NIEUWS | TEGENSPRAAK | SUPPLEMENT | AGENDA | ARCHIEF | ADVERTENTIES | SERVICE 




Overzicht eerdere
afleveringen


  WIELRENNEN
 OVER DE COUBERG
 VEDETTEN EN WIELTJESZUIGERS
 REGENBOOGTRUI
 VOORZITTER UCI
 HISTORIE
 WK 1979
  DE RACEFIETS
 ORGANISATIE
 BIJWONEN WK '98
 WERELDRANGLIJST EN WERELDKAMPIOENEN
 PROGRAMMA
 TV EN RADIO
 NEDERLANDERS
 GERRIE KNETEMAN
 HENNIE KUIPER
 THEO 'FIEL' MIDDELKAMP
 WIELERTAAL
 WK-TRICOT
 GRAFIEKEN
  LINKS

Spel van list en bedrog

Guido de Vries
De historie van het WK zit vol intriges, maar ook mislukte afspraken waardoor de 'verkeerde' renners wonnen. De Duitser Thurau - dit jaar werd hij gearresteerd wegens een bouwfraude - speelde enkele keren een merkwaardige rol. Zoals bij het vorige WK in Nederland: in 1979.

Benoni Beheyt
Benoni Beheyt gaat in 1963 over de finish, voor de grote favoriet Rik van Looy. Foto ANP

DIDI THURAU had bij het wereldkampioenschap van 1977, in het verre Venezolaanse San Cristobal, een onvergetelijke kans voor open doel. Op zeven kilometer voor de finish kreeg zijn enige medevluchter Francesco Moser een lekke band. Als Thurau even op de pedalen was gaan staan voor een venijnige versnelling had de jonge Duitser ongetwijfeld de begeerde regenboogtrui mogen aantrekken. Maar Thurau aarzelde, liet de verbaasde Moser terugkeren en gedroeg zich in de sprint à deux als een mak schaap.

,,C'est bizar'', mompelde Jacques Anquetil, vijfvoudig Tourwinnaar en keuzeheer van de Fransen, aan de eindstreep. Thurau's ploegleider Peter Post (Raleigh) begreep er evenmin iets van: ,,Ik ken Thurau als iemand die altijd wil winnen'', verzuchtte de lange Amstelvener.

De geruchtenmolen draaide prompt op volle toeren. Had Checco (Moser) de eerzuchtige, getalenteerde en op geld beluste Thurau een kruiwagen vol lires aangeboden, zoals critici meteen beweerden? Een wereldtitel is niet te koop, wierpen anderen tegen. De waarheid kwam pas later aan het licht. Thurau kreeg in 1978 een contract bij IJsboerke en de baas van die Belgische sponsor, Staf Janssens, zag weinig in de regenboogtrui waarin de wereldkampioen moet rondfietsen en waar maar weinig reclame op mag staan. De rondborstige zakenman had veel liever dat Thurau schitterde in een shirt met daarop in grote letters de naam IJsboerke.

Het incident rondom Thurau past perfect in het cyclisme: met zijn list en bedrog, zijn intriges, zijn afspraken. De sterkste mag niet altijd winnen, zeker niet als hij een knecht is. En als de knecht toch zegeviert, door de patron te verraden, is er voor hem geen leven meer in de hiërarchisch opgebouwde wielerwereld.

De Belg Benoni Beheyt kan daarover meepraten. Op zondag 11 augustus 1963, bij het WK in eigen land (Ronse), zat hij in een grote kopgroep, waar de Vlaamse helden goed waren vertegenwoordigd: behalve Beheyt reden Armand en Gilbert Desmet, Proost en Van Looy (ofwel de 'Keizer van Herentals') vooruit. Rik van Looy was favoriet. Hij was niet alleen een van de snelste sprinters, in het Belgische kamp was afgesproken dat eenieder zich in het zweet zou rijden om hem voor de derde keer aan de regenboogtrui te helpen.

Maar in het zicht van de finish werden die beloften geschonden. Gilbert Desmet - uit op eigen gewin - demarreerde maar werd teruggepakt en in de chaos van de laatste meters wrong Benoni Beheyt zich nog langs Van Looy, die zich al winnaar waande. Beheyt voelde zich de koning te rijk. De piepjonge Oost-Vlaming droomde van hoge startgelden en een aanzienlijke salarisverhoging, maar hij vergiste zich lelijk in de getarte Van Looy. De machtige 'keizer' bestrafte de rebellie zwaar. Hij gebruikte zijn enorme gezag in het peloton, bij sponsors en organisatoren om zijn ongehoorzame helper te dwarsbomen. Beheyt stopte in 1967 op 26-jarige leeftijd, omdat hij geen brood meer zag in zijn carrière.

De affaire-Beheyt bracht België op de rand van een wieleroorlog, die herinneringen opriep aan de mondiale titelstrijd van 1946 in Zürich. De Vlaming Marcel Kint reed in de finale alléén voorop. Bij de voorbespreking waren de Belgische deelnemers overeen gekomen dat hij zijn landgenoten in totaal 15.000 franken zou betalen wanneer een Belgische renner zou zegevieren. Wat gebeurde in de slotkilometers? Rik van Steenbergen (Rik 1; Van Looy werd Rik 2 genoemd) zette de achtervolging in met de Zwitser Hans Knecht aan zijn wiel. De twee sloten aan bij Kint, die het in de eindsprint moest afleggen tegen Knecht. Landverraad, zo schreef de Belgische pers over Rik 1, die er om moest lachen. Hij moet zijn zakken goed hebben gevuld.

De professionele wegwedstrijd bij het WK is jaarlijks de enige krachtmeting voor landenteams, hetgeen een renner in een lastig parket kan brengen. Wat te doen als een buitenlandse renner van dezelfde sponsor, met wie hij de rest van het jaar in één ploeg rijdt, in een kansrijke positie komt? Moet hij die een handje toesteken, of gaan de belangen van het eigen vaderland boven alles? In 1993 verkeerde Johan Museeuw in de finale te Oslo in een mooie positie. Van dichtbij zag de Belg hoe de Moldaviër Tsjmil - zijn ploegmakker bij GB/MG - hem in de wielen reed en geheel voor zijn eigen gewin ging. Terwijl Museeuw achter het finishdoek kookte van woede, merkte Tsjmil iets op in de trant van: ,,Sinds wanneer is Moldavië een provincie van België?''

Het kan gebeuren dat een renner bij een WK ijzersterk is, maar zo veel landgenoten is kwijtgeraakt dat hij in zijn eentje niet kan meedingen naar de titel. Zo'n coureur kan er dan voor kiezen ,,in de slag'' te gaan met ,,de vijand''. De Nederlander Michel Stolker deed dat in 1961, in Bern. ,,Van Looy kwam bij mij praten'', bekende Stolker later in een vraaggesprek met Wout Koster van Wielerrevue. ,,Hij zag dat ik goed reed. Maar dan zit je wel even moeilijk. Dus ik eerst naar Anquetil (kopman van Stolkers Franse sponsor, red.), want ik moet natuurlijk wel weten wat die van plan is. Stel dat hij die dag wereldkampioen wil worden, dan was ik natuurlijk nooit voor Van Looy gaan rijden, dan had ik voor Jacques gereden.''

Voor doorgewinterde profs is het WK een mogelijkheid om geld te verdienen, véél geld. Wie in de finale de macht of het geluk heeft voorop te geraken, kan zelfs in één klap ,,binnen'' zijn. Het is dus begrijpelijk dat fietsers om den brode op zulke momenten zaken met elkaar doen.

Met de grootste coureur aller tijden, Eddy Merckx, was het in dit opzicht moeilijk onderhandelen. De 'kannibaal' uit Tervuren wilde immers alles winnen. Toch heeft ook hij meegedaan aan opmerkelijke combines. Bijvoorbeeld bij het WK van 1973 op het circuit van Montjuich in Barcelona. ,,Ik rijd in géén geval voor Merckx'', blufte de 21-jarige, supersnelle Belgische debutant Freddy Maertens een dag voor de wedstrijd strijdlustig. Maar toen hij aan het slot van de koers in een kopgroep van vier belandde - met Merckx, Luis Ocana en Felice Gimondi - veranderde hij van gedachten.

,,De toeschouwers hebben zes keer ijskoud water over mijn benen gespoten'', vertelde Maertens later. ,,Ik had kramp en voelde me niet zeker meer. Toen deed Merckx me een fantastisch aanbod. Als ik de sprint met succes voor hem aantrok, lag er aan de meet goud voor me te wachten.'' Maar het ongelooflijke gebeurde toen het finishdoek in zicht kwam: Maertens lanceerde Merckx in een lange spurt, maar de maestro slaagde er niet in Gimondi voorbij te komen. De op papier snellere Belg gaf zich zelfs ver voor de meet gewonnen.

Maertens was razend. Toen hij weer tot bedaren was gekomen, herinnerde hij zich - zo vertelt hij in het boek Niet van horen zeggen van Manu Adriaens - dat de titelstrijd van 1973 in feite al aan de vooravond van het kampioenschap was beslist. 's Zaterdags was hij op de training de oude Tulio Campagnolo tegengekomen, de steenrijke Italiaanse fabrikant van rijwielonderdelen. ,,Morgen wint er een renner die met mijn materiaal fietst'', zei Campagnolo tegen Maertens. ,,Let op mijn woorden: mijn grote Japanse concurrent Shimano komt er niet aan te pas.''

Maertens gebruikte materiaal van Shimano, Merckx reed met Campagnolo. En Gimondi? Juist, die reed óók met Campagnolo.

NRC Webpagina's
1 OKTOBER 1998

   Bovenkant pagina


NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl) SEPTEMBER 1998