M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
|
Vodafone werkt met ondenkbare bedragen
ROTTERDAM, 16 NOV. Eten of gegeten worden. Toen Mannesmann vorige maand het Britse Orange inlijfde dacht het met deze list veelvraat Vodafone Airtouch te slim af te zijn. Een combinatie van Orange en Mannesmann zou met 14 miljoen abonnees zelfs voor de vorig jaar gevormde reus in mobiele telefonie niet meer te verorberen zijn, zo was de veronderstelling. Dat bleek een misvatting. Gisteren maakte Vodafone Airtouch (mondiaal meer dan 31 miljoen abonnees) bekend dat het omgerekend ruim 220 miljard dollar op tafel wil leggen voor Mannesmann en Orange samen. Vanmorgen maakte bestuursvoorzitter Chris Gent van Vodafone duidelijk dat hij bereid is een vijandige overnamestrijd om Mannesmann te beginnen. Aan een vijandige overnamestrijd zitten voor Vodafone belangrijke nadelen. De statuten van Mannesmann bepalen dat buitenlandse beleggers niet meer dan vijf procent van de aandelen mogen hebben. Vodafone zou als dominante aanbieder in Groot-Brittannië bovendien Orange (nummer vier op deze markt) van de hand moeten doen. Lastige details, maar niet onoverkomelijk voor wie perse een bedrijf wil kopen. Op een persconferentie sprak Vodafone-bestuursvoorzitter Chirs Gent vanmorgen de verwachting uit dat de besparingen van een gecombineerde onderneming (geschat op 1,1 miljard pond) een eventueel tegenvallende prijs voor Orange zullen goedmaken. Na de vaste telefonie heeft nu ook in de mobiele telefonie de fusiekoorts toegeslagen. Afgezien van de overname door MCI Worldcom van Sprint zou een koop van Mannesmann inclusief Orange door Vodafone de grootste overname ooit betekenen. Bestuursvoorzitter Klaus Esser van Mannesmann heeft intussen duidelijk gemaakt dat hij de 220 miljard die Vodafone Airtouch wil betalen niet genoeg vindt. Volgens de Amerikaanse zakenkrant The Wall Street Journal heeft Esser tegen financieel analisten al gezegd dat hij eerder denkt aan het dubbele. Daarmee speculeert hij over een ondenkbaar bedrag van een klein half biljoen gulden. Het bruto binnenlands product in Nederland bedraagt iets minder dan 800 miljard. De ratio achter dit soort overnamebedragen is duidelijk. Voor vodafone bestuursvoorzitter Gent tenminste. Aanbieders van mobiele telefonie hebben mondiaal een naadloos aaneengesloten netwerk nodig zodat klanten overal op de wereld mobiel kunnen bellen en -binnenkort- kunnen Internetten. Maar is zo'n naadloos mondiaal netwerk inderdaad een dwingende noodzaak? Voor een mobiel telefoongesprek tussen zeg Duitsland en het Verenigd Koninkrijk betaalt de gebruiker een forse opslag. Die opslag is terug te voeren op de hoge tarieven die aanbieders van mobiele elkaar in rekening brengen voor het afleveren van grensoverschrijdend telefoonverkeer (het zogeheten romaing). Met een Frans en een Duits telefoonbedrijf onder één dak is dit probleem natuurlijk opgelost. Maar is dit ook voldoende rechtvaardiging voor een miljardenovername? Analist H. Rood van het telecomadviesbureau Stratix wijst erop dat in het grensoverschrijdend mobiel verkeer tussen twee verschillende aanbieders "heel wat toeters en bellen" verloren gaan. Hij doelt op extraatjes die onder meer voor bedrijven aantrekkelijk zijn zoals toegang tot de voice-mail via een kort nummer, een inlichtingendienst of verkorte nummers. Volgens Rood is mobiel telefoonverkeer bovendien aanzienlijk internationaler georiënteerd dan vast telefoonverkeer. Mede dankzij vakantiegangers en zakenreizigers die de hoteltelefoon willen omzeilen dragen telefoongesprekken over de grens volgens Rood zo'n acht procent bij aan het totale mobiele telefoonverkeer. Het is echter de vraag of de besparingen op een klein aandeel van het telefoonverkeer een overnamebedrag rechtvaardigen van een kleine 16.000 gulden per abonnee dat Vodafone Airtouch voor Mannesmann op tafel wil leggen. Begin augustus zorgde Deutsche Telekom nog voor opgetrokken wenkbrauwen toen het tienduizend gulden per abonnee betaalde voor het Britse One2One. De astronomische overnamesom waar Vodafone Airtouch tegenaan kijkt zou iets verzacht kunnen worden als het een aantrekkelijke prijs weet te bedingen voor Orange, de Britse dochter die Vodafone bij een geslaagde overname zal moeten verkopen. Misschien ligt hier een kans voor KPN. Enkele weken geleden schetste bestuursvoorzitter W. Dik op de teleccombeurs in Genève een scénario waarin KPN eerst zou samengaan met een bedrijf van vergelijkbaar formaat (een speler in 'de tweede divisie'). Daarna pas, zo legde Dik uit zou KPN samen met een partij uit de eerste divisie kunnen toetreden tot de eredivisie in de mobiele telefonie. Nederlands grootste mobiele aanbieder heeft in de afgelopen maanden om de tafel gezeten met concurrenten, maar moet nu vanaf de zijlijn wachten totdat de rook rond het huidige fusiegeweld is opgetrokken.
|
NRC Webpagina's
16 NOVEMBER 1999
|
Bovenkant pagina |