M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
|
100 miljoen pond voor de Britse film
Door HANS BEEREKAMP
Onder de opeenvolgende Conservatieve regeringen was er nagenoeg geen overheidssteun beschikbaar voor de Britse filmindustrie, desondanks de enige in Europa die zich nog internationaal succesvol mag noemen. De regering-Major had als oplossing voor het stimuleren van de filmproduktie zonder direct subsidies te verstrekken het zogenaamde franchises-model bedacht. Het houdt in dat samenwerkende groepen producenten voor een langdurige periode (zes jaar, met een evaluatiemoment na drie jaar) via de Kunstraad geld uit loterijinkomsten krijgen toegewezen. Er is geen inhoudelijke toetsing van hun projecten meer, maar elk filmplan wordt wel nog beoordeeld op de deugdelijkheid van de overige financiering, die gemiddeld tachtig procent van het totale budget bedraagt. Van de 37 aanvragen van samenwerkende filmproducenten die de Kunstraad binnenkreeg, werden er gisteren drie gehonoreerd. Het gaat daarbij om verre van kinderachtige bedragen. Het door Pathé Productions geleide consortium van onder meer Lynda Myles (The Commitments), Simon Channing-Williams, Jake Eberts (The Killing Fields) en Sarah Radclyffe krijgt 33 miljoen pond (ongeveer 100 miljoen gulden), het begin van de financiering van 35 films. Een gelegenheidscoalitie van vier produktiehuizen (Skreba, Greenpoint, Parallax en Scala) met Virgin Cinemas, die zich The Film Consortium noemt, krijgt 30,25 miljoen pond voor 39 films. Tenslotte worden de in DNA Film samenwerkende Duncan Kenworthy (Four Weddings and a Funeral) en Andrew MacDonald (Trainspotting) bedeeld met 29 miljoen pond voor zestien films. Tot de verliezers op deze sinterklaasavond behoorden aanvragers als PolyGram en Recorded Pictures. Ook opvallend is de afwezigheid van Noordamerikaanse producenten, zoals de recent door Warner Bros. in Londen gevestigde firma Heyday Films. Algemeen wordt verwacht dat de regering-Blair het niet zal laten bij het continueren van de politiek van de franchises, die onlangs nog door de in Engeland wonende Nederlandse regisseur Ate de Jong aan het Nederlandse Fonds voor de Film ten voorbeeld werd gesteld. Alleen al de benoeming van een aparte filmminister, de Schot Tom Clarke, wijst op een warme belangstelling van Labour voor de filmindustrie. Zijn collega Smith zei in Cannes te streven naar een verdubbeling van het aandeel van tien procent dat de Britse film op dit moment in de bioscooprecettes heeft. Binnen zeer korte termijn zullen aanvullende maatregelen ter ondersteuning van de Britse film worden bekendgemaakt. Voor de verkiezingen kondigde Labour al aan de band met Europa op filmgebied te willen versterken door de terugkeer van Groot-Brittannië in het Europese coproduktiefonds Eurimages, dat Major enkele jaren geleden had verlaten. Toch was er gisteren nog een Britse vragensteller op de persconferentie in Cannes, die zich bezorgd afvroeg of Pathé geen Franse firma was. Hij kon worden gerustgesteld: niet alleen wordt de kleine 100 miljoen pond uit de franchises geheel besteed aan Britse films, ook alle inkomsten moeten teruggeïnvesteerd worden in de eigen filmindustrie.
|
NRC Webpagina's
16 MEI 1997
|
Bovenkant pagina |