|
ARTIKELEN:
|
Twee jaar geleden bracht de openingsfilm van het IDFA (International Documentary Filmfestival Amsterdam) heel wat opwinding teweeg: hoe had de festivalleiding zo'n flauwekul-film kunnen uitkiezen, hoorde je menigeeen bij de borrel na afloop klagen. Allemaal niet waar natuurlijk, zo'n film over die Japanse professor op zoek naar de hersens van de grote Einstein en deze tenslotte vindt in een weckfles op sterk water ten huize van een aan lager wal geraakte neurochirurg die voor de Japanner genadiglijk een plakje geniaal brein afsnijdt op het keukenplankje. Verzonnen! In scene gezet! Schandelijk! Jonge documentairemakers kunnen jaarlijks een prijs winnen voor het beste scenario. Advies: Je moet in elke documentaire gaan zitten.
Ofschoon Cherry Duyns zijn documentaires voor televisie maakt, werkt hij op film. Trager bij het monteren en dus prettiger dan video, meent hij. Een IDFA-vertoning op het nippertje, van een cineast die zichzelf soms op ongewenste gelatenheid betrapt. De openingsfilm van het negende IDFA, O amor natural, is een Nederlandse documentaire, oorspronkelijk geproduceerd voor het NPS-cultuurprogramma Het uur van de wolf en geregisseerd door de Amsterdamse Heddy Honigmann (Lima, 1951). Documentaire De meeste handboeken schrijven het eerste gebruik van het woord 'documentaire' (documentary in het Engels) toe aan de Schotse filmpionier John Grierson (1898-1972), in een in februari 1926 in de New York Sun gepubliceerde recensie van de film Moana, geregisseerd door de Amerikaan Robert J. Flaherty, die eerder (in 1922) Nanook of the North maakte.
|
NRC Webpagina's
21 november 1996
|
Bovenkant pagina |