U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
24/7 Media Europe ad
N R C   H A N D E L S B L A D  -  R A D I O  &   T E L E V I S I E
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 NIEUWSSELECTIE 
 KORT NIEUWS 
 RADIO & TELEVISIE 
 MEDIA 


S e l e c t i e


Televisie

Radio

F I L M   V O O R A F :
De mens is de mens, een wolf

Mark Duursma
Twee mannen met panne in een duinlandschap. De kleine zit zuchtend en steunend in de auto, de grote loopt er zuchtend en steunend achteraan. Gestrand zijn ze, en ook nog gewond. De opening van Roman Polanski's Cul-de-sac (1966) wekt onmiddellijk associaties met Herenleed en Beckett. Absurdisme uit een voorbije tijd. Vervreemding heette dat.

De twee mannen zijn gangsters en vinden onderdak in een verlaten kasteeltje dat alleen met eb over land bereikbaar is. De kleine overlijdt aan zijn verwondingen, de grote terroriseert het echtpaar dat het kasteel bewoont. Kern van de film is het spel om de macht tussen de gangster, de excentrieke Engelsman en zijn jonge, Franse echtgenote.

Cul-de-sac maakt een gedateerde indruk. Deels ligt dat aan de rol van Françoise Dorléac. Ze speelt de jonge echtgenote als een typische jaren zestig-vrouw: mooi, ongrijpbaar, grillig. Schijnbaar sterk en onafhankelijk, maar ondertussen zoekend naar bevestiging van elke man die voorbij komt. Nooit te beroerd om de zwarte koltrui uit te doen, altijd in om even te douchen of te zwemmen, prikkelend door zwijgzaamheid. Nouvelle Vague-regisseurs, Godard voorop, waren gek op dat soort vrouwen, bij Antonioni duiken ze ook vaak op. Dorléac is extra mysterieus: een jaar voor Cul-de-sac maakte Polanski Repulsion met haar zus Catherine Deneuve, een jaar later verongelukte ze als grote belofte, 25 jaar oud.

Meer in het algemeen is het de combinatie van absurdisme en maatschappijkritiek, die de film zo onmiskenbaar tot een produkt uit de jaren zestig maakt. Die de film tot toneelstuk-in-vermomming maakt. Alleen in Parijs schijnt Ionesco nog steeds gespeeld te worden. Elders in de wereld is het toch wel gedaan met die ingetogen nonsens, zwanger van de suggestie dat er, verborgen in symboliek en zwarte humor, hele zinnige dingen worden beweerd over de condition humaine en de heimelijke mechanismen van onze samenleving. Wat er dan precies wordt beweerd, blijft bij Beckett, Ionesco en aanverwanten altijd nogal schimmig, maar duidelijk is wel dat wij mensen in onze omgang met soortgenoten ernstig te kort schieten.

De mens is de mens, een wolf, daar kan het hele oeuvre van Polanski mee worden samengevat. Bijna dertig jaar na Cul-de-sac maakte hij Death and the Maiden, naar een toneelstuk van de Chileense schrijver Ariel Dorfman. Opnieuw een spel om de macht tussen drie mensen in een verlaten huis langs de kust. Opnieuw speelt de prachtige locatie een belangrijke rol, en heb je toch het gevoel dat het theater een betere plaats voor die tekst was geweest. Het grote verschil tussen de twee films is het ontbreken van humor in Death and the Maiden. De confrontatie tussen slachtoffer en beul is larmoyant, zonder enige vorm van relativering. Dan toch maar liever het gedateerde absurdisme van Cul-de-sac. Daar kon je tenminste nog lachen om Donald Pleasance als de excentrieke echtgenoot.

Cul-de-sac (Roman Polanski, 1966, UK), BBC1, 1.50-3.35u.

NRC Webpagina's
30 JUNI 2000


( a d v e r t e n t i e s )

24/7 Media Europe ad

24/7 Media Europe ad

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad