NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

Door onze correspondent
ENSCHEDE, 27 MEI. Het onderzoek van de commissie- Oosting naar de vuurwerkramp in Enschede moet voor 1 november af zijn. Althans, dit staat in de opdracht. Oosting zelf hield bij de installatie gisteravond een slag om de arm. "We willen snel klaar zijn, maar we doen geen concessies aan de zorgvuldigheid. Ik kan niet garanderen dat we dan klaar zijn met ons werk." Eventueel zijn volgens Oosting tussenrapportages mogelijk.

Het onderzoek wordt onafhankelijk, integraal en diepgravend, zei voormalig ombudsman M. Oosting gisteravond in het stadhuis van Enschede. Hij is voorzitter van de commissie die probeert "de onderste steen boven te krijgen", aldus Oosting. De taak van de commissie is even duidelijk als veelomvattend: een antwoord vinden op de vraag naar de oorzaak van de ramp, de toedracht, de bestrijding en de nazorg. "En dat alles - anders had ik het voorzitterschap ook niet aanvaard - in volledige vrijheid van handelen." Oosting reageerde daarmee op kritiek van de Vereniging van Letselschade Advocaten, die een eigen onderzoek naar de aansprakelijkheid voor de ramp instelt.

De commissie telt behalve Oosting nog vijf leden: ex-politica R. Beckers, hoogleraar stralingshygiëne T. Savelkoul, voormalig directeur-generaal M. Enthoven van Defensie, voormalig minister van Defensie J. de Ruiter en directeur Y. Tümer van KPMG. Ze zullen in Enschede en in Den Haag kantoor houden. Ook direct getroffenen kunnen hun verhaal bij de commissie doen.

De commissie werkt, anders dan bij de Bijlmerenquête, niet in het openbaar en hoort mensen niet onder ede. "We kunnen ze niet dwingen te komen. Maar we rekenen erop dat iedereen zijn medewerking zal verlenen." Nu zijn acht rijksinspecties bezig met een onderzoek, terwijl ook het OM in Almelo een strafrechtelijk onderzoek is begonnen. Volgens Oosting zal "alles op elkaar worden afgestemd".

( a d v e r t e n t i e s )