U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
Klik hier
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 NIEUWSSELECTIE 
 KORT NIEUWS 
 RADIO & TELEVISIE 
 MEDIA 

S c h a k e l s

Joop van den Ende over zijn cultuurfonds

Laat het zien, verkoop het


Voormalig tv-tycoon Joop van den Ende heeft een bestemming gevonden voor zijn fortuin : de kunst. "Kunst moet bij een breder publiek worden gebracht."

Door Mark Duursma

Vermogende mensen moeten zich verplicht voelen om iets te doen voor de samenleving, vindt Joop van den Ende. "Het zou hoog op je lijstje moeten staan. En dan bedoel ik niet sponsoring van een voetbalclub." Wat dan wel? " Kijk hoe de bejaardenzorg terugloopt. Of hoe alle gezelligheidsverenigingen verdwijnen uit de grote steden. Daar valt een hoop te doen, kies maar wat uit. "

Zelf kiest Van den Ende (Amsterdam, 1942) voor cultuur. De man die Nederland verblijdde met de Soundmixshow, Goede Tijden Slechte Tijden, Wedden Dat en vele andere programma's, nam vorig jaar afscheid van de televisie. Samen met zijn compagnon John de Mol verkocht hij zijn bedrijf Endemol aan het Spaanse Telefónica, en hield daar naar schatting twee miljard gulden aan over. Nu beperkt hij zich tot zijn oude liefde, het produceren van musicals en theatervoorstellingen.

Deze week presenteerden Joop en Janine van den Ende de VandenEnde Foundation, een particulier fonds dat kunstzinnige initiatieven wil ondersteunen. Drie doelen heeft de stichting: professionele ontwikkeling van jong en gevestigd talent, bevordering van cultuurparticipatie en stimulering van cultureel ondernemerschap. De nadruk ligt op de podiumkunsten en audiovisuele media, maar andere disciplines worden niet uitgesloten.

Een kunstprogramma van de AVRO, de marketing en publiciteit van het Holland Festival en een Chagall-tentoonstelling in het Joods Historisch Museum behoren tot de eerste begunstigden. Twintig miljoen gulden per jaar is er beschikbaar voor instellingen en particulieren, afkomstig uit het familievermogen. "Ik heb me verplicht om jaarlijks dat bedrag uit het familievermogen te halen, en dat wordt na mijn overlijden voortgezet. Bij een apart fonds moet je veel te voorzichtig beleggen, dit is handiger." De VandenEnde Foundation wordt het derde grote particuliere cultuurfonds in Nederland, naast VSB Fonds en het Prins Bernhard Cultuurfonds, die vorig jaar respectievelijk 29,2 miljoen en 31, 7 miljoen gulden aan cultuur uitgaven.

Joop van den Ende doet het rustig aan, leek de boodschap uit de berichten van de afgelopen anderhalf jaar. Fysieke instorting, bezinning. 'Rustig aan' is niet de indruk die Van den Ende wekt op een namiddag in het kantoor van Stage Holding, zijn entertainmentbedrijf, aan het Amsterdamse Museumplein. Nerveuze medewerkers coördineren het strakke tijdschema - 'over negen minuten zijn we aan de beurt' - waar de baas zelf zich niets van aantrekt.

Enthousiast toont hij de zojuist aan hem gepresenteerde kostuumtekeningen voor een nieuwe editie van Holiday on Ice. "Prachtig toch, dat er nog mensen zijn die dat soort kostuums kunnen maken." Echtgenote Janine, mede-initiatiefnemer van de Foundation, zou ook aanwezig zijn bij het gesprek. Ze is echter net met een virusinfectie teruggekeerd uit Egypte, waar ze zich heeft laten inspireren voor een theaterrestaurant in Aida-stijl. Wel aanwezig is Ryclef Rienstra, voormalig directeur van het Nederlands Fonds voor de Film, nu directeur van de VandenEnde Foundation.

Na de verkoop van uw televisiebedrijf dachten uw vrouw en u: met dat geld gaan we iets leuks doen."Welnee, dat hadden we al veel eerder bedacht. Dit is niet iets van de laatste paar jaar, het idee ontstond al toen we trouwden, dertien jaar geleden. We ondersteunden altijd al goede doelen, zoals het Rode Kruis en Foster Parents Plan. Ook culturele doelen, we hebben ervoor gezorgd dat Jeroen Krabbé zijn regiedebuut Left Luggage kon afmaken. Maar net als bij Endemol heb ik bedacht dat we ons moesten focussen, dat we ons moesten beperken tot een bepaald terrein. Gezien onze belangstelling was cultuur een logische keuze voor de Foundation."

Wat is, afgezien van de officiële doelen van de stichting, uw persoonlijke doel?"In vijf jaar tijd wil ik bereiken dat de kunst bij een breder publiek wordt gebracht. Hou het niet geheim, probeer het te verkopen, dat is altijd mijn credo geweest. Dat moet voor een kunstenaar bijna het hoogste doel zijn. Elke kunstenaar heeft daarbij zijn eigen grenzen: een dichter die de oplage van zijn bundel ziet stijgen van 1.200 naar 4.000, dat is al heel mooi."

Educatie, participatie, cultureel ondernemerschap; u heeft veel gemeen met staatssecretaris Van der Ploeg."De parallel Van der Ploeg-Van den Ende wil ik niet trekken."

Rienstra: "Het is natuurlijk eerder andersom. Van den Ende is een cultureel ondernemer par excellence, en daarmee vermoedelijk een inspiratiebron voor Van der Ploeg."

Particuliere ondersteuning van cultuur speelt in Nederland een relatief kleine rol. Wat vindt u van de relatie kunst en overheid in Nederland? "Financiering van kunst moet niet alleen een overheidszaak zijn. Het beste voorbeeld vind ik het Concertgebouw. Directeur Martijn Sanders heeft daar een topprogramma staan dat twee drie keer zoveel kost als hij aan subsidie ontvangt. Dat krijgt hij voor elkaar dankzij sponsoring, dat vind ik mooi. Ik hou van museumdirecteuren met rare plannen om meer publiek te trekken. De opvatting 'ik heb recht op subsidie' is te ver doorgeschoten. Cultuur is gebaat bij groei, niet bij het afwachten van de Cultuurnota. Als een gezelschap tien jaar lang subsidie krijgt zonder te veranderen, zou je ze vier jaar lang minder moeten geven, om ze te dwingen dat bedrag op een andere manier binnen te halen. Niet meteen de hele subsidie stopzetten, dat is een beetje cru."

Het grote verschil tussen overheid en de VandenEnde Foundation is volgens Rienstra dat de stichting meer risico's kan nemen. "Wij kunnen het ons permitteren om iets te ondersteunen en daar twee jaar later weer mee te stoppen als we constateren dat het niet uitpakt zoals we hadden gehoopt. De overheid stelt zware eisen aan beginners, en dat is terecht. Wij zijn flexibeler." De stichting doet voor de selectie van aanvragers een beroep op adviseurs per kunstdiscipline, die zelf ook op zoek gaan naar interessante projecten.

Van den Ende: "Als jochie zat ik in de Pijp op een toneelvereniging, ik weet hoe belangrijk dat is. Bij de Dansacademie Lucia Marthas maken kinderen kennis met dans en zang, en het is een serieuze vakopleiding voor show- en musicaldans. Zo'n school, dat is positief denken. Dat moet je bijvoorbeeld in de Bijlmer neerzetten, daar bereik je meer mee dan met tien beleidsnota's over kansarme kinderen. Wij ondersteunen de dansacademie, en dan kan de overheid het later overnemen."

Met de Foundation zet u een flinke stap richting gesubsidieerde cultuur. Tussen vrije sector en gesubsidieerde cultuur gaapt in Nederland een kloof. Wilt u die kloof dichten?"Dat doe ik al mijn hele carrière. Ik hoef geen subsidie te hebben, maar de wisselwerking zou groter moeten zijn. Acteurs uit vrije producties moeten kunnen spelen bij gesubsidieerde gezelschappen en andersom. Het mooiste voorbeeld vind ik nog steeds Ischa Meijer: hij nam mijn uitdaging aan, kwam bij mij onder contract en heeft zich volgens mij nog nooit zo vrij gevoeld als in die programma's die hij toen maakte. Iedereen kan zich verschuilen achter de VPRO, Vrij Nederland en nog zo wat, maar de uitdaging is om daar achter vandaan te komen."

Uw tirade tegen de commerciële televisie, anderhalf jaar geleden, heeft veel reacties opgeroepen. U sprak over 'verpaupering van het programma-aanbod' enwerd beticht van hypocrisie. Nu zult u worden beticht van het afkopen van schuldgevoel."Ik heb geen schuldgevoel, want ik ben nooit verantwoordelijk geweest voor de programmering van een hele zender. Ik was een producent, de omroepen waren mijn opdrachtgever. De samenleving veranderde, ik ging mee, ik had een commerciële onderneming. Televisie is altijd een middel geweest om mijn theateractiviteiten te kunnen doen. Ik ben nu niet iets aan het afkopen."

Er is nog een malicieus motief denkbaar voor de Foundation: nu krijgt u eindelijk erkenning van de culturele elite."Marcel van Dam - soms zegt-ie goeie dingen - zei ooit: om succes te hebben moet je een vijand hebben. Wat is je drive? Niet het succes zelf, maar iets dat dieper zit. Als jochie uit een eenvoudig arbeidersmilieu nam ik geen genoegen met wat ik was. Ik accepteerde niet dat ik niet wist wat een ander wel wist. Kunst heb ik leren kennen en waarderen door mijn werk. Shakespeare heb ik door mijn voorstellingen ontdekt, niet op school. Maar dat betekent nog niet dat ik in het gevlij wilde komen van de intellectuelen, dat maken journalisten er steeds van."

U voelt zich niet miskend?"Miskend? Als recensenten schrijven dat ik platte zooi maak, en ik reageer daarop, voel ik me dan miskend? Waarom mogen zij dat schrijven, en mag ik daar niet op reageren? Ik vind het verschrikkelijk als recensenten niet weten waar ze het over hebben. In het theater valt dat mee, maar bij tv-kritiek gebeurt dat te vaak, eigenlijk altijd."

Van den Ende kalmeert. "Dat afkopen van schuldgevoel, dat houdt mij zelf ook bezig. Maar ik geloof toch echt niet dat dat mijn geheime motief is geweest bij het opzetten van de Foundation. Ik was hier al veel langer mee bezig."

Uw steun voor het Holland Festival is opmerkelijk, zeker gezien de terughoudende subsidiëring op dit moment door het rijk en de gemeente Amsterdam."Toen ik vijftien was werkte ik in het decoratelier van De Nederlandse Opera, die elk jaar een opera deed voor het Holland Festival. Als de naam Holland Festival valt, leef ik op. Ik vind het Holland Festival heel belangrijk voor Nederland, en voor onze internationale uitstraling. Ik zie veel voorstellingen in het buitenland, en ik wil dat er mensen naar dat festival komen die niet even hup naar Edinburgh of Salzburg kunnen om zo'n voorstelling te zien."

U had Holland Festival-directeur Ivo van Hove al gevraagd om de musical Rent te regisseren."Het is andersom, hij kwam bij mij omdat hij in New York had gehoord dat ik de rechten van Rent had. Van Hove wil van dat sjieke publiek af bij het Holland Festival, hij wil het veranderen, dat vind ik goed. Ik wilde niet eenmalig een voorstelling ondersteunen, liever iets structurelers doen, dus hebben we het marketingbudget met tien procent verhoogd zodat ze een nieuw publiek kunnen aanspreken. Die tapdanser in Carré van drie jaar geleden, Savion Glover, die kwam uit mijn stal, maar niemand hoeft bang te zijn voor mijn invloed op de programmering. Ik mag toch wel een suggestie doen? Ook voor alle andere ondersteunde projecten geldt: ik wil geen inhoudelijke bemoeienis. "

Opvallend is ook het enorme bedrag (ruim acht miljoen gulden) voor Kwestie van smaak, het kunstprogramma van de AVRO (dat vanavond voor het eerst wordt uitgezonden). Waarom zoveel steun en waarom heeft u zich vastgelegd voor vier jaar?"Met de AVRO, de Vereniging van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties en het Theaterfestival heb ik een tijd geleden gepraat over mogelijkheden om de theaters in Nederland aantrekkelijker te maken, en de rol die televisie daarbij zou kunnen spelen. Ik dacht aan een licht programma over uitgaan op prime time, niet weggestopt na twaalven. Een middel om mensen naar de theaters te krijgen, niet een programma dat roept: dit is kunst. Met de Foundation kunnen we dat financieren, en het programma de tijd geven om iets op te bouwen. Het moet een instituut worden, en tussen de vier en acht procent kijkdichtheid halen."

In de VARA-gids van deze week wordt u 'Neerlands culturele suikeroom' genoemd. Wat vind u van die aanduiding?"Ach, dat klinkt wat lullig, daar moeten we even doorheen. Maar het is ook dom. Voor mij is het niet erg, ik ben gewend aan publiciteit. Maar voor andere vermogende families kan het een reden zijn om op hun geld te blijven zitten, omdat ze die publiciteit niet willen."

In Amerika, zoals ooit in Europa, is het mecenaat een gangbare vorm van kunstfinanciering. Bent u een mecenas?"Nee...ik denk het niet...nee, nee."

Rienstra: "Kom kom, niet zo bescheiden."

Van den Ende: "Ik weet niet of ik dat predikaat al verdien, het is nog te vroeg. Kom over twee jaar maar terug, dan zien we of het allemaal goed is gegaan. Rondlopend in Amerika denk ik: we hebben nog veel te doen."

Van den Ende wil documentaires over theater

Door onze kunstredactie
AMSTERDAM, 27 APRIL. Vanden Ende Foundation, die afgelopen woensdag werd gepresenteerd, heeft het initiatief genomen voor een groot documentair project over de geschiedenis van het Nederlandse theater in de twintigste eeuw.

Alle genres moeten daarin aan bod komen, van ballet en opera tot toneel, cabaret en musical. Men hoopt in de komende maanden programmamakers en redacteuren voor de verschillende gebieden te verzamelen, die onder één eindredacteur aan het werk gaan. Het project omvat een zes- tot twaalfdelige serie tv-documentaires, waarvoor de AVRO al interesse heeft getoond, informatie op internet en documentatie voor het onderwijs. "Als je het goed wilt doen, gaat zoiets 10 tot 15 miljoen kosten," aldus initatiefnemer Joop van den Ende, "en je moet er drie vier jaar over kunnen doen om het te maken." De VandenEnde Foundation heeft jaarlijks 20 miljoen gulden te besteden uit het privé-vermogen van Van den Ende en zijn vrouw.

Inl: VandenEnde Foundation, Johannes Vermeerstraat 20, 1071 DR Amsterdam of op de website www.vandenendefoundation.org
'Kwestie van smaak', vanavond op Ned. 1, 21.29-22.14u

NRC Webpagina's
27 APRIL 2001

Archief CS


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad