NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS 
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

Door onze correspondent
WASHINGTON, 21 APRIL. In een middelbare school in het Amerikaanseplaatsje Littleton, een voorstad van Denver, hebben twee zwaarbewapendescholieren gisteren een bloedbad aangericht waarbij vijftien of zestiendoden vielen. Het precieze dodental is nog niet bekend. De twee dadershebben zelfmoord gepleegd.

Over de motieven van de twee scholieren is nog weinig bekend. Ze warengemaskerd en gekleed in zwarte regenjassen. Kort voor het middaguurbegonnen ze opeens op hun medeleerlingen te schieten. Terwijl in deschool paniek uitbrak, liepen de schutters schietend door de gangen opzoek naar meer slachtoffers. Sommige scholieren bedreigden ze alleen,andere schoten ze in koelen bloede neer. Ook brachten ze ten minsteéén staafbom tot ontploffing. Ze zouden het vooral gemunthebben op zwarte leerlingen en uitblinkers op sportief gebied.

Veel leerlingen vluchtten naar buiten, tientallen anderen verscholen zich in klaslokalen waar ze soms pas uren laterbevrijd werden. Tientallen leerlingen raakten gewond, van wie erongeveer twintig moesten worden opgenomen in het ziekenhuis.

Honderden politieagenten omsingelden de school, speciale eenheden gingennaar binnen om leerlingen te redden en de daders te zoeken. Ongerusteouders die zich naar de school spoedden, werden in een naburige lagereschool opgevangen in afwachting van nieuws over het lot van hunkinderen.

Nog uren later doorzocht de politie de school, bevreesd dat er zich nogexplosieven zouden bevinden. De daders hadden op hun lichaam een soortbommen. Ook in de auto's van de daders trof de politie explosieven aan.

Columbine High School, een moderne school met zo'n 1.800 leerlingen,ligt in het welvarende Littleton, dertig kilometer ten zuiden vanDenver in de staat Colorado. De school stond tot nu toe niet bekend omgewelddadigheid.

De daders zouden behoren tot een groepje jongeren dat weinig aansluiting had bij de overige leerlingen. De groep stond bekendals ,,de regenjassenmafia''. Drie jongeren in zwarte kleren, maar nietin regenjas, werden gisteren gearresteerd en ondervraagd. Of ze medeplichtig waren is niet bekend.

Amerikaanse televisiestations, die de hele dag uitgebreid verslag dedenvan het drama, opperden dat de schutters extreem rechtsesympathieën hadden en opzettelijk de verjaardag van Adolf Hitlervoor hun actie hadden uitgekozen. Sinds 1997 hebben zich op Amerikaanse scholen verscheidene dodelijke schietpartijen voorgedaan. Maarin geen van die gevallen vielen zoveel doden als gisteren. Vorig jaarbelegde president Clinton een speciale conferentie om de veiligheid opscholen te vergroten. Ook heeft Clinton de afgelopen jaren geprobeerd omde verkrijgbaarheid van vuurwapens aan banden te leggen. Gisteren zei depresident dat hij en zijn vrouw ,,diep geschokt en bedroefd'' zijn overhet bloedbad.

Jeugd VS komt simpel aan wapen

Waarom doden Amerikaanse scholieren elkaar? En doen ze het steeds vaker?

Door STÉPHANE ALONSO

ROTTERDAM, 21 APRIL. Er bestaat op scholen in de VS geen 'epidemie vanvuurwapenincidenten'. Het gezaghebbende Amerikaanse Justice PolicyInstitute concludeerde vorig jaar op basis van cijfers dat de schietpartijen ,,geïsoleerde gevallen en niet de norm'' zijn. Er isover het algemeen sprake van een vermindering van criminaliteit onderjongeren. De fatale schietpartij van gisteren, waarbij volgens delaatste gegevens 15 of 16 scholieren zijn doodgeschoten, is inderdaadeen 'geïsoleerd geval'. Want niet eerder vielen er zo veel dodenbij een dergelijk drama. In Jonesboro (in Arkansas) werden vorig jaarmaart vier scholieren en een lerares doodgeschoten door twee jongetjesvan elf en dertien jaar die de school vanuit het struikgewas onder vuurnamen.

Amerikaanse psychologen breken zich het hoofd over de vraag hoe hetmogelijk is dat jongeren, en zelfs kinderen, in staat zijn om eenslachting aan te richten onder medescholieren. De twee daders in Denverzouden zelfs giechelend op de leerlingen van de Columbine High Schoolhebben geschoten. Neuropsycholoog Mark DeAntonio van de Universiteit vanCalifornië vindt het gemak waarmee Amerikaanse jongeren aan wapenskunnen komen zorgwekkend. Wapens en jongeren, ,,een dodelijk mengsel'',aldus DeAntonio gisteren in een reactie op de schietpartij. Pubers, zeide neuropsycholoog, ,,zijn in hoge mate gevoelig voor uitsluiting ofaansluiting'' binnen een groep.

Het voorval in Denver tart alle statistieken. Alleen in Groot-Brittannië vond een schietpartij van vergelijkbare omvang plaats.In maart 1996 vonden zestien kinderen en een onderwijzeres de dood inhet gymlokaal van een school in het Schotse Dunblane. In dat geval wasde dader echter geen kind, maar de 43-jarige Thomas Hamilton, eenuitgerangeerde leider van de lokale padvindersvereniging, die uitfrustratie de trekker overhaalde.

In Groot-Brittannië leidde 'Dunblane' tot een aanzienlijkeverscherping van de wapenwet. Het is nog maar de vraag of dat in deVerenigde Staten nu ook zal gebeuren. Na elke schietpartij waarbijjongeren betrokken zijn, laait de discussie op over de Amerikaansewapenwetgeving - nu is dat niet anders. Maar pogingen om hetwapenbezit in de Verenigde Staten aan banden te leggen, lopen telkensstuk op het verzet van de machtige wapenlobby, aangevoerd door de National Rifle Association of America (NRA), een organisatie die wordt voorgezeten door de inmiddels bejaarde acteur Charlton Heston. Het rechtop wapenbezit is verankerd in de Amerikaanse grondwet - en daar moetiedereen met z'n handen vanaf blijven, onderstreept de NRA keer opkeer.

President Clinton behaalde in 1993 een bescheiden overwinning op de NRAtoen de zogeheten Brady-bill werd aangenomen door het AmerikaanseCongres. Deze wet voorziet in een wachttijd van vijf dagen bij deaankoop van een handwapen. In die periode kan worden nagegaan of deaspirant-koper een misdadig of psychisch verleden heeft. In de praktijkblijkt de Brady-bill weinig voor te stellen. Het is in de VS nog steedseenvoudig om een wapen aan te schaffen. En jongeren kunnen voor eenvuurwapen altijd terecht in de bureaula van hun ouders. De juridischeaanpak van wapenfabrikanten lijkt meer vruchten af te werpen. Tweemaanden geleden stelde een jury voor een rechtbank in Brooklyn negen wapenfabrikanten aansprakelijk voor zeven schietpartijen waarbij zesmensen waren omgekomen. De zaak is vergelijkbaar met de juridischeaanval op de tabaksindustrie: de afgelopen jaren zijnsigarettenfabrikanten veroordeelt tot het betalen vanschadevergoedingen aan rokers met longkanker. Vooral de duistereverkoopmethode van wapenfabrikanten werd aan de kaak gesteld tijdens derechtszaak in Brooklyn. De fabrikanten zouden de markt overspoelen metwapens in staten met een soepele wapenwetgeving. Tussenpersonen kopen dewapens op en brengen ze illegaal naar staten waar strenge regelsgelden, meende de rechter. De afgelopen jaren is Amerika herhaaldelijkopgeschrikt door fatale schietpartijen op scholen.

1 oktober 1997: een 16-jarige jongen in Pearl, in de staatMississippi, schiet eerst zijn moeder dood. Daarna schiet hij op schoolnegen leerlingen neer, van wie er twee omkomen.

1 december 1997: in West Paducah (Kentucky) komen drie scholieren omhet leven, nadat een veertien-jarige jongen op school het vuur opent.Vijf scholieren raken gewond.

24 maart 1998: in Jonesboro (in Arkansas) nemen twee jongens, van elfen dertien jaar, hun school onder vuur. Vier leerlingen en een lerareskomen om het leven.

24 april 1998: een veertienjarige scholier in Edinboro (Pennsylvania)schiet bij een schoolfeest een leraar dood.

19 mei 1998: een 18-jarige scholier opent het vuur op de parkeerplaats van zijn school in Fayetteville (Texas). Een klasgenoot vindt de dood.

21 mei 1998: een vijftienjarige jongen in Springfield (Oregon) schieteerst zijn ouders dood, waarna hij op school een bloedbad veroorzaaktdat twee tieners het leven kost. Twintig anderen raken gewond.

NRC Webpagina's
21 APRIL 1999

( a d v e r t e n t i e s )

Domicilie,
voor wie zich vestigt
in het buitenland.