NIEUWSSELECTIE
KORT NIEUWS
RADIO & TELEVISIE
MEDIA
S c h a k e l s
Eerste en laatste aflevering Peanuts
Officiële Peanuts-website
|
CHARLES M. SCHULZ (1922 - 2000)
Kop op, Charlie Brown
Door PAUL STEENHUIS
Charles M. Schulz, de schepper
van de wereldberoemde stripfiguren Charlie Brown en zijn hondje Snoopy
is zaterdagavond in zijn slaap overleden, in zijn huis in Santa Rosa
(Californië). Hij is 77 jaar geworden. Zijn vrouw Jeannie was bij
hem. Gisteren, zondag, verscheen de laatste Charlie Brown-strip die
Schulz voor de (Amerikaanse) zondagskranten maakte.
Hij was begin januari al gestopt met de dagstrip over Charlie Brown, die
hij bijna vijftig jaar lang tekende, en hem tot een van de meest
gelezen striptekenaars ter wereld maakte. De avonturen van Charlie
Brown, het sombere ventje met een groot rond hoofd, verschenen
dagelijks in 2.600 kranten, in 75 landen, in 21 talen. Schulz werd eind
vorig jaar aan darmkanker geopereerd. Om zich op zijn herstel te
concentreren, stopte hij. Als jongetje was hij net zo'n ventje als
Charlie Brown, zei Schulz in interviews: een schuw, teruggetrokken
jongetje met uitstaande oren, dat bang was voor agressieve, pestende
kinderen en geen grote eigendunk had. Zijn eigen jeugdervaringen, als
enige zoon van een kapper in het plaatsje St. Paul diende als
voornaamste inspiratiebron voor de Peanuts-strip, waarvan de
eerste in 1950 verscheen: de toon wordt daarin meteen gezet. We zien
Charlie langslopen, terwijl zijn vriendjes, gezeten op de stoeprand,
tegen elkaar zeggen: 'Daar heb je die goeie ouwe Charlie Brown,' in het
laatste plaatje concluderend: 'Wat haat ik hem!'De kinderwereld in
Peanuts is bepaald niet zorgeloos en vriendelijk. Het is een
wereld vol depressies, beledigingen, sarcasme en gefnuikte ambities: zo
zijn er eindeloze reeksen strips waarin Charlie zijn vlieger probeert op
te laten, of probeert rugby of baseball te spelen, waarbij hij
voortdurend faalt en gepest wordt door zijn kameraadjes. Vooral door
Lucy, het meisje met de scherpe tong, die hem bijvoorbeeld toevoegt:
"Ha, Charlie Brown... Is dat je hoofd, of verberg je je achter een
ballon - HAHAHAHA." In het laatste plaatje schopt Charlie een radio weg
waaruit de opmerking klinkt: "Wat is er in deze wereld heerlijker dan
het vrolijke gelach van kleine kinderen?" De kinderen in Peanuts
'spreken ons aan omdat het monsters zijn', schreef de Italiaanse auteur
Umberto Eco ooit, 'ze zijn de spiegel van onze moderne neuroses'.
"Sarcasme is een slechte eigenschap. Maar het is goed voor de
creativiteit", zei Schulz over zijn eigen werk.
De bitterheid in de strips werd getemperd door de vrolijke en vloeiende
tekenstijl van Schulz. Hij werd naarmate hij ouder werd milder, en legde
meer de nadruk op slapstick en de romantische escapades van het hondje
Snoopy en het vogeltje Woodstock. Toen hij in 1968 voor het eerst een
zwart jongetje, Franklin in de vriendenkring van Charlie introduceerde,
kwamen er onmiddellijk protesten van sommige Amerikaanse kranten. Zij
wensten geen rassenintegratie in hun favoriete strip. Schulz hield voet
bij stuk: "Als dat niet mag stop ik er mee", liet hij weten. Franklin
bleef in Peanuts.
|
NRC Webpagina's
14 FEBRUARI 2000
( a d v e r t e n t i e s )
|