|
|
Italiaan Mario Cipollini behaalt tweede opeenvolgende
ritzege in de Tour
De oude leeuw uit Toscane geeft sprintles
Door onze redacteur WARD OP DEN BROUW
Cipollini werd in 1989 beroepsrenner. Hij reed in 1994 en 1995 voor
Mercatone Uno-Saeco. Deze ploeg werd in 1996 opgesplitst. Cipollini ging
dat jaar mee met Saeco. De fabrikant van koffie-apparaten zag de omzet
van zijn producten fors stijgen. De 1.90 meter lange renner met de
markante basstem staat altijd garant voor publiciteit. In deze Tour
trekt hij behalve door zijn prestaties ook de aandacht met een pikante
kleurenfoto op zijn stuur van Pamela Anderson. De foto is gemaakt in de
periode dat de Canadese sexbom nog siliconenborsten had. In de
rennersbus van Saeco moeten posters van playmates Cipollini en zijn
ploeggenoten in de juiste stemming brengen.
Met 'Mooie Mario' is altijd wat te beleven. Maar een playboy is hij al
lang niet meer, vertelde Cipollini vorig jaar in een gesprek met het
Franse tijdschrift Vélo. "Het doet me deugd dat ze nog
steeds dat beeld van me hebben, maar het is het tegenovergestelde van
hoe ik werkelijk ben. Want het is onmogelijk sport op topniveau te
combineren met alle pleziertjes in het leven. Het wielrennen eist te
veel opofferingen om je uitspattingen te kunnen permitteren." Cipollini
is naar eigen zeggen een family man, die de tijd bij
voorkeur doorbrengt met zijn vrouw Sabrina en zijn dochtertje Lucretia.
Ook na deze Tour wil hij weer veel tijd met hen doorbrengen in zijn
huizen in Monte Carlo en in zijn geboortestad Lucca.
Cipollini wil zijn loopbaan beëindigen bij Saeco. "Het zal me geen
enkele moeite kosten om een andere ploeg te vinden. Iedereen weet wat ik
kan. Maar op mijn leeftijd is het niet zo makkelijk om mijn vrienden te
verlaten en een nieuw avontuur te beginnen", vertelde hij deze week.
Toch flirtte Cipollini na zijn ritzege in Blois met potentiële
nieuwe sponsors. Hij won woensdag zelfs de snelste etappe in de Tour-
historie, 50,355 kilometer per uur. Tegen die achtergrond repte hij over
een koeriersbedrijf als sponsor. Voor spoorwegmaatschappijen denkt hij
reclame te kunnen maken voor hoge-snelheidstreinen. In het peloton is
'de rode trein' van Saeco een begrip. In de finale van de vlakke etappes
brengt de Cipo Express, gekleed in rode shirts, zijn kopman in
een zetel naar de finish.
Cipollini breekt het ene na het andere record. Gisteren behaalde hij
zijn tiende ritzege in de Tour, één meer dan zijn
legendarische landgenoot Fausto Coppi. Met alle respect voor de
campionissimo, maar Cipollini meent dat hij in de Tour betere
resultaten heeft geboekt dan Coppi. In 1993 won hij een ploegentijdrit
en reed hij twee dagen in de gele trui. In 1997 reed hij vier dagen in
de gele trui. Cipollini wees fijntjes naar de zware ploegentijdrit.
"Geloof me, in die discipline zie je enorm af." Maar als de in 1960
overleden Coppi nog zou leven, zou hij de Toscaanse wijsneus wijzen op
zijn erelijst. Coppi won de Tour in 1952, toen hij ook vijf ritzeges
behaalde. Cipollini heeft de Franse ronde nog nooit uitgereden. Hij haat
de bergen en verlaat de Tour vermoedelijk komend weekeinde. Maar in de
vlakke etappes van vandaag en morgen kan hij nog een record evenaren.
Zijn streekgenoot Gino Bartali, de grote rivaal van Coppi, won in 1948
als laatste wielrenner drie opeenvolgende Tour-etappes. Cipollini
behaalde in de Giro d'Italia 29 etappezeges. Om het record te breken
heeft hij nog een lange weg te gaan. De Italiaanse sprinter Alfredo
Binda was in de Giro 41 keer de beste. Cipollini geeft echter de
voorkeur aan andere uitdagingen. Zijn grootste droom is een gouden
medaille op de Olympische Spelen. In 1996 deed hij in Atlanta een gooi
naar de olympische titel bij het wielrennen op de weg, maar daar bleek
het parkoers te zwaar voor de sprinter. Dus moet het volgend jaar bij de
Zomerspelen in Sydney gebeuren. Hij gokt op een gouden medaille op het
onderdeel achtervolging op de baan.
Aan stoppen denkt Cipollini nog lang niet. En als hij zijn fiets aan de
kant zet, zal hij dat zeker niet op zijn hoogtepunt doen. Hij heeft de
ambitie om bij Saeco een jonge sprinter de kneepjes van het vak te
leren. "Ik heb nog een paar mooie jaren voor me. Ik stop wanneer ik mijn
sporen in het wielrennen heb nagelaten."
|
NRC Webpagina's 9 juli 1999
|
Bovenkant pagina |
|