Vrede met Palestijnen voor Barak strategische keuze
In één generatie
komt een einde aan het Israëlische imperium dat in 1967 werd
gevestigd. Als het inderdaad tot een vredesakkoord met de Palestijnen
komt, worden de bestandslijnen van 1949 de definitieve grenzen.
Door onze correspondent SALOMON BOUMAN
TEL AVIV, 27 DEC. Aan de territoriale fase van het zionisme komt een
einde, zo zegt de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken,
Shlomo Ben Ami. Met dit in historisch opzicht diepgravende zinnetje
camoufleert hij het feit dat het zionisme zich onder druk van de tweede
Palestijnse intifadah, in de eindfase van het Israëlisch-
Palestijns-Arabische conflict, terugtrekt op de bestandslijnen van 1949.
In één generatie komt er een einde aan het
Israëlische imperium dat zich zo verrassend in 1967 met
messianistische kracht tegen de Arabische uitdaging vestigde op de kaart
in het Midden-Oosten. Op enkele grenscorrecties na, in de orde van
grootte van vijf procent, zullen de wapenstilstandslijnen van 1949 met
Jordanië Israëls internationaal erkende grenzen met de
Palestijnse staat worden. Deze zal met bijna heel Oost-Jeruzalem als
hoofdstad verrijzen op zo'n 95 procent van de Westelijke Jordaanoever,
de volledige Gazastrook en een stukje land in de Negev-woestijn.
Israël staat dat af in ruil voor inlijving van stedelijke
nederzettingenblokken op de Westelijke Jordaanoever.
De oorlog in oktober 1973 sloeg de eerste bres in het euforisch zionisme
dat in 1967 zo bevrijdend op het slagveld werd geboren. Negen jaar later
ruilde Israël de hele Sinai-woestijn in, tot de laatste zandkorrel,
voor vrede met Egypte. Het scheelde dit jaar slechts een haar of het
principe van land (de hele Hoogvlakte van Golan) tegen vrede, dat
verankerd ligt in de resoluties 242 en 338 van de Veiligheidsraad van de
Verenigde Naties, zou ook tot een Israëlisch-Syrische vrede hebben
geleid. Ook de Israëlische terugtocht uit Zuid-Libanon is een
aspect van zionistische realpolitik, al heeft Israël nooit
territoriale aanspraken op Libanees gebied laten gelden. De
Israëlisch-Jordaanse vrede uit 1994 daarentegen was geen
territoriale uitdaging voor het zionisme. Koning Hussein van
Jordanië had in zijn wijsheid de Jordaanse aanspraken op Oost-
Jeruzalem en de Westelijke Jordaanoever al ter wille van de invulling
van de Palestijnse nationale aspiraties opgegeven. Alleen in de Arava,
in de Negev-woestijn, kwam het ten gunste van Jordanië tot enkele
kleine grenscorrecties. Het is opmerkelijk dat twee ex-chefstafs die
premier van Israël werden, om strategische redenen een streep halen
door zowel het messianistische als het door veiligheidsoverwegingen
ingegeven territoriale zionisme. Yitzhak Rabin gaf in 1993 zijn fiat aan
het akkoord van Oslo (wederzijdse erkenning van Israël en de PLO).
Indien er geen kink in de kabel komt zal Ehud Barak in het voetspoor van
Rabin nog ten tijde van het presidentschap van Bill Clinton met de
Palestijnse leider Yasser Arafat een principe-vredesovereenkomst
sluiten.
Vrede met de Palestijnen is voor Barak in de eerste plaats een
strategische keuze. Hij is er tot in het diepst van zijn ziel van
overtuigd dat Israëls voortbestaan ervan afhankelijk is. Voor het
Israëlische politieke denken op dat niveau is dat nogal
revolutionair. Eenzaam aan de top, verguisd in alle opiniepeilingen, is
Barak tot het inzicht gekomen dat Israël op het gevaar van een
nieuwe oorlog in het Midden-Oosten af de Palestijnse
onafhankelijkheidsopstand niet kan onderdrukken. "Vrede of oorlog" zegt
hij. "Dat is de keus waarvoor Israël staat". Dat is ook de slagzin
waarmee hij de verkiezingsstrijd om het premierschap aanbindt tegen
Likuds Ariel Sharon. Voor Barak weegt vrede vele malen zwaarder dan de
illusie van Israëlische soevereiniteit over de Tempelberg/ Haram
al-Sharif waar de twee grote moskeeën Koepel van de Rots en Al-
Aqsa staan in Oost-Jeruzalem. Voor vrede kiest Barak ook voor de deling
van Jeruzalem. Met deze tot voor kort ondenkbare concessies aan de
Palestijnen pijnigt hij de zenuwen van Israëls emotionele
zekerheid. Israël moet zich naar zijn vaste overtuiging deze kuur
ondergaan omdat het joodse land in de 21ste eeuw geen koloniale
mogendheid kan blijven en ook geen 'nee' tegen de VS en de Europese Unie
kan blijven zeggen. Barak wil zijn volk de kans geven in vrede in 'klein
Israël' te overleven in een ook voor hem onder alle omstandigheden
onberekenbaar Midden-Oosten. Het is alleen de vraag of de
Israëliërs hem in de stembus op deze weg op 6 februari zullen
volgen.