|
|
|
NIEUWSSELECTIE Ministerie van Justitie
|
DNA-onderzoek in kleine strafzaken
Door een onzer redacteuren
Volgens de Hoge Raad is dat bij de confiscatie van tandenborstels en dergelijke niet het geval. De Raad vindt daarom dat dit type dwangafname ook bij 'kleinere strafzaken' is toegestaan. De politie heeft daarvoor volgens de Raad geen aparte bevoegdheid nodig. Voor gedwongen afname van bloed en slijm blijft de eis van een hoge strafmaat wel gelden. De Hoge Raad deed zijn uitspraak naar aanleiding van een strafzaak tegen drie mannen die betrokken zouden zijn geweest bij twee kluiskraken in Den Helder en Arnhem. Tijdens een huiszoeking nam de politie enkele persoonlijke bezittingen in beslag waar mogelijk DNA-sporen op zaten, om die te vergelijken met celmateriaal dat op enveloppen en (sinaas)appelpitten bij de kluisjes was aangetroffen. Volgens de advocaten van de verdachten was die 'dwangafname' onterecht, omdat de maximale straf in deze zaak zes jaar zou bedragen. Overigens bleken de DNA-sporen niet te matchen.G. Hamer, een van de advocaten die voor de verdachten in cassatie ging bij de Hoge Raad, noemt de uitspraak "teleurstellend". De uitspraak van de Hoge Raad stelt volgens hem het openbaar ministerie in staat het wettelijk voorbehoud op dwangafname "via slinkse wegen" te omzeilen door DNA-sporen te betrekken "van een sigarettenpeuk, een afgevallen haar, slijm dat blijft zitten aan een colaflesje". "Als onder dwang bloed of slijm werd afgenomen kon je daartegen in beroep. Hiertegen kun je niets doen." Hamer acht de aantasting van de privacy bij inbeslagname van tandenborstels, lakens of ondergoed niet minder ernstig dan aantasting van de lichamelijke integriteit bij gedwongen afname van bloed of slijm. Minister Korthals (Justitie) gaat de uitspraak van de Hoge Raad bestuderen. Volgens een woordvoerder van Justitie past de uitspraak in de tendens om het gebruik van DNA in het strafrecht te verruimen. Korthals gaf vorige week aan te overwegen de maximum strafmaat bij dwangafname te verlagen van acht naar vier jaar. Daarbij ging het overigens alleen om afname van bloed of slijm, en niet over confiscatie van persoonlijke bezittingen. Zie ook: (8 oktober 1998)
(7 oktober 1998)
(23 september 1998)
(12 januari 1998)
|
NRC Webpagina's
2 JULI 1999
|
Bovenkant pagina |