Na Palestijnse aanslagen
Barak geeft hoop op snelle vrede op
Door onze correspondent SALOMON BOUMAN
TEL AVIV, 2 JAN. De
Israëlische premier, Ehud Barak, heeft vanmorgen onder invloed
van een reeks Palestijnse aanslagen in Israël en de bezette
gebieden de hoop op vrede met de Palestijnen opgegeven.
Volgens de krant Ma'ariv van vandaag heeft hij gisteravond het
opperbevel opdracht gegeven zich voor te bereiden op een oorlog in het
Midden-Oosten. "Ik heb mijn politiek gewijzigd", zei hij vanmorgen in
een radio-interview. "Ik zal een uitnodiging van president Bill Clinton
om naar Washington te komen overwegen als er een einde komt aan de
Palestijnse terreur en de Palestijnen de samenwerking op
veiligheidsgebied herstellen", zei hij. Tot voor kort trotseerde Barak
kritiek van de oppositie dat hij "zelfs onder Palestijns vuur
Israëls veiligheid met grote concessies in gevaar bracht".
Israël heeft in reactie op de aanslagen het Palestijnse vliegveld
in Gaza gesloten en de Palestijnse steden opnieuw omsingeld.
Yasser Arafat is vannacht naar Washington gevlogen om van president
Bill Clinton opheldering te krijgen over diens vredesvoorstel. Barak
beschuldigde de Palestijnse leider er echter van kostbare tijd te
verkwanselen en uit te zijn op internationalisering van het conflict met
Israël.
Gisteren werden bij een bomaanslag in het centrum van de kustplaats
Netanya 54 mensen gewond. Voor het eerst wordt in Israël
gespeculeerd dat deze aanslag het werk is geweest van Al-Fatah, de
politieke organisatie van Arafat. Indien dit vermoeden wordt bevestigd
is het de eerste maal dat Fatah sedert het akkoord van Oslo in 1993 de
strijd naar Israëlisch grondgebied verplaatst. De bomaanslag in
Netanya zou een reactie kunnen zijn op de moord door Israëlische
scherpschutters op dr Thabet Thabet, een bekende Fatah-leider in
Tulkarem. Deze Palestijnse tandarts stond in Israëlische
vredeskringen bekend als een vredesactivist. De Israëlische TV
haalde militaire kringen aan die aan Thabat terroristische activiteit
toeschreven. Barak heeft in het openbaar bevestigd dat het uit de weg
ruimen van sleutelfiguren in de Palestijnse onafhankelijkheidsstrijd
tegen Israël een weloverwogen militaire keuze is. Tanzim, de
gewapende jeugdorganisatie van Fatah, heeft gedreigd Israëlische
leiders te vermoorden. Aan de aanslag in Netanya ging zondag de moord
op de joodse extremist Benjamin Kahane en diens vrouw Talia vooraf. De
auto waarin het echtpaar Kahane reed werd nabij de nederzetting Ofra op
de bezette Westelijke Jordaanoever onder vuur genomen. Benjamin Kahane
stond aan het hoofd van de verboden, racistische Kahane Chai (leeft)
beweging. Zijn vader, rabbijn Meir Kahane, die evenals zijn zoon voor
verdrijving van de Palestijnen uit Israël en de bezette gebieden
was, werd tien jaar geleden in de VS door een Arabier vermoord. Vijf
dochtertjes van het gezin Kahane werden bij de aanslag gewond.
De politie schat dat 20.000 aanhangers en sympathisanten van Benjamin
Kahane zondag de zeven uur durende demonstratieve begrafenisoptocht
volgden door het centrum van Jeruzalem. Tien politieagenten werden
gewond tijdens ingrijpen om het lynchen van Arabieren die in winkels
langs de begrafenisroute werken te voorkomen. Uit de menigte klonk de
roep om bloedwraak op Palestijnen. Israëlische veiligheidskringen
houden zeer serieus rekening met moordpartijen door aanhangers van
Kahane onder Palestijnen in bezet gebied. Ook wordt wegens de hoge
spanning over de toekomst van de Tempelberg/Haram al-Sharif rekening
gehouden met een aanslag op de Rots van de Koepel en Al-Aqsa
moskeeën op deze heilige plaats.