|
|
|
NIEUWSSELECTIE Gemeente Rotterdam
|
Commissie: Peper kon stukken inzien
Door onze redacteuren GEERT VAN ASBECK en TOM-JAN
MEEUS
Een woordvoerder van Peper wilde vanochtend hierop niet reageren. In de commissie wordt erop gewezen dat Peper een spel speelt in een kennelijke poging een inhoudelijk gesprek met de onderzoekers te ontlopen. De raadscommissie verricht onderzoek naar de declaraties van oud- burgemeester Peper en toenmalige wethouders in de periode 1986-1998. De commissie heeft het boekenonderzoek laten verrichten door forensische accountants van KPMG. In hun onderzoek zijn diverse buitenlandse reizen met een ogenschijnlijk privé-karakter naar voren gekomen die door Rotterdam zijn betaald. De commissie wilde hierover pas definitief oordelen nadat Peper zijn weerwoord had gegeven. Het gesprek hierover werd door Peper zaterdagmorgen vijf minuten voor het begin afgezegd. Van Ravesteyn reageerde hier boos op. Zij vindt het onbehoorlijk een afspraak in een zo laat stadium af te zeggen. Voordat Peper de commissie afbelde, had eind vorige week uitgebreid faxverkeer plaats tussen adviseurs van Peper en de commissie en haar adviseurs. Peper laat zich bijstaan door accountants van PricewaterhouseCoopers en, sinds vorige week vrijdag, advocaat J. Mentink, oud-wethouder van Rotterdam. In een persoonlijke brief had Peper vorige week zondag voorinzage in de stukken van KPMG geëist. Volgens Van Ravesteyn was hem de vrijdag daarvoor, in een gesprek met de commissie, al te verstaan gegeven dat hij over alle stukken kon beschikken indien zijn geheugen hem op vragen van KPMG-accountants in de steek liet. Daarmee kon hij in principe over alle stukken beschikken zonder enig inhoudelijk antwoord te geven. Nadien is deze toezegging Peper nog eens schriftelijk bevestigd, aldus Van Ravesteyn. De voorzitter benadrukt dat alle wethouders die zijn gehoord, dezelfde behandeling hebben gekregen. Overigens hebben de onderzoekers van KPMG de meeste mogelijk belastende gegevens over de declaraties van Peper verzameld. Peper, die Rotterdam diende tussen 1982 en 1998, heeft er in een brief aan de commissie vorige week op gewezen dat hij 6.000 dagen burgemeester is geweest. Volgens Peper werkt de commissie in strijd met "algemene beginselen van behoorlijk bestuur" door hem stukken niet voorafgaande aan een gesprek aan te bieden. Van Ravesteyn blijft er echter bij dat Peper alle stukken had kunnen krijgen als hij zaterdag volgens de afspraak met de commissie in gesprek was getreden. De advocaat van Peper, H. Mentink, maakte dit weekeinde, na het afgelaste gesprek, zijn advies aan de minister bekend om de verlangde voorinzage bij de rechter af te dwingen. Volgens Mentink betreft dit "een volstrekt redelijk verzoek" dat het verlangen van Peper "naar een gedegen onderzoek" slechts schraagt. Vanmorgen werd evenwel niet bekendgemaakt of Peper dit advies overneemt. In de omgeving van de minister wordt de kans inmiddels klein geacht dat hij naar de rechter stapt. "Een politieke oplossing is beter", aldus een ingewijde. Het onderzoek van de raadscommissie is nagenoeg afgerond. Er wordt al geschreven aan het rapport. Deze week moeten nog twee wethouders worden gehoord. Daarna biedt de commissie, vermoedelijk eind deze week, volgens de daarvoor gangbare procedure het rapport vertrouwelijk aan het college van B en W aan. Nadat die een reactie heeft gegeven, kan het worden gepubliceerd. In het onderzoek draait het niet om fraude. Volgens de opdracht moet de commissie de 'rechtmatigheid, doelmatigheid en functionaliteit' van de representatie-uitgaven van B en W vaststellen. Daarmee moet de commissie niet alleen bekijken of uitgaven volgens de regels zijn gedaan, maar eveneens of ze aan het beoogde nut hebben voldaan dan wel of ze terecht zijn gedaan in het kader van de functie die B en W-leden op dat moment bekleedden.
Zie ook:
Peper krijgt van commissie geen inzage stukken (20 januari 2000)
|
NRC Webpagina's
24 JANUARI 2000
( a d v e r t e n t i e s )
|
Bovenkant pagina |