|
|
|
NIEUWSSELECTIE Ministerie van Verkeer en Waterstaat
|
Meer ruimte voor de rivieren
Door onze redacteur FLORIS VAN STRAATEN LOEVESTEIN, 29 FEBR. Het is nog wennen. Eeuwenlang was het instinct de rivierdijken eenvoudig verder te verhogen en te verstevigen wanneer er nieuwe overstromingen dreigden. Maar sinds de hoogwaters van 1993 en 1995, waarbij een ramp op het nippertje werd voorkomen, is het ministerie van Verkeer en Waterstaat op een radicaal nieuw credo overgestapt. De ingenieurs van Rijkswaterstaat en de Haagse beleidsmakers willen nu juist meer ruimte voor de rivier. Vooral bij hoogwater is dat van belang. Het is niet alleen natuurlijker, stellen ze, maar op den duur ook veiliger. Je kunt dijken niet onbeperkt hoger blijven maken. Als een zeer hoge dijk bezwijkt, is de overstroming des te groter, met alle rampzalige gevolgen van dien. Bovendien ziet het er naar uit dat de rivieren in de toekomst, deels door een verwachte klimaatswijziging, meer water zullen afvoeren dan thans. Op een passende plaats, op slot Loevestein in het land waar (afgedamde) Maas en Waal samenvloeien, ging staatssecretaris Monique de Vries gisteren voor het eerst in op de praktische consequenties van dit nieuwe beleid. Er zullen gebieden moeten komen waar in noodgevallen water van de overvolle rivieren kan worden opgevangen, meldde ze. "Een gecontroleerde overstroming is altijd goedkoper dan een ongecontroleerde." De Vries en Rijkswaterstaat hebben inmiddels al een aantal van zulke 'calamiteitenpolders' op het oog. Het gaat om gebieden in de Tielerwaard/Vijfheerenland, de Bommelerwaard, het Land van Heusden en Altena, de Beerse Overlaat en de Bokhovense Overlaat. Ook zullen de dijken hier en daar worden verlegd, zodat de Rijn en de Maas meer ruimte zullen krijgen. Dank zij dergelijke maatregelen gaat het water langzamer stromen en blijft de waterstand beheersbaar. In dit verband wordt onder meer gedacht aan gebieden in de Ooijpolder, het Rijnstrangengebied, het landbouwgebied rond de Biesbosch, de Hoekse Waard, en de bypass van de IJssel bij Kampen-Zuid. Zulke gebieden zullen niet langer in aanmerking komen voor grootschalige bebouwing. Dat kan hier en daar hard aankomen omdat er soms al een begin is gemaakt met nieuwe woonwijken. "Er zullen nog harde noten gekraakt moeten worden over de Vinex-locatie Waalsprong bij Nijmegen," erkende De Vries op slot Loevestein. "Rivierkundig is dat niet de beste locatie." "Dat wordt verhuizen, jôh," riep daarop een journalist plagend naar een zorgelijk kijkende collega uit de regio-Nijmegen. De staatssecretaris poogde mogelijke onrust echter de kop in te drukken met de mededeling dat deze bebouwing vanzelfsprekend niet zomaar zou worden afgebroken of onder water gezet. Waar mogelijk moeten de bouwplannen echter alsnog worden aangepast. Een en ander zal in zorgvuldig overleg met de lokale autoriteiten en bewoners geschieden. Het staat overigens nog allerminst vast dat deze maatregelen uiteindelijk in alle genoemde gebieden van kracht worden. Eerst zal het kabinet er zich, vermoedelijk voor de zomervakantie, over buigen en in het najaar moet dan ook de Tweede Kamer er zijn oordeel over vellen. Wel hoopt De Vries dat een besluit hierover kan worden geïncorporeerd in de Vijfde nota voor het ruimtelijk beleid, waaraan minister Pronk (VROM) op het ogenblik hard werkt. De Nederlandse maatregelen staan niet op zichzelf. Ook in internationaal verband wordt er gepoogd via nieuwe methoden meer greep op de Rijn te krijgen. In Noordrijn-Westfalen is begin deze maand een begin gemaakt met een omvangrijk programma voor dijkteruglegging. De Vries draagt hieraan voor 10 miljoen euro bij, die overigens afkomstig zijn uit Europese gelden die Nederland voor waterbouwkundige doeleinden had ontvangen uit Brussel. Het gaat om 'teruggave' aan de rivier van zo'n 4.700 hectare. Dat moet uiteindelijk resulteren in een verlaging van de waterstand met zo'n 10 centimeter. De ambitieuze plannen voor de rivieren roepen intussen één vraag op: legt het kabinet zich dan al bij voorbaat neer bij nieuwe overstromingen? Dat niet. Na de hoogwaters van de jaren negentig is er met voortvarendheid gewerkt aan de versterking van de bestaande dijken in het kader van het Deltaplan Grote Rivieren. Maar één les was na 1995 duidelijk, zoals De Vries gisteren ook in haar toespraak memoreerde: "Absolute veiligheid is uitgesloten." Gemeenten verbijsterd over plannen
Door onze redacteur ARJEN SCHREUDER
Ook burgemeester P. IJssels van Gorinchem is woedend: "Buitengewoon onzorgvuldig om dit zonder overleg met gemeenten en polderbesturen aan te kondigen. De staatssecretaris hoort te beseffen wat de aankondiging betekent voor mensen die enkele jaren geleden zijn geëvacueerd."Burgemeester E. d'Hondt van Nijmegen kreeg twee weken geleden, als vertegenwoordiger van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten in de Stuurgroep Deltaplan Grote Rivieren, "plotseling" een kaartje van het ministerie in handen met mogelijke 'overloopgebieden' voor noodgevallen, 'retentie' om de afvoer van water met name in de Biesbosch te vergemakkelijken en ruimte voor 'groene rivieren'. De plannen doorkruisen onder meer de bouwplannen in de Vinex-locatie bij de Waalsprong, waar inmiddels enige honderden woningen staan, plus de " verstedelijking" tussen Nijmegen en Arnhem. d'Hondt: "Dat is allemaal rijksbeleid, daar zou het rijk dan ook maatregelen voor moeten treffen. Ik zie het nog niet zitten." d'Hondt vindt dat het ruimte maken niet beperkt moet blijven tot Nederland, maar dat met name Duitsland meer retentiegebieden moet inrichten. "Het probleem wordt geëxporteerd door Duitsland, laat Duitsland ook de oplossing importeren." Woudrichem in het land van Heusden en Altena, voorlopig aangewezen als overloopgebied, wacht de details af. Burgemeester J. Worrell: "Het zal toch niet de bedoeling zijn dat in nood de hele gemeente Woudrichem onder water wordt gezet? Dat zou slordig zijn. We moeten intensief overleggen."
|
NRC Webpagina's
29 FEBRUARI 2000
( a d v e r t e n t i e s )
|
Bovenkant pagina |