U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
   B I N N E N L A N D
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

S c h a k e l s
Ministerie van Defensie

NH-90 versus Sikorsky Seahawk

Een informatief etentje in Den Haag


Een bureau zou geheime defensiegegevens hebben versterkt aan Kamerleden. Hoe verliep de lobby voor een helikopterorder? Een reconstructie.

Door onze redacteur JOOST ORANJE

DEN HAAG, 2 JULI. D. Borgman, president and CEO van de Amerikaanse helikopterfabrikant Sikorsky, en zijn voorganger G. Buckley, kunnen precies uitleggen wat 'de nacht van Wiegel' is. Op donderdagavond 20 mei, nog geen twee dagen na de val van het kabinet, kregen de beide heren in de dinerruimte van het Haagse hotel Corona deze recente vaderlandse politieke rel uit eerste hand verklaard. Hun gesprekspartners: de drie defensiewoordvoerders van de paarse partijen F. Timmermans (PvdA), E. Balemans (VVD) en N. van 't Riet (D66), die het allemaal net van nabij hadden meegemaakt. Eén dag daarvoor, op 19 mei, zouden de parlementariërs een overleg hebben gehad met staatssecretaris Van Hoof (Defensie) over de aanschaf van een nieuwe marinehelikopter. Maar door de gebeurtenissen in de senaat was die vergadering uitgesteld en had Wiegel de Amerikanen onbewust een kleine dienst bewezen. Nu kon men tenminste hun eigen product, de Seahawk-helikopter, nog even aanprijzen.

Niet dat de Amerikanen nog erg veel vertrouwen hadden in de kansen voor hun Seahawk. Diep in hun hart wisten ze dat Nederland hoogstwaarschijnlijk zou kiezen voor de concurrent, de NH-90. Een realistische inschatting. Al in 1990 had de Kamer immers besloten dat Nederland zou participeren in het zogenaamde NH-90 project, een Europees samenwerkingsverband dat uiteindelijk de opvolger zou leveren voor de Lynx marinehelikopter. Een order van 1,7 miljard gulden. Vanaf dat moment, zo vertelt J. Koenraads, algemeen directeur van Hollinda, de marketing and sales representative van Sikorsky in Nederland, werden de kansen op succes miniem ingeschat: "Als een land meedoet in zo'n kostbaar project, ga je aan het eind van de rit natuurlijk niet plotseling een Amerikaanse helikopter aanschaffen." Een echte tweestrijd, zoals eerder bij de keuze tussen de Apache en de Tigre helikopter of tussen de transporthelikopters Cougar en Blackhawk, was dan ook eigenlijk niet aan de orde.

Maar op 15 april 1998 kwamen de kaarten ineens wat anders te liggen. Op die datum liet de Kamer de staatssecretaris van Defensie namelijk weten dat men een onderzoek wilde naar alternatieven voor de NH-90. Op het hoofdkantoor van Sikorsky in Stratford, Connecticut kwam die Haagse wens als een onvoorziene verrassing. Hoewel de Amerikanen het wonderlijk vonden dat er nu blijkbaar ineens wel een soort van competition ging plaatsvinden, sloegen ze de hand aan de ploeg en startten een intensieve lobby. Hollinda benaderde de woordvoerders, verstrekte ze informatie en vroeg of men misschien behoefte had aan een lijst met vragen die ze aan de staatssecretaris konden stellen. "Die behoefte hadden ze, dus die lijst hebben we voor ze gemaakt", aldus Koenraads. Van 22 tot en met 24 mei vond een jaarlijkse show van civiele helikopters plaats, toevallig dit jaar in Amsterdam. Omdat de Sikorsky- top voor die gelegenheid toch in Nederland was, werd besloten tot de uitnodiging voor het diner met de defensiewoordvoerders op 20 mei in hotel Corona. Volgens Koenraads "meer vanuit een soort courtesy". We hadden echt niet de illusie een doorbraak te kunnen forceren." Tijdens het etentje kwam als belangrijk gespreksonderwerp naar voren dat het voor de Nederlandse luchtvaartindustrie zo jammer is dat de aanschaf van Sikorsky helikopters slechts leidt tot compensatieorders, maar niet tot het participeren in de ontwikkeling van een product. De Amerikanen haastten zich dat "misverstand" uit de weg te ruimen en boden aan dat ons land, bij aanschaf van de Seahawk, mee zou mogen doen met de ontwikkeling van een nieuw type Sikorsky-helikopter. Fijntjes zeiden ze daarbij dat de Nederlandse overheid hiervoor nooit een aanvraag had gedaan. " De Kamerleden wilden een en ander op papier hebben", zegt Koenraads. "Dat moest in extreem korte tijd, maar het is ons gelukt." Op de ochtend van 2 juni, de dag van het uitgestelde overleg met staatssecretaris Van Hoof, lag het Sikorsky-voorstel in de postbakjes van de defensiewoordvoerders. Daarnaast hadden de parlementariërs ook een brief van Hollinda gekregen waarin de kosten van de NH-90 en de Sikorsky naast elkaar waren gezet.

Tijdens het besloten deel van die vergadering begon Van Hoof met een opsomming van een aantal kostenposten van de NH-90. Daarbij werd hij aangevuld en geïnterrumpeerd door de woordvoerders. Zij bleken, met de brief van Sikorsky in de hand, over volgens Van 't Riet, "tot op de komma dezelfde cijfers" als de bewindsman te beschikken. Bovendien zwaaide de D66-woordvoerster met een memo over de NH-90 van de chef defensiestaf aan de politieke leiding van het departement die zij ook van Sikorsky zei te hebben gekregen. Van Hoof was verbijsterd, stelde een onderzoek in en haalde later zelfs het openbaar ministerie erbij, dat de zaak moet uitzoeken.

Koenraads is zich ondertussen van geen kwaad bewust. Hij ontkent in alle toonaarden ooit vertrouwelijke informatie te hebben verwerkt. "Dat memo van de chef defensiestaf was helemaal niet confidentieel en die kostencijfers hebben we zelf geresearched. Als helikopterfabrikant weten wij heus wel hoe we het financiële plaatje van onze concurrent moeten inschatten." Toch lijken Sikorsky's kansen, in de wereld waar het succes van een goede lobby schuilt in haar onzichtbaarheid, door de affaire definitief verkeken. Maar Van 't Riet blijft volhouden dat "we ons als Kamer niet in de fuik van de NH-90 moeten laten drijven. Als er op het kostenvlak echt grote verschillen blijken en er interessante aanvullende zaken worden aangeboden, moeten we dat serieus blijven bekijken". Maar de Amerikanen zeggen nu zelf het niet meer te zien zitten, ook al omdat de Kamer tijdens het laatste overleg de staatssecretaris niet heeft gedwongen tot het uitvoeren van een productvergelijking. "Er is nooit een echte competitie opengesteld in dit dossier", zegt Koenraads. "Ik heb ook nimmer iets van Defensie gehoord, ondanks de wens van de Kamer om alternatieven te onderzoeken. Wegens de Nederlandse deelname in het NH-90-project begrijp ik dat allemaal best wel, maar ze moeten nu niet doen alsof er een objectieve afweging is gemaakt."

Na het zomerreces praat de Kamer nogmaals met Van Hoof over de opvolging van de Lynx. Dan zal het parlement definitief moeten beslissen of het productiecontract voor de NH-90 zal worden ondertekend.

Het wordt onwaarschijnlijk geacht dat Nederland niet voor de NH-90 zal kiezen als opvolger van de Lynx-marinehelikopter. Cruciaal argument is de participatie van Nederland in het internationale ontwikkelingsprogramma van de NH-90. Zo wordt onder andere meegebouwd aan het staartstuk, de deuren en het onderstel van de helikopter. "Op die manier doe je ook kennis op", vertelt een topman uit de defensieindustrie die anoniem wil blijven. "De Amerikanen kunnen wel wat compensatieorders geven, maar de Sikorsky koop je gewoon van de plank, als industrie hebben we daar niets aan." Vaak wordt verwezen naar twee rapporten uit 1997, opgesteld door de bureaus Booz Allen-Hamilton en ADL. Daaruit komt naar voren dat de Nederlandse luchtvaartindustrie, na de neergang van Fokker, eigenlijk nog maar twee momenten tegemoet kan zien waarop zij kan meespelen: bij de ontwikkeling van de opvolger van de F16-straaljager en bij het grote A3XX-project van Airbus, een groot passagiersvliegtuig. Beide operaties spelen echter pas rond 2007. De NH-90 zou daarom een perfect overbruggingsproject zijn. Bovendien krijgt de krijgsmacht met de NH-90 een gloednieuwe state of the art-helikopter, wat overigens wel het risico van kinderziektes met zich mee draagt. Sikorsky stelt daar tegenover dat de aanschafkosten minder zijn, volgens ingewijden 53 miljoen gulden voor de NH-90 tegenover 45 miljoen voor de Amerikaan. Daarnaast heeft Sikorsky Nederland aangeboden te participeren in de bouw van een vernieuwd type helikopter voor de Amerikaanse overheid, de Romeo-versie. Verder is de Seahawk eerder beschikbaar. Tegenstanders zeggen echter dat de Amerikaan niet goed op het achterdek van een marineschip past. Waarop Sikorsky aanvoert dat de NH-90 te hoog is en daarom de scheepshangars moeten worden aangepast.


Zie ook:
Onderzoek lek Defensie (1 juli 1999)

NRC Webpagina's
2 JULI 1999



( a d v e r t e n t i e s )
WNF - Investeerin de natuur
Playboy - Alles wat mannen boeit
Centraal Beheer - Vraag vrijblijven een offerte aan

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)