NIEUWSSELECTIE
KORT NIEUWS
RADIO & TELEVISIE
MEDIA
S e l e c t i e
Televisie
Radio
|
B E E L D :
Vloeken
Maarten Huygen
Het uitschelden van een
journalist veroorzaakt meer ophef bij journalisten zelf dan bij het
publiek, zeker in Amerika. Lachend naar zijn kiezers zag ik
presidentskandidaat George W. Bush tegenover zijn tweede man, Dick
Cheney, de correspondent van de New York Times uitmaken voor
asshole, onwetend dat iedereen het hoorde door de open microfoon.
Zoiets wordt in Amerika veel herhaald en de pers kan zich dan lekker
opwinden. Maakte Bush zijn verontschuldigingen? Nee, hij zei alleen
grijnslachend dat zijn woorden niet voor publieke consumptie waren
bedoeld. Bush kan rekenen op begrip bij het publiek voor zijn haat tegen
journalisten, maar toch - dat woord asshole is onpresidentieel.
Dramatischer was destijds de aankondiging van de lancering van een
kernwapen door president Ronald Reagan, bij het testen van een radio-
microfoon. Het was als grap bedoeld en hij wist niet dat het al werd
uitgezonden. Een on-nucleair schokgolfje ging door de wereld, er klonken
protesten uit Moskou, maar inmiddels is het vergeten, want we zijn niet
meer bang voor een kernoorlog. In Nederland vindt de Raad voor de
Journalistiek dat de pers iets dat per ongeluk door een openstaande
microfoon naar buiten komt, niet openbaar mag maken. RTL werd
veroordeeld omdat het een toevallig via de intercom verspreide besloten
rechtszitting uitzond. In Nederland moet de inhoud van het geopenbaarde
blijven circuleren in de vorm van geruchten. Inmiddels heeft iedereen
wel het obscene gevloek van president Nixon gehoord op de Watergate-
tapes; ook niet voor publieke consumptie bestemd maar wel vrijgegeven,
zelfs in Nederland. Hoewel de vulgaire conversaties in de Ovale Kamer
eindeloos zijn herhaald, heeft Nixon zijn reputatie hersteld en is hij
als staatsman gestorven. Het publiek was aan de tapes gewend geraakt.
Maandagavond waren fragmenten uit de tapes te horen in een mooie BBC-
documentaire over Nixons overmatige gebruik van psychogene medicijnen,
onder druk van de uitzichtloze Vietnam-oorlog. Al vóór de
fatale inbraak in het hoofdkwartier van de Democratische Partij voelden
stafleden zich genoodzaakt om Nixon tegen zichzelf te beschermen. Als de
president midden in de nacht een medewerker belde met het verzoek om
Damascus te bombarderen, zei die gehoorzaam "komt in orde, Mr.
president" maar deed niets. De volgende ochtend was hij het weer
vergeten. De inbraak in het Watergate-gebouw werd stom genoeg wel
uitgevoerd. Voor zijn ontslag had de minister van Defensie de generaals
geïnstrueerd om alleen na zijn goedkeuring de instructies van de
president uit te voeren. Ik zag archiefopnamen van emotionele
persconferenties en toespraken. In Nederland heb ik nog nooit een
politicus horen vloeken. Kok betrappen op het woord 'klootzak'? Ik kan
het me niet voorstellen. Premier is een minder zwaar beroep dan
president. Toch zal Ad Melkert thuis niet zeggen: "Ik betreur zeer dat
het zo ver heeft moeten komen", zoals gisteren bij het ontslag van
partijvoorzitter Marijke van Hees. Nederlandse journalisten willen
politici tegen zichzelf beschermen en laten onparlementaire zaken weg,
ook zonder druk van de Raad. Een Nederlands politicus heeft privacy. In
Nederland wordt niet voor niets zoveel in het Amerikaans gevloekt.
Woorden als shit, fucking en asshole worden zo vaak
in Amerikaanse films en televisieseries gebezigd, dat niemand ervan
opkijkt. Sterker, het vindt navolging, want het klinkt in het Engels
onschuldiger dan in de vertaling. Van De Cock uit Baantjer of in
Spangen horen we zelden een onvertogen woord, dus de publieke
Nederlandstalige vloek sterft uit. Amerika is hét vloekland. De
vloek voldoet aan de behoefte aan duidelijkheid in een multiculturele
samenleving. Als je vloekt, laat je andere, onschuldige mensen
meelijden. En al die Amerikanen die het graag zelf doen, verwachten dat
een presidentskandidaat zich er niet toe verlaagt. Decorum, daar is geen
Raad voor nodig.
|
NRC Webpagina's
6 SEPTEMBER 2000
( a d v e r t e n t i e s )
|