Stork en Internatio hebben met de fusieplannen te veel hooi op hun vork genomen. Tegelijkertijd afslanken, fuseren, nieuwe aankopen doen, twee bedrijven runnen én de scepsis van beleggers weerleggen bleek te veel gevraagd.

Door ESTHER ROSENBERG

ROTTERDAM, 17 AUG. "Er zijn geen twee bedrijven in deze markt die zo goed bij elkaar passen als deze." Zo kondigde bestuursvoorzitter Herman Scheffer van Internatio-Müller begin mei euforisch de fusie aan van zijn bedrijf met machinebouwer en technisch dienstverlener Stork. Het leek zo mooi: twee industriële conglomoraten met een teveel aan activiteiten, een afglijdende beurskoers en tegenvallende rendementen. De bedrijven zouden afslanken en als grootste Nederlandse aanbieder van installatietechniek uit de metamorfose tevoorschijn komen. De een goed in de productie van machines, de ander sterk in het onderhoud ervan.

Vanochtend kondigden de bestuursvoorzitters van Stork en Internatio aan misschien teveel hooi op hun vork te hebben genomen. De bestuursvoorzitters, die de scepter over de nieuwe onderneming zouden gaan zwaaien, moesten tegelijkertijd activiteiten afstoten, fuseren en nieuwe bedrijfsonderdelen aankopen. Intussen vroegen de bestaande bedrijven in Rotterdam en Naarden hun dagelijkse portie aandacht. Kregen de beleggers, die vanaf het begin kritisch tegenover de fusie stonden hun gelijk, of hebben de aandeelhouders hun gelijk genomen?

Bij de fusie kondigden Stork en Internatio eind juni met een prospectus te komen. In de vakantieperiode moesten ze die datum opschuiven naar medio augustus of begin september. "Een teken aan de wand", zegt een Stork-woordvoerder nu. De tijd schreed voort en het vertrouwen van de beleggers nam af. "We hebben de scepsis in de markt en bij analisten niet weten te weerleggen", constateert de woordvoerder. Sinds de aankondiging van de fusie is Internatio 57,3 miljoen euro in waarde gedaald. Stork-beleggers bleven enigszins stoïcijns: de waarde van het bedrijf steeg zelfs licht met 12,8 miljoen euro naar 436 miljoen euro. "De bestuursvoorzitters hebben hun verantwoordelijkheden vervolgens weten te nemen", aldus de Stork-woordvoerder.

Maar de beleggers hadden hun kritische houding juist laten varen. De Nederlandse althans. Verzekeraar ASR, met een belang van ruim 6 procent in Internatio, was een van de partijen die zich van de fusieplannen afkeerde. Het kort daarvoor opgebouwde aandeel van de verzekeraar zou in het nieuw te vormen bedrijf verwateren tot 3,3 procent. ASR- bestuursvoorzitter De Swart deelde vanochtend mee juist bijgedraaid te zijn, na een heldere toelichting van Internatio-topman Scheffer: "Uit die toelichting bleek de noodzaak van de fusie. Het tafelzilver van Internatio bleek tafelkoper te zijn, wat de tegenvallende ruilverhoudingen met Stork verklaarde." Desondanks zegt De Swart niet ongelukkig te zijn dat de fusie is afgeblazen. Ook een Amerikaans beleggingsfonds bleef moeite houden met de fusie.

Ondanks de kritiek van beleggers bleven de besturen zelf enthousiast. Totdat het businessplan gemaakt moest worden en bleek dat de doelstellingen van de fusie (een omzet van 11 miljard gulden, 2,2 miljard gulden voor nieuwe investeringen en een jaarlijks voordeel van 40 miljoen euro voor belasting in 2003) niet haalbaar waren.

De belangrijkste oorzaken daarvan waren de tegenvallende resultaten van de bedrijfsonderdelen van Stork die afgestoten moesten worden, met name bij de divisie die machines voor de voedselindustrie produceert. De voedselmachine-divisie is al jaren een probleemkindje van Stork. Door de opnieuw tegenvallende resultaten konden de diverse onderdelen niet, te laat of tegen een ongunstige prijs verkocht worden.

"Ik wil de situatie niet overdramatiseren", zei bestuursvoorzitter Aad Veenman van Stork vanochtend, "maar er waren problemen - met name bij de foodprocessing-divisie die we het hoofd moesten bieden. De vraag is dan of je de doelstelling van de fusie op tijd kan realiseren." De desinvesteringsproblemen leidden de aandacht van de fusie afBestuursvoorzitter Herman Scheffer van Internatio lichtte vanochtend toe dat tijdens het maken van het businessplan bleek dat het risico te groot werd: " We kwamen amper aan de fusie toe. Het risico werd op een gegeven moment te groot of Stork de onderdelen wel in de markt kwijt kon en wat voor prijs ze ervoor zouden kunnen krijgen."

Beide topmannen zeggen nog steeds strategisch gezien in de fusie te geloven. Veenman zegt "buitengewoon teleurgesteld" te zijn over het afblazen van de fusie. Scheffer: "Er is nog steeds behoefte aan een bedrijf voor installatietechniek dat op alle markten thuis is." Maar plannen om in de toekomst opnieuw pogingen te doen om samen te gaan zijn op dit moment niet aan de orde, zeggen beiden. Scheffer zegt de mogelijkheid niet uit te sluiten, maar intussen ook gesprekken met andere partners aan te gaan.

Stork en Internatio presenteerden vanochtend nog wel tegelijkertijd vervroegd hun halfjaarcijfers. Beide zouden oorspronkelijk dinsdag pas de resultaten naar buiten brengen. De resultaten bij Stork over het eerste halfjaar bleven met een nettowinst van 30,6 miljoen euro 12,6 procent achter bij de winst in de eerste helft van 1999. De winst van Internatio nam toe met 7,5 procent tot 31,8 miljoen euro.

( a d v e r t e n t i e s )