|
|
|
NIEUWSSELECTIE Dossier Tour de France 1999 Officiële Tour de France website
De hele krant op NRC's Webeditie voor het buitenland
|
Ploeg De Rooy valt even op
Knecht Lotz uit schaduw van Boogerd
Door onze redacteur WARD OP DEN BROUW
In een ploeg van routiniers was het tweedejaars prof Lotz die de Raboploeg een nieuwe stimulans gaf. De ploeg verkeerde in een rouwstemming sinds kopman Boogerd door een belabberde tijdrit en valpartijen al snel kansloos was voor een hoge klassering in de Tour. Ook in de twee Alpenetappes kon de Raboploeg geen vuist maken. "Niet dat er een sfeer van verslagenheid was, maar gisteravond hebben we nog een bespreking gehad om de jongens vertrouwen te geven", zei De Rooy na afloop van de etappe in Saint-Flour. "Eindelijk hebben we vandaag weer eens kunnen doen wat we hadden afgesproken en dat is belangrijk voor de moraal. Tot nu toe reden we alleen maar van A naar B om vervolgens weer naar het hotel toe te gaan. Dat was dodelijk saai. Je merkt tijdens de wedstrijd dat de jongens opleven als ze horen dat er een van hun weg is." Voor de start van de etappe zag het er niet naar uit dat er voor een renner van Rabobank een hoofdrol was weggelegd. Het grootste deel van de nog zeven renners tellende ploeg voelde zich ziek, zwak of misselijk. Lotz voelde zich uitstekend. "Zijn gezondheid is zijn kracht", zei assistent-ploegleider Adri van Houwelingen. "Hij is nooit ziek." Lotz, tevens kamergenoot van Boogerd, haalde zijn ploeg uit de negatieve spiraal. "We houden de moed erin. Als je dat niet doet, kun je net zo goed afstappen." Pas enkele dagen voordat de Raboploeg afreisde naar Frankrijk, werd Lotz opgeroepen. De eerste reserve verving de Zwitser Niki Aebersold, die te veel hinder ondervond van een achillespeesblessure. "Ik heb laten zien dat ik meer ben dan een reserve", sprak Lotz gisteren trots. Ook Boogerd was blij dat Lotz meeging naar de Tour; de kopman van de Raboploeg laat zich het liefst seconderen door Lotz, een renner die zich helemaal wegcijfert. De rolverdeling tussen de Hagenaar en de Limburger dateert van de Dauphiné Libéré van het voorjaar van '98. Vanaf de reservebank mocht Lotz vorig najaar als eerstejaars prof ook mee naar de Ronde van Spanje. Daar verving hij de Oostenrijker Peter Luttenberger. Een maand na de Vuelta nam bondscoach Gerrie Knetemann hem op aandringen van Boogerd op in de nationale ploeg voor het wereldkampioenschap in Valkenburg. Dat was voor hem een bijzondere ervaring. Niet alleen omdat het WK zich afspeelde in zijn eigen dorp, maar ook omdat zijn twee maanden eerder overleden vader op de Cauberg begraven is. Net als tijdens het WK en drie dagen geleden op de Alpe d'Huez genoot Lotz op het ruim tweehonderd kilometer lange parkoers van de vele toejuichingen. "Er stonden een heleboel Nederlanders langs de kant. De meesten wisten niet wie ik was, dus riepen ze maar 'Hup Holland Hup'." Nog elke dag verbaast de voormalige HTS'er zich over het spektakel dat Tour de France heet. "Dit is bijvoorbeeld niet te vergelijken met de Ronde van Spanje. Er staan veel meer mensen langs de kant, er zijn veel meer journalisten." Zoals elke andere renner wil Lotz Parijs halen. Aan zijn fysieke conditie zal het niet liggen. Na elke etappe herstelt hij wonderbaarlijk snel. Terwijl Lotz deel uitmaakte van de acht man sterke kopgroep, realiseerde hij zich dat de beelden thuis in Nederland rechtstreeks op de tv te volgen waren. , ,Dat maakt je extra sterk." Het heuvelachtige parkoers deed hem denken aan zijn eigen provincie. "Het was hier net Limburg in het groot." Ook na de Tour verwacht ploegleider De Rooy nog het een en ander van Lotz, met name in de wereldbekerwedstrijden. "Daar kan hij misschien wat meer vrijheid nemen. Hij gaat absoluut niet kapot uit de Tour komen. We kunnen nog heel veel plezier aan hem beleven."
|
NRC Webpagina's
17 JULI 1999
|
Bovenkant pagina |