Weinig kans op doorbraak voor vrede Midden-Oosten
Door onze correspondent SALOMON BOUMAN
TEL AVIV, 5 MEI. De nieuwe ronde van vredesonderhandelingen in de Israelische badplaats
Eilat verloopt moeizaam. De Palestijnen hebben opnieuw kunnen zien hoe klein
de speelruimte van Israels premier Barak is.
Het zou een mooi gebaar van goede wil zijn geweest aan de vooravond van
weer een nieuwe onderhandelingsronde over vrede. Maar door fel verzet binnen
zijn gammele regeringscoalitie heeft de Israelische premier Ehud Barak zijn
plan alweer moeten inslikken om Abu Dis en twee andere dorpen, grenzend aan
Jeruzalem, volledig in Palestijnse handen te geven.
Drie regeringspartijen - Shas, de religieuze NRP-partij en de Russische
immigrantenpartij - gaven Barak te verstaan dat ze Israels greep op
'Groot-Jeruzalem' niet willen laten verslappen door op minder dan twee kilometer
afstand van de Klaagmuur de Palestijnse politie in Abu Dis te laten patrouilleren.
Inspelend op de nationalistische en religieuze sentimenten over de ondeelbaarheid
van Jeruzalem als de eeuwige hoofdstad van het joodse volk, zeiden de opposanten
dat Abu Dis voor de Palestijnen een springplank is naar Jeruzalem. De stokoude
rabbijn Kadouri, een heilige voor aanhangers van Shas, werd van stal gehaald
om de voorgenomen overdracht van de drie dorpen te vergelijken met het uitkleden
van een koning. Het beeld van 'naakt Israel' spreekt tot de verbeelding in
deze kringen.
Door de affaire hebben de Palestijnen opnieuw kunnen zien hoe klein de
politieke manoeuvreerruimte van Barak is om pijnlijke historische beslissingen
te nemen ten behoeve van vrede. De mislukte poging van de premier Barak om
een vertrouwensbruggetje te slaan naar de Palestijnen, wierp deze week onmiddellijk
zijn schaduw op de in de kustplaats Eilat hervatte Israelisch-Palestijnse
besprekingen. Deze maand zou de blauwdruk op tafel moeten liggen voor een
definitieve vredesregeling in september, maar nu is al duidelijk dat die kaderovereenkomst
er niet op tijd zal zijn. De Palestijnse woede over nieuwbouw in de nederzettingen
in bezet gebied bederft de sfeer tussen de delegaties. Minister Levi van Bouwnijverheid,
van de religieuze NRP-partij, verklaarde bij het begin van de onderhandelingen
dat er duizenden woningen in de nederzettingen worden gebouwd. Op de dag van
de hervatting van de Israelisch-Palestijnse vredesdialoog maakte zijn ministerie
bekend dat de nederzettingsstad Ma'ale Adumim met 174 woningen zal worden
uitgebreid.
De kloof tussen de partijen over de kaart, de Palestijnse vluchtelingen
en de kwestie-Jeruzalem lijkt onoverbrugbaar. Gisteren presenteerde Israel
voor de eerste maal zijn vredeskaart. Volgens Palestijnse onderhandelaars
kan Arafat van Barak tweederde van de westelijke Jordaanoever krijgen. Hoewel
in dit voorstel territoriale continuïteit ontbreekt, heeft Barak zich
in het openbaar wel uitgesproken voor territoriale verbindingen tussen de
verschillende brokstukken die - volgens Israel - samen de Palestijnse
staat zouden moeten vormen.
De Palestijnse onderhandelaars in Eilat waren zo diep gekwetst over de
Israelische territoriale visie van de Palestijnse staat, dat ze kwaad de conferentiezaal
verlieten. Zij eisen een Palestijnse staat op de hele westelijke Jordaan-oever
en in de strook van Gaza met (Oost-)Jeruzalem als hoofdstad. De Palestijnen
beroepen zich op internationale legitimiteit, reeksen resoluties van de VN-Veiligheidsraad
en het precedent van de Israelisch-Egyptische vrede. ,,Als Israel voor vrede
met Syrië bereid is wel de hele Golan-hoogvlakte op te geven, waarom
geldt dit principe niet voor vrede met ons'', zeggen de Palestijnen.
In de kern zijn de meningsverschillen en het onderlingen wantrouwen in
Eilat terug te voeren op het verschil van inzet van beide delegaties. In Israel
wordt gesproken over een 'overgangsakkoord' van enkele jaren, terwijl de Palestijnen
rekenen op een definitieve vredesregeling. Tegen die achtergrond is de kans
dat binnenkort alsnog een doorbraak wordt bereikt, vrijwel nihil.