U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
   B I N N E N L A N D
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

S c h a k e l s
Ministerie van Ontwikkelingssamenwerking

Foster Parents Plan


'Ernstig conflict' met Herfkens


Organisaties voor ontwikkelingssamen- werking kritiseren minister Herfkens nu Foster Parents Plan tot hun gelederen mag toetreden.

Door onze redacteur GEERT VAN ASBECK

DEN HAAG, 4 JAN. Decennialang konden de vier particuliere organisaties voor ontwikkelingssamenwerking Bilance (nu Cordaid), Hivos, Icco en Novib elk jaar tien procent van de begroting voor ontwikkelingssamenwerking onderling verdelen. Vorig jaar ging het om 689 miljoen gulden. Maar voortaan moeten ze de subsidie delen met een vijfde organisatie, Foster Parents Plan (FPP).

De vier zogenoemde medefinancieringsorganisaties (MFO's) zijn verbijsterd. Ze zijn bang dat 'maatschappelijke ontwikkelingssamenwerking' en daarmee hun eigen voortbestaan op het spel komt te staan. Ze dreigen Herfkens met een rechtszaak. "Ze voert onzorgvuldig beleid", aldus Jaap Dijkstra, voorzitter van het gemeenschappelijk MFO-overleg en directeur van Hivos. Gisteren kregen de vier van minister Herfkens (Ontwikkelingssamenwerking) te horen dat ze gezelschap krijgen van FPP. De minister heeft daartoe besloten op basis van de nieuwe subsidiewet, waarin objectieve criteria voor subsidie- aanvragen staan. Voordien was onduidelijk op welke voorwaarden een organisatie de MFO-status kon krijgen. Verzoeken werden consequent afgewezen. Sinds de oprichting van het medefinancieringsprogramma in de jaren zestig bleef de subsidie dan ook onderling verdeeld tussen de drie, later vier zuilen van de particuliere Nederlandse ontwikkelingssamenwerking: het katholieke Cordaid, het interkerkelijke Icco, het humanistische Hivos en de onafhankelijke Novib. Met de nieuwe subsidiewet in de hand heeft Herfkens dit 'kartel' nu opengebroken. De MFO's, die voor verreweg het grootste deel afhankelijk zijn van overheidssubsidie, zijn het "absoluut oneens" met de interpretatie die Herfkens aan de wet geeft. Ze vinden dat FPP in het geheel geen recht heeft op de felbegeerde status van MFO, omdat de manier van ontwikkelingssamenwerking die FPP bedrijft niet strookt met die van de MFO's. "Dat is de financiering van lokale particuliere organisaties in het zuiden met een behoorlijk maatschappelijk engagement", aldus Dijkstra. "We hebben een ernstig conflict met de minister."

Herfkens gaat volgens Dijkstra voorbij aan twee essentiële elementen die volgens hem de 'ruggengraat' vormen van het medefinancieringsprogramma en van 'maatschappelijke ontwikkelingssamenwerking'. FPP werkt volgens hem niet nauw samen met lokale particuliere organisaties in ontwikkelingslanden en "sluit niet aan bij hun keuzes". FPP stimuleert volgens Dijkstra evenmin een zelfstandig maatschappelijk middenveld in ontwikkelingslanden en entameert geen 'politieke lobby voor het zuiden en in het zuiden'. "De minister heeft ons altijd juist op die politieke kant van ontwikkelingssamenwerking aangesproken. Nu verleent ze de MFO-status aan een organisatie die juist op dit punt een enorme terughoudendheid aan de dag legt en een apolitieke kijk op ontwikkelingsamenwerking heeft."

Dijkstra vreest nu dat na FPP ook andere organisaties bij de minister zullen aankloppen voor MFO-subsidie. "Dan komt het Belgisch model in zicht." In België krijgen elk jaar niet vier, maar vele tientallen particuliere organisaties MFO-subsidie. "Van coördinatie, gemeenschappelijke kwaliteitsbewaking en onderlinge afstemming tussen de organisaties is daar geen sprake." Dat is ieder voor zich en God voor ons allen, vinden de Nederlandse MFO's, die nadrukkelijk zó niet willen werken.

Met de keuze voor FPP introduceert de minister bovendien een geheel nieuw element in het medefinancieringsprogramma: het primaat van de fondsenwerving. Het medefinancieringsprogramma is volgens Dijkstra ooit opgezet om een aantal professionele organisaties de mogelijkheid te bieden ontwikkelingssamenwerking te bedrijven zonder zich zorgen te hoeven maken om de eigen fondsenwerving. "En nu krijgen we er een vreemde eend in de bijt bij, die zijn oren naar de markt laat hangen. Dat is toch redelijk maatgevend in je allocatie van middelen en wat je belangrijk vindt. Dat is een vertekening als je kijkt naar de noden die er in het zuiden zijn."

De MFO's vechten nu "voor het voortbestaan van maatschappelijke ontwikkelingssamenwerking, en daarmee voor het voortbestaan van onze organisaties", aldus Dijkstra. "Dat voortbestaan staat op het spel." De MFO's onderzoeken juridische mogelijkheden om het besluit van de minister terug te kunnen draaien. Maar eerst willen ze een onderhoud met Herfkens. "We zijn per afschrift geïnformeerd over dit besluit. Er is al die tijd geen enkel overleg met ons geweest. Dat is onzorgvuldig beleid."

Novib, Icco, Hivos en Cordaid, de particuliere organisaties voor ontwikkelingssamenwerking, krijgen samen elk jaar tien procent van de begroting van Ontwikkelingssamenwerking voor programma's in de Derde Wereld. Deze vier medefinancieringsorganisaties (MFO's) hebben zo de afgelopen tien jaar in totaal 4,6 miljard gulden ontvangen. Het medefinancieringsprogramma is in de jaren zestig van start gegaan met drie van de vier organisaties. De vierde, Hivos, is er eind jaren zeventig bijgekomen. Minister Herfkens besloot gisteren Foster Parents Plan als vijfde MFO toe te laten.

NRC Webpagina's
4 JANUARI 2000


( a d v e r t e n t i e s )

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)