale dagblad BN/De Stem haar stem voor Hofland. Vrij unaniem roemen vakgenoten en deskundigen Hoflands schrijfstijl, het brede terrein waarop hij zich beweegt, zijn belezenheid en analytisch vermogen, alsook de grote regelmaat waarmee deze inmiddels toch zeer seniore 'stukjesschrijver' publiceert. Hoogleraar maatschappijgeschiedenis en oud-journalist Henri Beunders: "Hofland is de belichaming van de droom van elke journalist: vrij, anarcho-liberaal, maar toch zeer gebonden aan wat er in de maatschappij gebeurt. De boodschap van zijn boek 'Tegels lichten' (1972) is: bekijk in godsnaam de politieke elite wantrouwend en sta open voor nieuwe, andere ontwikkelingen. Dat heeft hem zeer waardevol gemaakt." H.J.A. Hofland schrijft elke woensdag op de Opiniepagina van deze krant, op vrijdag in het Cultureel Supplement en, onder het pseudoniem S. Montag, in het zaterdags bijvoegsel Z. Van buitenlandredacteur bij het Algemeen Handelsblad in de jaren vijftig werd Hofland chef van die redactie, plaatsvervangend hoofdredacteur, en hoofdredacteur in de nadagen van die krant als zelfstandige uitgave. Kort na de fusie tussen Algemeen Handelsblad en de Nieuwe Rotterdamse Courant in 1970 moest Hofland als gevolg van een conflict met de directie het veld ruimen. Eerst als televisierecensent van de fusiekrant NRC Handelsblad en daarna als columnist begon Hofland aan zijn 'tweede' journalistieke carrière. Tussendoor maakte hij onder meer documentaires voor de VPRO en publiceerde hij romans. "De charme van Hofland is dat hij niet is blijven stilstaan", zegt hoofdredacteur Folkert Jensma van NRC Handelsblad. "Hij heeft zich een nieuwe plaats bevochten in de krant." Jensma omschrijft Hofland ook als "de bewaarder van het DNA van de krant", iemand aan wie hij graag vragen voorlegt die met de identiteit van NRC Handelsblad te maken hebben, zoals bij de plannen voor een financieel georiënteerde ochtendeditie van deze krant. Met alle lof voor Hofland - die ook zijn critici onderstrepen - is het eindoordeel niet eensluidend juichend van toon. Daarbij is na een vaak bewogen leven van meer dan zeven decennia niet altijd het persoonlijke van het beroepsmatige te scheiden. Zijn voormalige vriend en collega Willem Oltmans reageert met "oh, wat leuk" op de mededeling over Hoflands eretitel 'Journalist van de eeuw', om er direct aan toe te voegen: "niet dat hij dat is". Volgens Oltmans zijn Hoflands stukjes "bewijzen van luiheid" en is de publicist "niet echt engaged". Hoofdredacteur Martin van Amerongen van de Groene Amsterdammer zegt - "met alle waardering voor zijn stukken" - vaak teleurgesteld te zijn geweest door Hoflands "gebrek aan stellingname in een paar cruciale kwesties", zoals ten tijde van de eerste fusieplannen van de toenmalige Nederlandse Dagbladunie en de Perscombinatie. Zowel Van Amerongen als Frénk van der Linden, freelance journalist (onder meer voor deze krant) en winnaar van de Prijs voor de Dagbladjournalistiek '98 hekelt de 'ongewenst bedaagde' respectievelijk 'wat vlakke' commentaren van Hofland. Van der Linden: "Columnist J.A.A. van Doorn van HP/De Tijd steekt met kop en schouders boven hem uit." Voor Sytze van der Zee is zijn vriend en voormalige hoofdredacteur Hofland nog steeds 'een anker' en iemand die hem als 'jonge hond' bij het Algemeen Handelsblad "regelmatig tot bezinning riep". Van der Zee werd later buitenlandcorrespondent voor deze krant en hoofdredacteur van Het Parool. Volgens hem zou Hofland een inspiratiebron voor jongeren moeten zijn. Recente winnaars van het Gouden Pennetje, de aanmoedigingsprijs voor jong journalistiek talent, zijn evenwel verdeeld in hun mening. Sander Pleij (29), redacteur van De Groene, spreekt waarderend over Hofland als "een groot kanon achter het bureau". Wendelmoet Boersema (27, redacteur bij Trouw) slaat nog wel eens een artikel van Hofland op met aanwijzingen voor het maken van een goede nieuwsanalyse. Maar Hofland is zeker niet haar grote voorbeeld; daarvoor kijkt ze eerder naar de door haar bewonderde buitenlandcorrespondenten, in wier voetsporen zij binnenkort treedt vanaf standplaats Moskou. Zelf koos Hofland als zijn 'journalist van de eeuw' de inmiddels bij velen - ook in het vak - volstrekt onbekende oud-hoofdredacteur van het Algemeen Handelsblad, Charles Boissevain (1847-1927). Dat doet het ergste vrezen voor Hoflands eigen roem aan het eind van de volgende eeuw.
|
NRC Webpagina's
17 DECEMBER 1999
|
Bovenkant pagina |