T V V O O R A F :
Een leven zonder reliëf
YVONNE KROONENBERG
Het ergste van het leven is de
dood, behalve als je de overledene niet hebt gekend. Dan laat de dood je
onbewogen. De homoseksuele broer van de Amerikaanse cineaste Mary
Patierno sterft. Aan aids. De familie is diepbedroefd en huilt.
Eindelijk, denkt de kijker opgelucht.
Vijf jaar lang volgde Mary Patierno haar broer David. Bij leven was hij
een bijzondere man, die uit een bijzondere familie komt, want maar
liefst drie van de vier kinderen zijn homoseksueel, onder wie Mary zelf.
De meeste ouders zouden daar onthutst op reageren, maar vader en moeder
Patierno aanvaarden de liefdesvoorkeur van hun kinderen blijmoedig.
David heeft een vriend, die seropositief is, maar ook bij hemzelf wordt
hiv geconstateerd. Je ziet het tweetal aan een ontbijt van tientallen
medicijnen. Een indringend beeld, dat de documentaire een ogenblik
reliëf geeft.
Net wanneer de ziekte zich in de vriend manifesteert, maakt David het
uit en doet dan iets dat niemand had verwacht: hij trouwt.
Het huwelijk lijkt wel de toetreding tot een hooggestemde kloosterorde,
zoveel fraaie woorden worden erbij gesproken. Zelfs de jonge zoon van de
bruid put zich uit in welwillende ondertitels. De kleine wijsneus vindt
het fijn dat zijn moeder gelukkig is en ja, voor hem en zijn zusje is
het ook maar wat prettig, zo'n aardige nieuwe vader. Nee, dat David
misschien niet oud zal worden hindert hem niet. We moeten er samen maar
het allermooiste van maken. De enige mensen die fel gekant zijn tegen de
verbintenis, de ouders van de bruid, die homo's vies vinden en zieke
homo's abject, komen niet in beeld.
Maar dan voltrekt zich een drama. Drie maanden na de bruiloft wordt de
vrouw in een cafetaria doodgeschoten door een gek met een pistool. David
vertelt met een sereen gezicht hoe hij haar mist, hun spirituele
gesprekken, hun diepe liefdesband. De kinderen krijgt hij niet meer te
zien, daar hebben zijn schoonouders voor gezorgd, maar hij eerbiedigt
het omgangsverbod. Ze wonen nu bij hun echte vader.
De documentaire is inmiddels al een poosje op gang, David wordt steeds
magerder, de ex-vriend sterft, maar een menselijk geluid hebben we nog
niet gehoord.
David vertelt wat hij met de rest van zijn leven wil: "Ik wil de mensen
meer bewust maken en hun kennis en begrip vergroten. Ik wil er aan
meewerken dat de vooroordelen tegen aids verdwijnen. Ik wil mijn
homoseksualiteit vieren, mijn menszijn, het leven zelf." Daar mag hij
dan wel mee opschieten, want hij zit dan inmiddels in een rolstoel.
"Ik denk niet aan de dood, maar aan het leven", verklaart zijn moeder,
met die sereen-bedroefde glimlach, die wel een familietrek lijkt te
zijn. "Ik wil positief denken en vooral niet de boodschap uitstralen dat
ik de hoop heb laten varen."
Alleen de vader zegt hardop dat het bergafwaarts gaat. Zelf ziet hij er
ook slecht uit. Van zijn goedmoedige gelaatstrekken is weinig over, hij
ziet grauw van verdriet. Hij is de enige. De film is van alle kanten
bekroond, maar is in mijn ogen vooral een samenvatting van hoe men in
Amerika hoort te praten en te zwijgen over de akelige dingen van het
leven.
Mijn broers geheim, Ned.1, 22.57-23.44u.