STUDIEKEUZE
ENQUÊTE DECANEN
Uitkomst enquête decanen
Citaten decanen
KEUZEGIDS
UITKOMST KEUZEGIDS
GRAFIEKEN
STUDENTENKEUZES
VOLWASSEN KEUZES
TIEN JAAR
STUDEREN
YOUP
KEUZEBEGELEIDING
LICHTE STUDIES
POPULAIRE STUDIES
LINKS
KEUZEGIDS BESTELLEN
Overzicht eerdere
afleveringen Profiel
|
Decanen
De Nederlandse schooldecanen zijn meestal mannen van middelbare leeftijd. Gemiddeld zijn ze 49,5 jaar oud; 56 procent is ouder dan 50. Binnen afzienbare tijd zal een groot deel van de nu werkzame decanen met de VUT gaan. Dit opent perspectieven voor vrouwen. Want het overgrote deel van de oudere decanen is man, terwijl onder de jongere decanen veel meer vrouwen te vinden zijn. Decanen werken steeds vaker als tweedelijnsfunctionaris; ze zijn coach van mentoren en hebben minder contact met leerlingen. Maar vooralsnog is het decanaat nog altijd een baan die naast het traditionele lesgeven wordt vervuld. Bijna alle geënquêteerde decanen geven les. Het vaakst in het vak Nederlands, maar ook aardrijkskunde- en gymleraren zijn ruim vertegenwoordigd. Gemiddeld besteden zij 12,7 uur per week aan het decanaat. Maar het beroep kost meer tijd dan de school vrijmaakt. Van de ondervraagden zou 64 procent meer tijd willen hebben. De gemiddelde behoefte is 4,1 uur extra.
Verantwoording
Deze zomer heeft NRC Handelsblad een vragenlijst verstuurd aan de ongeveer 2.300 decanen die werken op de middelbare scholen. De enquête werd gezonden aan de decanen van alle schooltypen met uitzondering van het MBO. Uiteindelijk stuurden 617 geënquêteerden de vragenlijst terug, een respons van 27 procent. Deze relatief lage respons is wellicht te wijten aan de drukke periode waarin de vragenlijst werd verzonden: vlak voor de zomervakantie, een tijd van vergaderingen en andere verplichtingen. De vragen richtten zich vooral op het proces van keuzebegeleiding voor de vervolgstudie van de leerlingen, de tijd die decanen per leerling te besteden hebben en het moment waarop een decaan voor het eerst met een leerling in contact komt. Omdat veel decanen aangaven niet meer in contact te komen met alle leerlingen, maar de begeleiding grotendeels over te laten aan mentoren, zijn niet alle antwoorden eenduidig te interpreteren.
|
NRC Webpagina's
7 OKTOBER 1999
|