'Bloeddonoren weren wegens risico BSE'
Door onze redacteuren JOEP DOHMEN en WIM KÖHLER
ROTTERDAM, 23 JAN. Mensen die
een bloedtransfusie hebben ondergaan zullen in Nederland mogelijk niet
meer geaccepteerd worden als bloeddonor. Deze maatregel wordt ernstig
overwogen door de stichting Sanquin, de landelijke organisatie van
bloedbanken. Volgens Sanquin is het niet onmogelijk dat de
gekkekoeienziekte BSE zich via transfusiebloed verspreidt en dan bij
mensen een variant van de fatale ziekte van Creutzfeldt-Jakob
veroorzaakt.
Tot voor kort werd aangenomen dat besmetting alleen via
rundvleesproducten verloopt. Maar vorig jaar slaagden onderzoekers erin
een schaap te infecteren met het bloed van een met BSE besmet schaap. Om
het risico van besmetting uit te sluiten overweegt de stichting Sanquin
nu de eisen voor bloeddonoren aan te scherpen. In enkele andere landen
geldt al een dergelijk verbod. "Wij worden ontzettend zenuwachtig van
alle berichten", zegt secretaris M. de Bruijn van Sanquin.
Het beperken van het aantal bloeddonoren, in Nederland in totaal
640.000, is ook onderzocht door de Gezondheidsraad. Die komt volgende
week met een advies aan minister Borst (Volksgezondheid) over
Nederlandse maatregelen om de veiligheid van donorbloed te verhogen.
Volgens ingewijden zal de Gezondheidsraad de minister in elk geval
adviseren om alle witte bloedcellen uit transfusiebloed te verwijderen.
Daarmee volgt de Gezondheidsraad het standpunt van Sanquin. Die pleit al
ruim een jaar voor de filtering van het transfusiebloed. De
filtratietechniek (ALD, algehele leukocytendepletie) vermindert de BSE-
besmettingskans.
Minister Borst verbood vorig jaar Sanquin nog om al het transfusiebloed
te filteren. Ze wilde eerst het advies van de Gezondheidsraad afwachten.
Borst zei "geen maximale maar optimale veiligheid" na te streven. De
Bruijn: "Het filteren van al het bloed kost 40 miljoen gulden op
jaarbasis, maar is echt noodzakelijk. Het moet ook zo snel als mogelijk
gebeuren. In veel andere Westerse landen is het al praktijk." Mocht
Borst akkoord gaan, dan duurt het volgens Sanquin nog zeker negen
maanden voordat al het bloed kan worden behandeld.
De Gezondheidsraad studeerde ook op de mogelijkheid om iedereen die
langer dan een half jaar in Groot-Brittannië heeft verbleven in de
meest risicovolle BSE-periode, tussen 1980 en 1996, uit te sluiten als
bloeddonor. Deze maatregel lijkt weinig zinvol. Volgens De Bruijn wordt
het risico er niet wezenlijk door beperkt. De Bruijn: "In diezelfde
periode is namelijk ook in Nederland veel vlees uit Engeland gegeten."