U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
   B I N N E N L A N D
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

S c h a k e l s
Interview Vrakking (NRC, 1996)

Ministerie van Justitie

Organisatie Openbaar Ministerie


Een hoofdofficier met een nonchalante onverzettelijkheid, pal voor zijn mensen

Vrakking: één procureur-generaal volstaat voor OM

Door onze redacteuren
MARGRIET OOSTVEEN en HERMAN STAAL

AMSTERDAM, 29 NOV. Het openbaar ministerie kan volstaan met één procureur-generaal. Dat zegt hoofdofficier van justitie H. Vrakking vandaag in deze krant. Per 1 juni zijn de gebiedsgebonden procureurs-generaal afgeschaft. De vijf PG's hebben nu een inhoudelijke portefeuilleverdeling.

Volgens Vrakking is er evenwel "nog maar één nodig, die waakt over de onafhankelijkheid van het openbaar ministerie en de rechtspositie van officieren van justitie." Het driehoeksoverleg met burgemeester, hoofdofficier en korpschef zou volgens hem over het veiligheidsbeleid rechtstreekse afspraken moeten gaan maken met de ministeries van Binnenlandse Zaken en Justitie. In dat geval valt de functie van procureur-generaal er tussen uit. Naar Engels model zou er wel één procureur-generaal voor het hele land moeten overblijven die los van politieke opvattingen de onafhankelijkheid van het openbaar ministerie beschermt en die als buffer fungeert bij conflicten tussen hoofdofficieren en de minister. Het college van PG's kan nog zoveel richtlijnen naar hoofdofficieren doen uitgaan, vindt Vrakking, in de driehoek hebben zij niets te vertellen als burgemeester en korpschef tegen zijn. Oud-president van de Amsterdamse rechtbank B. Asscher is het met Vrakking eens. Asscher: "De hele IRT-affaire is terug te voeren op de onduidelijke positie van de procureur-generaal, die geen deel uitmaakt van het driehoeksoverleg." Vrakking pleitte eerder dit jaar voor een door de gemeenteraad gekozen hoofdofficier. Gepaard aan een gekozen burgemeester en korpschef zou dat volgens Vrakking "echte democratische controle" geven aan de gemeenteraad. Andere hoofdofficieren en het college van procureurs-generaal wilden toen niet op zijn pleidooi reageren. Vrakking steunde ook toenmalig secretaris- generaal Van Wijnbergen (Economische Zaken) in zijn voorstel taken van het OM te privatiseren.

Omstreden Vrakking blijft overeind binnen knuffelcultuur


Zijn directe meerderen kunnen wat hem betreft worden afgeschaft. Hans Vrakking: topmanager met meningen. Portret van de meest omstreden hoofdofficier van Nederland.

Door Margriet Oostveen en Herman Staal

Hij is geboren "op dezelfde dag als Alexander de Grote". Niet dat hij daar "iets mee bedoelt", maar hij meldt het toch maar. Typisch Vrakking. Net als de miniguillotine in zijn vensterbank. En de tekst die als screensaver over zijn computerscherm loopt: 'Wie ben ik dat ik dit allemaal mag doen?'Voor de foto wil hij niet gaan staan. "Dan ben ik net Napoleon." Niet groot van stuk is hij, wel vierkant. In postuur en doen. De hoofdofficier die ontzag afdwingt. En weerzin oproept. Die graag provoceert. "Ik ben een harmoniemodel", zegt Hans Vrakking (58) zelf. "Maar ook een anarchist." Hoofdofficieren en procureurs-generaal die voor een gesprek over Vrakking worden benaderd zullen "helaas toch" afzeggen. De een na de ander, vaak door het uitspreken van deze zin: Er is een principe dat zittende leden binnen het openbaar ministerie zich onthouden van commentaar op elkaar. Ja, beamen sommigen, zij zeggen dit na contact met Verhoog, hun hoogste voorlichter. Het tekent de verhoudingen. Officier van justitie Martin Witteveen: "Vrakking heeft niet veel vrienden binnen het OM. Hij heeft een positie opgebouwd waar anderen, ook hoofdofficieren, jaloers naar kijken. Er sluimert ongenoegen." Want ondanks zijn omstredenheid staat Vrakking ook bekend als "de beste hoofdofficier die we in Nederland hebben", zoals oud-rechtbankpresident Ben Asscher het formuleert. "Hij heeft nooit deel willen nemen aan een knuffelcultuur."

G. Verhoog: "Wie nog in functie is, geeft hier geen kritiek." Dat past in het beleid van minister Benk Korthals (Justitie). Na het tumultueuze ministerschap van Winnie Sorgdrager nam hij zich voor ook het kleinste incidentje te voorkomen. Vrakking denkt daar anders over. En dat is het probleem.

Zijn naam alleen al heeft iets Bordewijkiaans - zeker voor wie weet dat het geslacht der Vrakkingen er een van aannemers is. Dat gaat terug tot 1795, zijn voorouders bouwden forteiland Pampus. Hans Vrakking doet in zijn nonchalant soort onverzettelijkheid soms denken aan Katadreuffe, hoofdpersoon in Bordewijks roman Karakter. Keihard als het op het reorganiseren van zijn parket aankomt, zeggen zijn tegenstanders, die van "stalinistische methoden" spreken, "waarbij talenten met bebloede koppen zijn vertrokken". Zelf vergelijkt hij zich liever met een zeehondje. "Ik schud alles zo van me af." Zijn lievelingsboek is Kees de Jongen. Onmiddellijk citeert hij: "Met Rosa". En dan zacht: "Pas op lieverd, struikel niet." Ex-korpschef Eric Nordholt: "Er schuilt in Hans Vrakking een diepe melancholie. Het stormt in zijn gemoed."

"Ik vond hem gewoon een spetter", zegt echtgenote Harriët Vrakking. Vanzelfsprekend zou hij zijn vader opvolgen als aannemer. Hij studeerde af in bouwkunde te Utrecht en begon bij zijn vader. Toen eind jaren zestig de Wet op de Ruimtelijke Ordening werd ingevoerd ging Vrakking in de avonduren rechten studeren om de consequenties voor de bouw te doorgronden. Het recht interesseerde hem uiteindelijk meer. Vrakking werd op verzoek griffier en daarna rechterlijk ambtenaar in opleiding. Zoals het in zijn hele carrière gaat: "Alles is op mijn weg gekomen, ik heb nooit gesolliciteerd." Aldus verliep zijn loopbaan als zittende magistraat voorspoedig en werd hij in Amsterdam vice-president onder Asscher, die in hem zijn opvolger zag. Volgens Ed van Thijn, oud- burgemeester van Amsterdam, zou Vrakking in zijn onafhankelijke optreden altijd een typische 'zittende' magistraat blijven. "Het is niet zo dat hij andere hoofdofficieren niet ziet staan", zegt officier van justitie Fred Teeven, die als 'crimefighter' in Amsterdam een sterke band met hem kreeg. "Maar hij neemt ze soms volstrekt niet serieus." "Overijld en ondoordacht". Die conclusie trok de commissie- Wierenga in 1994 over hem. Het onderzoek naar de rol van de Amsterdamse driehoek Vrakking-Nordholt-Van Thijn in de opheffing van het Interregionaal Rechercheteam (IRT) Noord Holland/Utrecht dreigde al twee jaar na zijn aantreden het einde voor hoofdofficier Vrakking te worden. Hij zou de hoofdschuldige in het IRT-debacle zijn. De parlementaire enquêtecommissie-Van Traa rehabiliteerde hem, maar de IRT-affaire heeft Vrakking volgens officier Witteveen blijvend gevormd: "Ik ben ervan overtuigd dat het zijn strakke, hiërarchische stijl heeft beïnvloed. Vrakking wist destijds niet wat er speelde en zijn belangrijkste officier informeerde hem niet."

Vrakking staat sinds de justitiële loopgravenoorlog die in de IRT- affaire uitmondde, bekend om zijn goede banden met de media. De kwalificaties variëren van iemand die "dol is op microfoon en camera" tot "lekt als een gek". Maar altijd geldt dat het Amsterdam ten nutte moet zijn, wat hem binnenshuis ook de geliefde status gaf van iemand die "pal staat voor zijn mensen". Bij zijn aantreden nam Vrakking een belangrijk besluit, zegt officier Teeven. , ,Maak nooit ruzie met het machtigste politiekorps van het land, dat is zijn adagium."

Dit voornemen werd zijn leidraad. Vrakkings loyaliteit ligt in Amsterdam, bij de driehoek - burgemeester, hoofdcommissaris en hoofdofficier.

Sinds de IRT-affaire houdt Vrakking het Amsterdamse imago van "schoon rechercheren" publiekelijk hoog. Al geeft zijn officier Teeven toe dat dat soms in tegenspraak lijkt met de deals die hij met Vrakkings toestemming kon sluiten met criminelen. Zoals tijdens het roemruchte proces tegen Johan V., 'de Hakkelaar'. "Niet de hoofdofficier is tegen infiltratie, dat is de korpsleiding", zegt Teeven. "Die is uiterst rechtlijnig." Tijdens de IRT-affaire vocht Vrakking samen met Nordholt "een soort guerrilla-oorlog", zoals Jelle Kuiper het noemt. Zij waren onafscheidelijk. Het primaat van de driehoek kostte procureur-generaal Rutger van Randwijck, de man die Vrakking had binnengehaald bij het OM, uiteindelijk de kop. Van Randwijck verloor de greep op zijn ruziënde hoofdofficieren en voelt zich nog altijd verraden omdat Vrakking hem nooit steunde. Asscher: "De hele IRT-affaire is terug te voeren op de onduidelijke positie van de PG, die geen deel uitmaakt van het driehoeksoverleg."

De relatie tussen de Amsterdamse politie en "het altijd zo dompige OM" (Nordholt) is onder Vrakking sterk verbeterd. Liever bezoekt Vrakking een van de veertig wijkteams dan landelijke vergaderingen van de hoofdofficieren. Zij ervaren zijn wegblijven als buitengewoon irritant. Ze vinden dat tekenend voor traditionele arrogantie van de 'Republiek Amsterdam'. "De justitiewereld is niet echt op orde", vindt hoofdcommissaris Jelle Kuiper. "Dan kan je als Amsterdams parket niet aan een leiband lopen van een paar bazen in Den Haag." Het college van PG's kan nog zoveel richtlijnen naar hoofdofficieren doen uitgaan, vindt Vrakking, in de driehoek hebben zij niets te vertellen als burgemeester en korpschef tegen zijn. Die hebben hun eigen verantwoordelijkheid. Vrakking hield daarom in september bij het afscheid van procureur-generaal C. Ficq een pleidooi voor een door de gemeenteraad gekozen hoofdofficier. Gepaard aan een gekozen burgemeester en korpschef biedt dat de gemeenteraad dan "echte democratische controle". En de gekozen hoofdofficier krijgt meer macht, maar dat spreekt hij niet uit. Opnieuw was de ontvangst veelzeggend - collega's wensten niet te reageren of bagatelliseerden het als "proefballonnetje". En voorlichter Verhoog van de PG's liet deze keer weten dat "Vrakking een blik in een glazen bol" had geworpen waarbij "geen behoefte" bestond om "mee te kijken".

Op zijn beurt is Vrakking niet voorzichtig in zijn uitspraken over de PG's. " Ik voorspel je: Het college van vijf wordt binnen tien jaar teruggebracht naar veel minder." De driehoeken van de grote steden zouden rechtstreeks met de ministeries van Binnenlandse Zaken en Justitie afspraken moeten maken over het veiligheidsbeleid. Dus het college van PG's kan worden afgeschaft? Vrakking lacht. "De vijf gebiedsgebonden PG's, die kun je afschaffen. Je hebt dan nog maar één nodig, die waakt over de onafhankelijkheid van het OM en de rechtspositie van officieren van justitie." Dat hoort Den Haag liever niet. Reorganiseren, dat doet Hans Vrakking graag. En ook de mensen die hem zeggen te haten, moeten erkennen dat hij er goed in is. "Hij runt de tent als een hele goede manager", zegt zelfverklaard bewonderaar burgemeester Patijn van Amsterdam. Dat verklaart Vrakkings toenemend gezag op het departement. Officier Witteveen: "Hij heeft er contacten die hem feilloos steunen als het nodig is." Bijzonder trots is de hoofdofficier op het ISO-certificaat voor kwaliteit van bedrijfsvoering dat alleen aan zijn parket is verleend. Maar in bedrijfsmatig denken schiet hij naar de smaak van het college van PG's soms ook door. Zoals toen hij in september secretaris-generaal Van Wijnbergen (Economische Zaken) steunde in diens voorstel taken van het OM voortaan maar te privatiseren. Volgens officier Witteveen neemt Vrakking graag risico's op kritieke momenten. Zoals tijdens de Eurotop in 1997, toen hij honderden personen op basis van artikel 140 (lidmaatschap van een criminele organisatie) liet aanhouden. Kritiek klonk alom. Vrakking: "Ik weet van één hoofdofficier dat- ie stond te dansen: nou gaat-ie, nou gaat-ie." Ook toenmalig minister Sorgdrager viel hem af door het gebruik van artikel 140 onjuist te noemen. Maar Vrakking overleefde weer.

In de huiskamer van de familie Vrakking staat een Mariabeeld. Met twee waxinelichtjes. Als buiten de schemering inzet, ziet echtgenote Harriët dat ze nog niet branden. "Ojee. Die moeten altijd aan van Hans".

Medehoofdofficieren gaan steeds behoedzamer met hem om. Vooral sinds de 'muiterij der procureurs-generaal'. Zij steunden voormalig super-PG Arthur Docters van Leeuwen begin 1998 in zijn conflict met minister Sorgdrager. Vrakking was de enige die publiekelijk afstand nam en dat wordt nog steeds als verraad beschouwd. Nadat de Haagse hoofdofficier Stef van Gend voor de camera's een verklaring namens alle hoofdofficieren had voorgelezen, verkondigde Vrakking dat hij niet meedeed. Hier botsten volgens hem maar twee personen: Docters en Sorgdrager. "Ik denk dat Van Gend me dat nooit zal vergeven", zegt hij nu. En over Docters, die zich na de 'opstand' ziek meldde: "Hij had het bed-groepje. Dat zat rond zijn ziekbed. Ik niet."

Ook Docters van Leeuwen wil zich niet meer uitlaten over Vrakking. Hij vond als voorzitter van de Stichting Toezicht Effectenverkeer een doel dat de hoofdofficier effectiever raakt: het nieuwe imago van het Amsteramse OM als 'financieel expertisecentrum'. Docters deed deze maand een opmerkelijke zet. Hij stapte naar het gerechtshof om het OM te dwingen toch strafrechtelijke vervolging in te stellen in een voorkenniszaak tegen een Philips-topman. Het Amsterdamse parket had dit dossier al terzijde gelegd. Mocht Docters winnen, dan wordt dat binnen Justitie als een gevoelige nederlaag voor Vrakking beschouwd.

Een ander financieel onderzoek dreigt Vrakkings achilleshiel te worden: Operatie Clickfonds. Dit grootschalig onderzoek naar beursfraude trok in 1997 veel publiciteit toen justitie bij banken, de effectenbeurs en een aantal commissionairs binnenviel. (Vrakking: "Wij hebben zelf helemaal niet hoog ingezet. Toevallig was bij de inval op de beurs een televisieploeg aanwezig. Voor iets heel anders.") Intussen groeit de twijfel over de vraag of het parket in staat zal zijn Clickfonds tot een goed einde te brengen. Hoofdcommissaris Kuiper: "Jammer voor Vrakking dat die operatie nog niet zo succesvol is. Hij vindt dat niet plezierig. Dat merk je aan hem."

Bij ieder gespreksonderwerp blijft Vrakking de kalmte zelf - alleen bij het Clickfonds niet. "Als je een gevoelige plek hebt, wordt het vervelend als daar steeds tegenaan wordt geschopt." Direct neemt hij dat terug: "Het Clickfonds is géén gevoelige plek."

Pijnlijk was de tik die Korthals gaf. Vrakking sprak in deze krant van " honderd miljoen die we nu al binnen hebben" dankzij Clickfonds. Korthals schreef aanvankelijk hetzelfde aan de Kamer. Tot bleek dat volgens de belastingsdienst tot nu toe slechts 7,9 miljoen gulden is binnengehaald. Korthals nam openlijk afstand van Vrakking. Twee weken geleden schreef hij de Kamer dat hij de "ongenuanceerde woordkeuze van de hoofdofficier" betreurt. Vrakking zegt inmiddels dat het zijn bedoeling was met "100 miljoen" de totale schade aan te geven die de schatkist oploopt doordat verdachten uit operatie Clickfonds hun belasting niet betalen.

Toen Korthals als minister aantrad vroeg hij Vrakking nog even te blijven om de reorganisatie van het Amsterdamse parket te voltooien. Iemand uit de directe omgeving van de minister, zonder naam "om er niet meteen uit te vliegen" zegt: "Benk heeft me al een paar maanden geleden verteld dat hij daar spijt van had. Vanwege Vrakkings eigengereide optreden naar buiten toe." Maar Vrakking laveert slim en heeft nog geen grenzen overschreden. "Benks houding is nu: We zingen het maar met hem uit."

NRC Webpagina's
29 NOVEMBER 1999


( a d v e r t e n t i e s )

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)