NIEUWSSELECTIE
KORT NIEUWS
RADIO & TELEVISIE
MEDIA
S c h a k e l s
Regeerakkoord over kwaliteit Rijksdienst
Overheid.nl
Tweede Kamer
|
Externe ambtenaren
VORIG JAAR is in het
regeerakkoord vastgelegd dat de ambtenaren van de rijksoverheid moeten
doen waarvoor ze worden betaald: beleid voorbereiden en uitvoeren. Het
lijkt vanzelfsprekend, maar dat is het niet. Sinds de staat zijn
bureaucratische apparaat aan een afslankingsoperatie onderwierp, hebben
veel departementen een uitweg gezocht. Werk dat vroeger in eigen huis
werd gedaan, werd uitbesteed. Vooral de noodzaak om de bureaucratie te
moderniseren, was een argument om externe adviseurs aan te trekken. Die
waren er bovendien in overvloed. Toen de rijksoverheid zichzelf begon
te trimmen, koos met name het hogere middenkader eieren voor zijn geld.
Bewapend met kennis over de publieke sector waren deze ex-ambtenaren
welkom in de consultancybranche, die zag aankomen dat de overheid het
steeds minder alleen zou kunnen. Dat had niet alleen betrekking op
automatisering - het introduceren van computers is meer dan het
plaatsen van veredelde typemachines, het beïnvloedt de
arbeidsorganisatie - maar strekte zich uit tot politieke
beleidsterreinen. Via de achterdeur vertrekkende ambtenaren kwamen zo
als adviseur via de voordeur weer binnen. De afslanking mondde uit in
een soort geprivatiseerde publieke dienst, op kosten van de schatkist.
In zijn vorige periode had premier Kok daarbij al vraagtekens geplaatst.
Toen zijn tweede kabinet werd geformeerd, kon hij de daad bij het woord
voegen. Op de uitgaven voor extern advieswerk moest jaarlijks vijf
procent worden gekort. Alleen de automatiseringsprojecten zouden, gelet
op de millenniumwisseling, buiten beschouwing mogen blijven.
DAT DOEL was goed. Maar het middel werkt niet. De kosten blijven
stijgen. Zij het dat niemand precies weet in welke mate. Volgens de
adviesbureaus neemt hun omzet bij de overheid met 12 tot 15 procent
toe. De departementen zelf komen met een groei van 8 procent iets lager
uit. De reden voor deze statistische mist is boekhoudkundig. Maar
één ding staat wel vast. Zelfs als we vertrouwen op de
cijfers van het rijk, blijkt er van het regeerakkoord niets terecht te
komen.
De consequenties moeten niet onderschat worden. Het onvermogen om het
regeerakkoord daadwerkelijk uit te voeren, kost niet alleen geld, maar
ondermijnt ook het (zelf)vertrouwen in de overheidsorganisatie. Een
rijksdienst die continu hulp nodig heeft, verliest zelfrespect en
gezag. Kok is niet gesteld op dit soort diagnoses. Maar gezien zijn
eigen opvattingen uit het verleden, kan de premier in dit geval zijn
ogen niet sluiten. Bij de algemene beschouwingen, volgende week in de
Tweede Kamer, dient zich de eerste gelegenheid aan om het regeerakkoord
zelf ter hand te nemen.
|
NRC Webpagina's
17 SEPTEMBER 1999
( a d v e r t e n t i e s )
|