Correcties en aanvullingen op dit
overzicht (met name ook van de jaren na 1848) kunnen worden gestuurd
naar: historie@nrc.nl.
Prehistorie
Het grillige deltagebied van de Noordwest-Europese
rivieren blijft vanaf de vroegste menselijke aanwezigheid, circa 250.000
jaar v.Chr., tot ca. 4000 v.Chr. het terrein van nomaden. Permanter
bewoning blijkt uit boerendorpen in Limburg (ca. 5000 v.Chr.),
hunebedden in Drenthe (3500-2000 v.Chr.) en halfnomadische jagers en
vissers in het westen (Vlaardingen-cultuur, ca. 3000 v.Chr.).
Ca. 100 v.Chr. Germaanse stammen vestigen zich blijvend in de Lage
Landen: Kananefaten langs de kust, Tubanten in het oosten, Bataven langs
de rivieren, Friezen in het westen en noorden.
Romeinen en Germanen
De Romeinse tijd brengt ook in de Lage
Landen versnelde ontwikkeling: aanleg van wegen, legerplaatsen, villa's
(grote boerderijen), met nederzettingen waaruit later onder meer
Maastricht, Nijmegen en Utrecht ontstaan. Bloei van landbouw, handel en
nijverheid, vooral in de tweede eeuw.
58 v.Chr.-51 v.Chr.
Onder
leiding van Julius Caesar veroveren Romeinen het gebied tussen Seine en
(oude) Rijn, Gallia Belgica. Germanen ten westen en ten zuiden
van de Rijn onderwerpen zich aan hen, met of zonder tegenstand.
69/70
n.Chr.
Bataafse opstand tegen de Romeinen. Deze opstand wordt vanaf
de zestiende eeuw gezien als een van de grondslagen van de Republiek
("Bataafse mythe').
Ca. 375
Begin van Grote Volksverhuizing.
Germaanse invallen in Gallië, grote overstromingen in het
deltagebied. Kleinere Germaanse stammen gaan op in grote: Friezen (noord
en west), Saksen (oost) en Franken (zuid). Het ontstaan van de
Romaans-Germaanse taalgrens - en daarmee de Belgische taalstrijd - houdt
verband met deze volksverhuizing.
Franken
Na de val het
Romeinse Rijk (476) volgen enkele chaotische eeuwen. Uit het gebied van
een van de Germaanse stammen groeit een nieuw rijk.
Ca. 400
Romeinen laten de verdediging van de noordgrens over aan de Franken,
afkomstig uit het gebied van de Beneden- en Midden-Rijn, die zich in
Txandrië (Brabant) hadden mogen vestigen.
Ca. 500
Grootschalige veroveringen door het Frankische stamhoofd Clovis, uit
het geslacht der Merowingen. Het Frankische Rijk zal het gebied beslaan
van het huidige Zuid-Nederland, België, Frankrijk en van Duitsland
tot ver ten oosten van de Rijn. Clovis wordt christen in 496 _ het begin
van uitgebreide kerstening in Noordwest-Europa. De Merowingers handhaven
zich tot in de eerste helft van de achtste eeuw.
695
Willibrord,
een Angelsaksische monnik, wordt "bisschop der Friezen'. Hij sticht
kerken in Utrecht en in het Hollandse kustgebied.
754
De
Angelsaksische evangelieprediker Bonifatius wordt in Dokkum vermoord
door heidense Friezen.
768 e.v.
Karel, uit een geslacht van machtige
hovelingen onder de Merowingen, vestigt zijn heerschappij in het
Frankische rijk: het begin van Karolingische tijd. Grootschalige
gebiedsverovering, kerstening met harde hand, o.a. van de
Saksen.
800
Karel de Grote, die zichzelf ziet als opvolger van de
Romeinse keizers, in Rome tot keizer gekroond.
810/ca.
1000
Invallen van de Noormannen.
814
Karel de Grote sterft.
Opvolger: Lodewijk de Vrome.
843
Verdrag van Verdun, eerste van een
reeks verdragen ter verdeling van het Karolingische rijk. De huidige
Nederlanden vallen grotendeels toe aan het "middenrijk' van Lotharius,
behalve Vlaanderen dat bij West-Frankenland komt.
Kleine
leenstaten
Door verzwakking van het centrale gezag, invallen van
de Noormannen en koninklijke schenkingen ontstaan half-onafhankelijke
vorstendommetjes. De relaties tussen hoge en lagere heren en het volk
komen vast te liggen in het feodale stelsel (leenstelsel). Uit de
leenmannen ontstaat de ridderstand. Ook de geestelijkheid vormt een
eigen stand. Vanaf de twaalfde eeuw gaat de burgerij de "derde stand'
vormen, met eigen privileges. Enkele mini-staatjes in de Nederlanden in
deze periode: Holland, Brabant, Gelre en het bisdom Utrecht.
Circa
1000
Aanleg van dijken, begin van de drooglegging van de
"Hollands-Utrechtse laagvlakte'. Oprichting van waterschappen volgt na
1200. In deze bestuursorganen zou de kiem zijn gelegd van de Nederlandse
consensus-traditie.
1253
Willem II, koning van Duitsland en graaf
van Holland, sneuvelt bij Hoogwoud tegen de opstandige
Friezen.
1296
Graaf Floris V, zoon van Willem II ("Der keerlen God'
= God van de boeren), wordt bij het Muiderslot door edelen
vermoord.
1299
Hollandse gravenhuis sterft uit. Holland en Zeeland
in personele unie verenigd met Henegouwen.
1346-1354
Met de strijd
om de opvolging van de kinderloos gestorven graaf Willem IV beginnen in
Holland de Hoekse en Kabeljauwse twisten. Dergelijke twisten zullen tot
het einde van de 15de eeuw nog diverse malen opduiken. Ze dragen bij tot
vorming van een vertegenwoordiging waarin adel en steden politieke
invloed kunnen uitoefenen op de graaf (Staten).
1356
Hertogin
Johanna van Brabant en haar echtgenoot bezweren bij hun intocht de
zogenoemde Blijde Inkomste, die een belangrijke beperking inhoudt
van de macht van de vorst.
Bourgondiërs
In West-Europa
ontwikkelt zich omstreeks 1400 een nieuwe machtsfactor: de Hertogen van
Bourgondië, die hun plaats opeisen tussen het Franse koninkrijk en
het Duitse rijk. Centraler bestuur - met pogingen eenheid te brengen in
rechtspraak en financiën - en belangrijke impulsen voor het
culturele (hof)leven kenmerken deze periode. Doel van de
Bourgondiërs in de tweede helft van de 15de eeuw is een "koninkrijk
Friesland' te vestigen, van de Waddenzee tot Bourgondië - de
restauratie van Lotharius' "middenrijk' uit de tijd na Lodewijk de
Vrome.1369
Hertog Filips van Bourgondië ("de Stoute'),
jongste zoon van de Franse koning, verwerft door huwelijk het graafschap
Vlaanderen: het begin van de Bourgondische expansie in de
Nederlanden.
1428
"Zoen van Delft' (zoen = verdrag). Jacoba van
Beieren, gravin van Holland, Zeeland en Henegouwen, staat haar gebied af
aan hertog Filips van Bourgondië.
1464
Filips de Goede (XXX)
roept vertegenwoordigers van de gewesten in de Nederlanden bijeen _ de
eerste vergadering van de Staten-Generaal.
1477
Hertog Karel de
Stoute sneuvelt bij Nancy. Einde van de Bourgondische expansie. Zijn
dochter Maria moet de Staten-Generaal het zogenoemde Groot
Privilegeverlenen dat haar gezag aanzienlijk beknot. Maria is gehuwd
met de zoon van de Duitse keizer, Maximiliaan van Oostenrijk. Voor de
Nederlanden doemt een nieuwe episode op: de
Habsburgse.
Habsburgers
Centralisme en streng toezicht op
het naleven van de katholieke geloofsregels kenmerken het bestuur in het
Habsburgse rijk. Het wordt de voedingsbodem van een langdurige opstand
in de noordelijke Nederlanden.
1500
Geboorte van Karel V, heer der
Nederlanden (1506), koning van Spanje (1516), keizer van het Duitse rijk
(1519).
1533
Op Slot Dillenburg in het Duitse Nassau wordt de oudste
zoon Willem geboren, die op elfjarige leeftijd het Zuid-Franse prinsdom
Oranje en aanzienlijke goederen in de Nederlanden erft van zijn neef
René van Châlon. De jonge Prins van Oranje groeit op aan
het hof van Karel V in Brussel, om hem te vrijwaren van
Duits-protestantse invloeden.
1548
De oprichting van een
Bourgondische Kreits is de bekroning van Karels politiek om de
Nederlanden in zijn greep te krijgen. Voor het eerst zijn zeventien
Nederlandse gewesten (tien zuidelijke en zeven noordelijke, waaronder
Friesland, het Groningerland, Gelre en de gebieden van de Utrechtse
bisschop) in één verband verenigd. Stadhouders
(plaatsvervangers van de vorst) komen aan het hoofd te staan van de
gewesten.1555
Karel V draagt in Brussel de regering over aan zijn
zoon Filips II. Filips, fel anti-protestants, blijft hoge belastingen
eisen, ondanks de sociaal-economische depressie in deze
periode.
1559
Filips II vertrekt voorgoed uit de Nederlanden.
Filips' halfzuster, Margaretha van Parma, wordt
landvoogdes.
1566
Hoge graanprijzen, met hongersnoden tot gevolg,
leiden tot een geladen stemming in de gewesten. Een Verbond van
(driehonderd) Edelen wendt zich tot de landvoogdes met een
smeekschrift, waarin zij "moderatie' vragen: minder belasting, meer
religieuze vrijheid. Een vooraanstaand adviseur van de landvoogdes,
graaf Berlaymont, zou daarbij de beroemde woorden hebben gesproken:
"Ce ne sont que des gueux.' ("Het zijn slechts bedelaars.') De
woorden geuzen en geuzennaam vinden hier hun
oorsprong.1566
Op 10 augustus wordt in de West-Vlaamse plaats
Steenvoorde de eerste katholieke kerk geplunderd. Deze
Beeldenstorm verspreidt zich in twee maanden over de Nederlandse
gewesten.
1567
Hoewel de rust inmiddels is teruggekeerd, arriveert
in augustus een leger van 10.000 Spaanse en Italiaanse huurlingen onder
leiding van de Hertog van Alva. Een speciale rechtbank _ de Raad van
Beroerten (bloedraad)velt 1.100 doodvonnissen tegen
"ketters'.
Tachtigjarige Oorlog
De Opstand slaagt in de
noordelijke Nederlanden, die onafhankelijk worden. De zuidelijke
Nederlanden blijven geregeerd door Spaans- Habsburgse en in de 18de eeuw
Oostenrijks-Habsburgse vorsten.
1568
Willem van Oranje brengt voor
eigen rekening in Duitsland een leger op de been en valt de Nederlanden
binnen. Ondanks een overwinning in de Slag bij Heiligerlee, waar zijn
broer Adolf sneuvelt, mislukt de veldtocht. In mei laat Alva, inmiddels
landvoogd, uit vergelding de graven Egmond en Horne onthoofden op de
Grote Markt in Brussel.
1572
Een vloot van Watergeuzenbezet op 1
april het Hollandse stadje Den Briel. Deze inname betekent een nieuwe
impuls voor de Opstand. Diverse Zeeuwse en Hollandse steden kiezen
partij voor Oranje. In juli volgt te Dordrecht de eerste zelfstandige
vergadering van de Staten van Holland. Het Spaanse gezag slaat spoedig
terug.
1573
Haarlem valt in juli weer in Spaanse handen, ondanks
inspanningen van de legendarische volksheldin Kenau Simonsdochter
Hasselaar. Alkmaar weet zich in de nazomer staande te houden ("Bij
Alkmaar begint de victorie'). In december begint het eerste Beleg van
Leiden.
1574
Inval door Oranje-leger in Limburg, om de Spanjaarden
bij Leiden weg te lokken. Dat lukt, maar de Slag op de Mokerhei die
volgt, wordt een grote mislukking. De Spaanse troepen keren spoedig
terug voor het tweede Beleg van Leiden. Doorgestoken dijken verdrijven
de Spanjaarden op 3 oktober uit hun schansen.
1576
Pacificatie van
Gent, waarbij de Staten-Generaal van de Nederlandse gewesten zich
aansluiten bij de Hollands-Zeeuwse opstand.
1579
De zuidelijke
gewesten Artesië en Henegouwen beloven, in de Unie van Atrecht, het
katholieke Spaanse gezag weer te erkennen. In reactie hierop sluiten een
aantal noordelijke gewesten samen met enkele Vlaamse en Brabantse steden
de Unie van Utrecht, waarin zij aankondigen de strijd tegen de
Spanjaarden voort te zetten. In deze twee unies ligt de kiem van de
scheiding tussen de noordelijke en de zuidelijke
Nederlanden.
1580
Filips II doet Willem van Oranje in de ban. Wie
hem vermoordt, wordt 25.000 gulden en verheffing in de adelstand in het
vooruitzicht gesteld. Oranje verdedigt zich in een felle verklaring, de
Apologie, waarin hij formeel de trouw aan de Spaanse koning
opzegt. 1581
Zeven noordelijke gewesten besluiten de
Spaanse koning niet langer te erkennen. Zij leggen dit besluit vast in
het Plakkaat van Verlatinge.1584
Willem van Oranje wordt op
10 juli in Delft vermoord door Balthazar Gerards, een fanatieke
katholiek.
1585
Antwerpen valt weer in Spaanse handen. Tienduizenden
calvinisten vluchten naar het noorden: een belangrijke impuls voor de
Hollandse steden, met name voor Amsterdam. Prins Maurits, zoon van
Willem van Oranje, 18 jaar, wordt stadhouder van Holland en
Zeeland.
1588
Nadat nieuwe landsheren (de Franse Hertog van Anjou en
de Engelse Graaf van Leicester) geen succes zijn gebleken, besluiten de
Zeven Verenigde Nederlanden zonder vorst, als republiek, hun verbond
voort te zetten. Johan van Oldenbarnevelt, de raadpensionaris (hoogste
ambtenaar) van de Staten van Holland, ontwikkelt zich tot een krachtige
politieke leider. Prins Maurits blijkt een groot militair strateeg.
In de zomer vormt Filips II een Armada die de Engelse koningin Elizabeth
I en de opstandige Nederlandse gewesten een gevoelige klap moet
toebrengen. De Spaanse zeevloot lijdt een smadelijke
nederlaag.1590-1598
Het tij keert voor de Republiek, nadat de
Spanjaarden aanvankelijk grote delen van de opstandige gewesten hebben
bedwongen. In maart 1590 wordt Breda veroverd, dankzij het
turfschip, waarin ruim 70 militairen naar binnen worden gesmokkeld
die de stadspoorten openen. Verovering van diverse steden
volgt.1598
Filips II sterft. Het bewind over de Nederlandse
gewesten laat hij na aan zijn dochter Isabella, gehuwd met aartshertog
Albrecht van Oostenrijk. 1600
Slag bij Nieuwpoort. Op
aandringen Van Oldenbarnevelt probeert Maurits' leger Duinkerken te
bereiken om kapers uit te schakelen. Dat lukt niet, ondanks zijn
overwinning op Spaanse troepen bij het West-Vlaamse Nieuwpoort. Maurits,
die vooraf had geprobeerd deze veldtocht af te houden, keert woedend
terug in de Nederlanden: het begin van de verwijdering tussen hem en de
raadpensionaris. Gouden Eeuw Economische en
culturele bloeitijd in de Republiek die grote politieke macht
heeft.1602
Oprichting van de Verenigde Oost-Indische Compagnie
(VOC) voor de handel op Azië.
1609-1621
De Republiek sluit een
Twaalfjarig Bestand met de Habsburgse vorst, zeer tegen de zin van
Maurits. Rondom Oldenbarnevelt en Maurits vormen zich facties. Hun
tegenstelllingen worden aangewakkerd door een godsdienstig dispuut
tussen de Leidse hoogleraren Arminius (Remonstranten) en Gomarus
(Contra-Remonstranten).
Oldenbarnevelt kiest de zijde van Arminius,
Maurits van Gomarus. Een burgeroorlog dreigt.1618
Op de Dordtse
synode, bijeengeroepen door de Staten-Generaal, wordt het theologische
dispuut beslecht ten gunste van de Contra-Remonstranten. Tevens valt het
besluit de bijbel uit de Hebreeuwse en Griekse grondteksten te vertalen
in het Nederlands. Deze Statenvertaling, die in 1637 klaar is, krijgt
grote betekenis voor het Nederlandse protestantisme, de Nederlandse
cultuur en de Nederlandse taal.
1619
Oldenbarnevelt, gearresteerd
in augustus 1618, wordt in mei 1619 onthoofd op het Binnenhof in Den
Haag. Zijn medestander Hugo de Groot, vooraanstaand rechtsgeleerde,
pensionaris van Rotterdam, wordt veroordeeld tot levenslange detentie op
Slot Loevestein. In 1621 ontsnapt De Groot in een
boekenkist.
1621
Oprichting van de West-Indische Compagnie, voor de
handel op Amerika.
1625
Maurits sterft. Zijn broer Frederik Hendrik
volgt hem op: een groot talent in politieke en militaire zaken. In Den
Haag houdt hij, met zijn echtgenote Amalia van Solms, op bijna
vorstelijke wijze hof, onder meer aan het Binnenhof en in het
nieuwgebouwde paleis Huis ten Bosch.
1626 e.v.
Samen met zijn neef
Ernst Casimir, stadhouder van Friesland en Groningen, begint Frederik
Hendrik een succesvolle reeks heroveringen, waarbij zij het noorden van
Brabant en delen van Zeeuws-Vlaanderen en Limburg aan de Republiek weten
toe te voegen.
1628
Vlootvoogd Piet Heyn maakt bij Cuba een Spaanse
zilvervloot buit.
1629
Frederik Hendrik neemt Den Bosch
in.
1632
Frederik Hendrik onderneemt pogingen de Zuidelijke
Nederlanden te veroveren. Venlo en Roermond komen moeiteloos in zijn
handen, maar Maastricht moet eerst worden belegerd.
1637
Frederik
Hendrik neemt Breda in, zijn laatste verovering in de zuidelijke
Nederlanden. De grenzen van het latere Koninkrijk der Nederlanden
beginnen zich af te tekenen.
1639
De Spaanse koning vormt een
tweede Armada. Het wordt, evenals de eerste keer (in 1588), een grote
mislukking. Admiraal Maarten Harpertsz. Tromp verslaat de Spaanse
vloot.
1647
Frederik Hendrik overlijdt. Zijn opvolger, Willem II,
sterft in 1650.
1648
Vrede van Munster, einde van de Tachtigjarige
Oorlog. De Spaanse koning erkent de "Verenigde Nederlanden' als vrije en
soevereine staat.
De soevereine Republiek
De oorlog tegen de Spaanse koning is
voorbij. De economisch en politiek machtig geworden Republiek komt al
spoedig weer in oorlog, nu met de Engelsen en Fransen en de bisschoppen
van Munster en Keulen. De Republiek raakt intern verdeeld. De strijd
gaat ruwweg tussen twee facties. Orangisten willen de macht van de
stadhouder vergroten. Regenten willen meer macht voor de
Staten-Generaal.1650-1672
Eerste stadhouderloze tijdperk. Bij de
dood van Willem II besluiten de Staten van Holland en Zeeland geen
nieuwe stadhouder te benoemen. De regenten vinden de Oranjes te
machtswellustig, te oorlogszuchtig en te pro-Engels. (Willem II was
gehuwd met Maria Stuart, dochter van de Engelse koning Karel I).
Zeeoorlogen met Engeland volgen (1652-1654 en 1665-1667), waarin een
heldenrol is weggelegd voor de admiraals Cornelis Tromp, Michiel de
Ruyter en Witte de With.
1672
Het Rampjaar. De Republiek wordt
aangevallen door Engeland, Frankrijk, Munster en Keulen. In Den Haag
wordt een volkswoede gekoeld op de gebroeders Johan en Cornelis de Witt,
die bij de Gevangenpoort op gruwelijke wijze om het leven worden
gebracht. Een sterke (militaire) leider moet de dreigende ondergang
afwenden: stadhouder Willem III, prins van Oranje. Dat lukt. Vrede met
Engeland, Munster en Keulen volgt in 1674, vrede met Frankrijk in
1678.
1685
Nieuwe (katholieke) dreiging in Frankrijk: Lodewijk XIV
herroept het Edict van Nantes uit 1598 dat protestanten enige vrijheid
bood. Ruim 70.000 Hugenoten vluchten naar de
Nederlanden.
1688
Nieuwe (katholieke) dreiging in Engeland: Engelse
protestanten nodigen de Nederlandse Willem III uit hun koning Jacobus II
te verdrijven die een te pro-katholieke koers zou varen. Willem III,
King William III, gehuwd met Jacobus' dochter Maria Stuart, leidt een
reeks oorlogen tegen de imperialistische Lodewijk
XIV.
1702-1747
Bij de dood van Willem III begint het tweede
stadhouderloze tijdperk. (De noordelijke gewesten behouden wel een
stadhouder.)
1713
Vrede van Utrecht, vrede met Frankrijk. De
zuidelijke Nederlanden komen in Oostenrijkse handen.
1747
Nieuw
Frans gevaar. De Republiek doet weer een beroep op een Oranje-vorst: de
Friese stadhouder Willem IV, een verre neef van Willem III, wordt
stadhouder in alle gewesten. De latere Nederlandse koning(inn)en stammen
af van Willem IV. Stadhouder Willem IV sterft in 1751 en wordt opgevolgd
door zijn zoon Willem V. Beiden zijn weinig krachtige leiders. Het
bestuur in de Republiek raakt verlamd door alle mogelijke misstanden. De
economie stagneert. Groeiend pauperdom tegenover pronkende regenten
("pruikentijd').
1780-1784
De Vierde Engelse Zeeoorlog brengt de
toch al zwakke economie ernstige schade toe. Oranje krijgt de schuld.
Weerstand tegen de Oranjepartij en Regenten-oligarchie bundelt zich in
de Patriottenbeweging.
1781
De Overijsselse edelman Joan Dirk van
der Capellen publiceert (anoniem) zijn pamflet Aan het volk van
Nederland, dat de Patriottenbeweging een enigszins democratisch
politiek program verschaft.
1784
Milities van Patriotten, legertjes
van vrijwilligers die zich in diverse steden hebben gevormd, organiseren
zich landelijk op een congres in Utrecht. De steden en gewesten ontnemen
stadhouder Willem V steeds meer bevoegdheden. Patriotten en
prinsgezinden raken slaags. Willem V wijkt uit, eerst naar Apeldoorn,
later naar Nijmegen.
1787
Wilhelmina van Pruisen, sterke echtgenote
van de zwakke Willem V, gaat per koets op weg van Nijmegen naar Den Haag
om in Holland leiding te geven aan de Orangisten die het dreigen af te
leggen tegen het nieuwe bewind van patriottische vroedschappen. Een
vrijkorps uit Gouda houdt haar tegen bij de Goejanverwellesluis.
Wilhelmina, zuster van de Pruisische koning, voelt zich zwaar vernederd.
Enkele maanden later valt een Pruisisch leger het land binnen en
herstelt het bewind van de Oranjepartij. Duizenden patriotten vluchten
naar Frankrijk, waar zij getuige zijn van de Franse Revolutie in 1789.
Geladen zullen zij terugkeren in de Nederlanden.
Franse tijd
De Republiek wordt in 1795 door Franse troepen
bezet en blijft tot 1813 _ indirect en direct _ onder Frans
bewind.
1795
Inval van het Franse leger, vlucht van
de stadhouderlijke familie. Nederlandse patriotten stichten onder Franse
protectie de Bataafse Republiek. Een politieke revolutie: de Nederlandse
statenbond wordt vervangen door een eenheidsstaat, die in 1798 vorm
krijgt in de eerste Nederlandse grondwet. De oorlogen van Napoleon en
zijn anti-Engelse economische politiek (het Continentale Stelsel) zijn
een ramp voor de Hollandse handel.1806-1810
Koninkrijk Holland,
onder leiding van Lodewijk Napoleon, broer van Napoleon - een toegewijde
vorst.
1810-1813
Inlijving van het Koninkrijk Holland bij Frankrijk.
1813
Val van Napoleon. Het Congres van Wenen, in 1814, wil de oude
orde in Europa restaureren. Koninkrijk der
Nederlanden Uit de chaos na de Napoleontische tijd ontstaat het
Koninkrijk der Nederlanden, waarin de noordelijke en zuidelijke
Nederlanden voor korte tijd verenigd zijn.1813
Een kleine groep
prominente politici nodigt een vorst uit, die in 1814 de titel koning
aanneemt: koning Willem I, zoon van stadhouder Willem V en Wilhelmina
van Pruisen. Het Wener Congres besluit in 1815 de noordelijke en
zuidelijke Nederlanden te verenigen om tegenwicht te bieden aan het
zojuist getemde Frankrijk. Willem I gaat voortvarend aan de slag, met
een krachtige economische politiek. Het politieke spel speelt hij echter
minder subtiel. Het kost hem moeite de macht te delen met de
Staten-Generaal, zoals vastgelegd in de Grondwet.
1830
Onrust in
België, gevoed door liberale en katholieke politici, leidt tot
afscheiding van de Nederlanden. In 1831 erkennen de Europese staten een
onafhankelijk Belgisch koninkrijk, met vorsten uit het Huis van
Saksen-Coburg.
1840
Willem I wordt opgevolgd door zijn zoon Willem
II, minder autoritair dan zijn vader maar vrij conservatief. Onvrede en
onrust voeden het streven onder de burgerij, liberalen, naar meer greep
op de landspolitiek.
1848
Onder dreiging van revolutie, zoals elders
in Europa, aanvaardt Willem II een nieuwe, liberale grondwet, geschreven
door de Leidse hoogleraar J.R. Thorbecke. De koning regeert voortaan
onder ministeriële verantwoordelijkheid. Samen met andere
(bestuurlijke) wetten van Thorbecke ontstaat hiermee het Nederlandse
staatsbestel dat in grote lijnen nog steeds van kracht is.