Begin tekst
NIEUWS
TEGENSPRAAK
SUPPLEMENT
AGENDA
ARCHIEF
ADVERTENTIES
SERVICE

EVJ
Overzicht

Vragen & Opmerkingen

Begrippenlijst:
A, B, C, D, E,
F, G, H, I, J,
K, L, M, N, O, P,
Q, R, S, T, U,
V, W, X, Y, Z

Monopolie

Dit is een marktvorm waarbij slechts één onderneming het product aanbiedt. Concurrenten zijn er niet. De monopolist heeft uitsluitend met zijn kopers te maken. Door zijn machtspositie kan hij een hogere prijs vragen dan bij volkomen concurrentie tot stand zou komen.

In zijn meest zuivere vorm zullen we het monopolie nooit in de werkelijkheid aantreffen. Er zal altijd wel een of ander substituut bestaan. Er bestaan zogenoemde natuurlijke monopolies, bijvoorbeeld wanneer de hele uraniumproductie in handen zou zijn van één onderneming.
Er zijn overheidsmonopolies, die hun positie meestal aan een wettelijke regeling danken. Denk aan De Nederlandsche Bank. Zo waren tot voor kort de NS en PTT Telecom voorbeelden van overheidsmonopolies.
De derde groep is het feitelijke monopolie: voor mogelijke toetreders is het praktisch onuitvoerbaar om tot de markt door te dringen. Dit kan komen doordat met een geweldig groot beginvermogen moet worden gestart of omdat er heel speciale kennis van een bepaald productieproces of van de marktomstandigheden vereist is.

Bovenkant pagina
NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD / Pleus & Schöndorff 5 juli 1997 / web@nrc.nl)