|
|
|
NIEUWSSELECTIE IRT-affaire
|
IRT-infiltrant beïnvloedde uitslagen
Drugswinsten naar omkopen sporters
Door onze redacteur MARCEL HAENEN
Door de omkoping wist hij financieel voordeel te behalen uit weddenschappen in voetballoterijen die hij zelf organiseerde. Dit is gebleken uit onderzoek dat het Landelijk rechercheteam (LRT) sinds juni 1997 verricht naar de 38-jarige criminele informant Krishnapersad J. uit Haarlem. J., kortweg Kris of De Limburger genoemd, werd samen met 2 broers en nog 13 andere verdachten een week geleden aangehouden in een onderzoek naar de erfenis van de IRT-affaire. De landelijke recherche heeft naar verluidt concrete informatie over omgekochte spelers en clubs, maar heeft hierover in het belang van het onderzoek nog geen specifieke informatie aan verdachten en raadslieden verstrekt. Op 12 juni 1997 meldde de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) aan de landelijke recherche dat Kris de zogeheten 'groei-informant' is die door het zogenoemde koningskoppel van de Haarlemse politie - de rechercheurs Langendoen en Van Vondel - sinds begin jaren negentig is gebruikt om drugs uit Zuid-Amerika te importeren. Kris had daarbij naar alle waarschijnlijkheid niet alleen de politie aan informatie geholpen, maar was vooral dienstbaar aan zijn criminele handlangers. Uit vertrouwelijke politiedossiers waar deze krant over beschikt, blijkt dat de landelijke recherche Kris J. de afgelopen twee jaar permanent heeft geobserveerd en dat zijn telefoongesprekken werden afgetapt. Hieruit zou zijn gebleken dat hij vorig jaar een transport van 1.200 kilo cocaïne organiseerde dat in Oostenrijk werd onderschept. Bovendien runt Kris met twee broers een crimineel bedrijf - door de politie de Groep Gokken genoemd - dat sporters omkoopt om de uitkomst van zelf afgesloten weddenschappen te beïnvloeden. Uit de telefoontaps is volgens de politie gebleken dat "wedstrijden werden verloren" omdat via zogeheten "niet-ambtelijke omkoping" vooral spelers in het buitenland werden omgekocht. Volgens de advocaat van Kris J., C. Korvinus, beginnen de verdenkingen aan het adres van zijn cliënt vanaf januari 1993. Kris heeft zich in zijn verhoren bij de politie tot nu toe op zijn zwijgrecht beroepen. De verdachten hebben naar alle waarschijnlijkheid gedacht ongestoord te kunnen opereren, omdat ze gebruikmaakten van een kantoorruimte en telefoonlijnen die volgens de politie op naam stonden van een advocaat en geheimhouder uit Den Haag. Deze advocaat, M.D., zit ook vast. De bewijzen tegen de jurist zijn volgens zijn raadsman P. Hoogendam "flinterdun".
|
NRC Webpagina's
22 FEBRUARI 2000
( a d v e r t e n t i e s )
|
Bovenkant pagina |