U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
24/7 Media Europe ad
N R C   H A N D E L S B L A D  -  K U N S T
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 NIEUWSSELECTIE 
 KORT NIEUWS 
 RADIO & TELEVISIE 
 MEDIA 

S c h a k e l s
Salzburger Festival

Dossier Oostenrijk


Pijnlijke omissies in toespraak van staatssecretaris voor kunst Morak

Rustig begin van festival in Salzburg


In Oostenrijk zijn gisteren de Salzburger Festspiele officieel geopend met toespraken van president Klestil en de staatssecretaris van kunst Morak. De verwachte rellen deden zich niet voor, demonstranten bepekten zich tot spandoeken en gefluit.

Door onze correspondent KARIN JUSEK

SALZBURG, 25 JULI. De traditionele feestelijke opening van de Salzburger Festspiele in de Felsenreitschule is tegen de verwachtingen in rustig verlopen. Zo rustig dat een aantal bezoekers halverwege al was weggedommeld. Demonstranten werden op afstand gehouden. De enige buitenlandse staatsman die de ceremonie bijwoonde, was de president van Estland, Lennart Meri.De verantwoordelijke politici hebben er alles aan gedaan om schandalen of rellen te vermijden. Alleen bij aankomst werden de gasten verwelkomd door demonstranten met fluiten en spandoeken, waarop niet alleen tegen racisme en sociale onrechtvaardigheid werd geprotesteerd maar ook voor commerciële tv ('Vrijheid voor privé tv'). De actievoerders hernoemden het Herbert von Karajan Plein naar de in januari overleden architecte Margarethe Schütte- Lihotzky. "Het wordt tijd dat Salzburg iets aan zijn verleden doet", zo verklaarde de germanist en kunsthistoricus Gert Kerschbaumer de actie. " Karajan was al in 1933 lid van de NSDAP en was een van Hitlers sterren. Na 1945 werd hij door de sociaal-democraten beschermd en kon hij zijn carrière voortzetten. Schuette-Lihotzky was een sociaal bewogen architecte én een verzetsstrijdster maar zij werd in Oostenrijk geboycot!!"

De naar schatting honderd demonstranten bleven keurig achter de dranghekken, zodat de gasten buiten op de aankomst van president Thomas Klestil konden wachten. Klestil veroorzaakte vorig jaar een hevige controverse toen hij in zijn openingstoespraak zei dat kunst mooi en harmonieus diende te zijn en van interpreten eiste dat ze zo dicht mogelijk bij de intenties van de auteurs bleven. Dit jaar vroeg de president zich af of theater niet vooral 'Bildungstheater' zou moeten zijn. "Onze waarden onstaan door vorming en verdere vorming," aldus Klestil. Geboorte en gemeenschappelijke waarden zijn volgens de Oostenrijkse president bepalend voor de Europeaan. Volgens Klestil bestaat er geen betere manier om met de Europese waarden vertrouwd te raken dan de wereld van het Europese theater te leren kennen. Daarom, is Klestils overtuiging, kunnen de Salzburger Festspiele met recht de 'School voor Europa' worden genoemd.

Klestil pleitte ook voor een snelle uitbreiding van de Europese Unie en werd daarbij door applaus onderbroken. Hij noemde de uitbreiding een daad van rechtvaardigheid en een historische 'Wiedergutmachung', omdat de vroegere Oostbloklanden buiten hun schuld gedurende tientallen jaren onmondig waren gehouden.

De speech van de staatssecretaris voor kunst, Franz Morak, was opmerkelijk en zal in de komende dagen zeker voor discussies zorgen. Morak roemde de belangrijke Oostenrijkse bijdragen aan de Europese kunst, maar betuigde ook dank aan de Europese landen die Oostenrijkse kunstenaars die voor de nazi's vluchtten, hebben opgenomen. De staatssecretaris citeerde Elie Wiesels woorden 'Memory is our fortune, our only fortune'. Moraks eigen omgang met de herinneringen bleek echter tamelijk problematisch. Zo verwees hij naar Arturo Toscanini, die niets van Mussolini moest hebben en tot 1937 in Salzburg dirigeerde. Morak 'vergat' daarbij dat Toscanini de politieke situatie in Oostenrijk kennelijk genegeerd heeft - daar waren immers de Austrofascisten aan de macht. Daarbij was juist Salzburg, net als Graz, al vroeg een berucht nazi-bolwerk. Nog problematischer was Moraks trotse verwijzing naar de reeks kritische kunstenaars die Oostenrijk al sinds tijden voortbrengt, van Karl Kraus tot en met Thomas Bernhard en Elfriede Jelinek. Morak gaf daarmee blijk de oude discussie - mag Oostenrijk met joodse kunstenaars pronken die, als ze in de jaren dertig nog hadden geleefd, door hun landgenoten zouden zijn vermoord - niet te kennen of niet te begrijpen. Het is verder te verwachten dat de schrijfster Elfriede Jelinek niet zal accepteren dat zij uitgerekend door een vertegenwoordiger van de door haar zo geminachte regering wordt gepresenteerd als een sieraad van Oostenrijk. De laatste spreker en tevens eregast was de president van het Internationale Rode Kruis, Jakob Kellenbergen. Toen bekend werd dat hij was uitgenodigd, had het boulevardblad News nog honend geschreven: "Welja, een Zwitser en een diplomaat, die zal geen onvertogen woord zeggen! Waarom hebben ze niet meteen de directeur van de ÖAMTC (de Oostenrijkse ANWB) uitgenodigd, die helpt ook. Veel automobilisten zijn hem dankbaar." Kellenbergen heeft aan dergelijke 'verwachtingen' niet voldaan. Hij legde uit hoe weinig vanzelfsprekend vrede is en analyseerde maatschappelijke misstanden als eeuwige conflicthaarden, waarbij hij terloops Camus, Enzesberger, Musil en Glucksman citeerde. Belangrijk was vooral zijn relativering van de mogelijkheden die de kunst heeft om oorlog te voorkomen, iets wat alle sprekers voor hem juist hadden benadrukt. Helaas kreeg Kellenbergen niet de aandacht die hij verdiende. Een deel van het publiek was al in slaap gevallen voor hij begon.

NRC Webpagina's
25 JULI 2000


( a d v e r t e n t i e s )

24/7 Media Europe ad

24/7 Media Europe ad

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad