NIEUWSSELECTIE
KORT NIEUWS
RADIO & TELEVISIE
MEDIA
|
'Een kampioen verstopt zich niet'
Door onze redacteur WARD OP DEN BROUW
NIJKERK, 5 DEC. Mika Hakkinen is een ouderwetse sportman. Geen
arrogante kwast, maar een autocoureur met een groot hart. Michael
Schumacher keek raar op toen zijn rivaal vlak voor het begin van de
laatste Grand Prix, op 1 november op het circuit van Suzuka, op de rode
Ferrari afliep en hem de hand schudde om hem succes te wensen. Het
sportieve gebaar van de Fin die een paar minuten later met een minieme
puntenvoorsprong op de Duitser aan de race van zijn leven begon, was een
ongebruikelijke geste in de zakelijke Formule I.
Sterallures zijn de wereldkampioen vreemd. Dat blijkt als hij
vóór de uitreiking van de belangrijkste Nederlandse
autoprijzen in Nijkerk praat over zijn leven aan de top. Bijvoorbeeld
over hoe het voelt om wereldkampioen te zijn, in zijn zesde jaar bij
McLaren. Zorgvuldig zoekt hij naar woorden, om ze vervolgens uit te
spreken in Engels op dicteersnelheid.
,,Het is een fan-tas-tisch gevoel. Het geeft me een
erg ontspannen gevoel en erg veel vertrouwen, vooral dankzij die laatste
race in Japan. Ik hoef nu geen excuses te zoeken, ik hoef niet meer uit
te leggen waarom bepaalde dingen dit seizoen niet goed zijn gegaan,
omdat het uiteindelijk toch allemaal is goed gekomen. Elke dag
dringt meer het besef door dat ik wereldkampioen ben. Ik zie races terug
en denk er nog eens over na waarom ik het zo heb gedaan en niet anders.
Als ik terugkijk, zeg ik: ik heb de juiste beslissingen genomen.''
Tijdens het seizoen was Hakkinen daar niet altijd van overtuigd. ,,Ik
moest vaak hele moeilijke beslissingen nemen, beslissingen die
verstrekkende gevolgen kunnen hebben. Neem de race in Argentinië
(de derde van het seizoen, gewonnen door Schumacher, red.). Daar werd ik
tweede. Ik had er misschien kunnen winnen, maar dan had ik erg veel
riciso moeten nemen, vooral omdat het een beetje begon te regenen. Maar
ik dacht: je kan beter de punten pakken. Dus werd ik tweede. Je hoeft
namelijk niet altijd te winnen. Iedereen vroeg me na de race, 'Mika,
waarom ben je niet wat feller geweest, je had kunnen winnen'. Misschien
hadden ze gelijk. Maar achteraf waren die zes punten erg belangrijk. Als
ik van de baan was geraakt, zou ik nul punten hebben gehaald en had ik
hier nu niet gezeten.''
Hakkinen won de eerste race, in Australië, mede dankzij een
afspraak met teamgenoot David Coulthard: degene die als eerste de eerste
bocht zou ingaan, had recht op de overwinning. De twee
McLaren-Mercedessen waren superieur en sindsdien golden Hakkinen en
Coulthard als de favorieten voor de wereldtitel. ,,In het begin van het seizoen zei ik dat ik nog niet aan de wereldtitel
dacht. Ik wilde mezelf geen druk opleggen. Maar de werkelijkheid is dat
je er het hele seizoen aan denkt.''
Hakkinen noemt het van groot belang dat hij de laatste race van 1997
won, in Jerez. Het was na vijf jaar en bijna honderd races zijn eerste
succes in de Formule I. ,,Dat gaf me veel meer zelfvertrouwen. Ik wist
weer wat winnen was. Natuurlijk heb ik races gewonnen en wist ik wel hoe
dat voelde, maar dat was altijd in de Formule 3 en in andere klassen.
Maar Formule I is Formule I. Als je daar wint, denk je uiteraard dat het
anders voelt. Maar dat is niet zo. Het gaf me precies hetzelfde gevoel
als vroeger. Dat was ook een opluchting. Ik dacht, heb ik hier nou al
die jaren op gewacht?''
Hakkinen ontkent dat hij binnen zijn team al vroeg als de favoriet voor
de wereldtitel gold. Coulthard was nog niet afgeschreven als kanshebber,
ook niet toen de Fin na de GP van Monaco in mei een ruime voorsprong op
naaste belager Schumacher had en een nog grotere op
Coulthard. ,,Nee, pas later in het kampioenschap, toen David ver achter
me lag, is er gezegd, oké, nu is het tijd om alles op Mika te
zetten. Niet in de zin dat ik de beste motor kreeg of het beste chassis
of wat dan ook; we kregen allebei het beste. David had precies hetzelfde
materiaal als ik. Maar als we bijvoorbeeld op het rechte stuk naast
elkaar reden, dan wist David wat hij moest doen. Dan liet hij het niet
op een crash aankomen. Wat hij dit jaar heeft gedaan, was fantastisch.
Ik ben erg onder de indruk van zijn manier van rijden. Dat was ik altijd
al, maar ik heb het nog nooit tegen hem gezegd.''
In het begin van zijn carrière beschouwde Hakkinen teamgenoten
als tegenstanders. Inmiddels heeft hij zijn mening bijgesteld. ,,Mijn
teamgenoot is degene die me heeft geholpen om het wereldkampioenschap te
winnen. Je moet een bondgenoot maken van je teamgenoot, geen vijand.''
Zonder een kwaad woord over Coulthard te spreken, geeft Hakkinen het
verschil met de Schotse coureur aan. ,,Je kunt niet snel zijn op elk circuit. David is erg goed op sommige circuits, op andere
circuits niet. Dat geldt ook voor mij, maar ik heb blijkbaar minder
circuits waar ik niet goed rijd.'' Zonder schroom geeft Hakkinen toe dat
hij zonder Coulthard geen wereldkampioen had kunnen worden. Maar wie
denkt dat hij er op zijn beurt alles aan zal doen om zijn maatje volgend
jaar wereldkampioen te maken, heeft het mis. ,,Ik vind dat ook hij goede
resultaten verdient, maar ik ben hem niets verschuldigd. Wij kennen de
Formule I en het is een hard business. Er kan er maar
één winnen.''
Hoe goed Hakkinen dit seizoen ook presteerde, velen blijven beweren dat
Schumacher de betere coureur is van de twee. Hakkinen: ,,Dat
interesseert me helemaal niks. Als mensen dat willen zeggen, moeten ze
dat doen. Maar ik heb het WK gewonnen en hij is tweede. Natuurlijk, hij
is twee keer wereldkampioen geweest, maar dat is alweer lang geleden.''
Vaak stond de strijd om de wereldtitel in het teken van een grimmige
tweestrijd. Senna versus Prost, Schumacher-Hill,
Schumacher-Villeneuve, de recente voorbeelden liggen voor het oprapen.
Hakkinen is er de coureur niet naar om met collega's overhoop te liggen
of ze met dubieuze racetactieken te bestrijden. ,,Om te beginnen hebben
we allebei respect voor elkaar als coureurs. Ik beschouw het als een
teken van zwakte om negatieve uitlatingen over andere coureurs te doen.
Formule I is een fantastische sport en het geeft mij een ongemakkelijk
gevoel als ik zie dat coureurs de sport op die manier bederven. Het is
het erg kinderachtig en niet professioneel. Het gevecht moeten we op het
circuit leveren. Alleen daar kun je je gelijk halen. Je moet als coureur
ook niet vergeten dat de Formule I over de hele wereld veel fans heeft.
Wij zijn grote voorbeelden voor veel kinderen. Ook daarom zou ik me
schuldig voelen als ik lelijke dingen over andere coureurs zou zeggen.
Ik voel die verantwoordelijkheid en daar wil ik me naar gedragen.''
Zijn populariteit heeft in eigen land grote vormen aangenomen. Sinds hij
de wereldtitel won, verbleef hij een paar dagen in Finland, vooral bij
zijn ouders. ,,Heel Finland stond op z'n kop na Japan. Het was anders
dan anders. Iedereen was zo wild en uitgelaten, dat het gewoon
gevaarlijk voor me was om me daar te laten zien.''
Minder tijd voor vrienden en familie, minder tijd voor zichzelf: het is
de tol die Hakkinen voor zijn roem betaalt. Maar de voordelen wegen nog steeds op tegen de nadelen. ,,Ik vind het ook niet
correct om je te verstoppen. Een wereldkampioen moet niet op een eiland
zitten. Ik ben het de fans verschuldigd om me te laten zien.'' Finland
zal nog even moeten wachten. Vooral door sponsorverplichtingen ziet
Hakkinen nog geen kans voor een openlijk bezoek aan zijn vaderland.
,,Maar voordat het nieuwe seizoen begint (7 maart, Melbourne, red.) gaan
we nog wel met vakantie.''
Niet alle berichten over Hakkinen zijn positief. In het Britse blad
Autosport zei een Australische arts dat hij het betreurde dat
Hakkinen hem na zijn bijna fatale race-ongeluk in 1995 niet bedankte.
,,Er was niet één arts, het waren er een heleboel'', zegt
Hakkinen. ,,Het is een gebeurtenis waaraan ik geen prettige
herinneringen bewaar. Ik praat er niet graag over. Na de GP in Melbourne
in 1996 ben ik trouwens nog naar Adelaide gevlogen. Daar heb ik in het
ziekenhuis de artsen en verpleegkundigen ontmoet die me behandeld
hebben. Die ene arts had toen misschien een vrije dag. Alle anderen
hebben in elk geval het resultaat van hun werk kunnen zien. Ze vonden
het fantastisch dat ik weer back in business was en volgas
reed.''
Na de prijsuitreiking in Nijkerk staat buiten een fan op Hakkinen te
wachten. De 12-jarige Stefan Belters is niet voor niks overgekomen
vanuit Made. De wens om de wereldkampioen Formule I te ontmoeten, gaat
voor de jonge racefan op deze vrieskoude avond in vervulling. Aan de
twee sierlijke krullen die zijn handtekening vormen, voegt Hakkinen drie
woorden en een jaartal toe: The Flying Finn 98.
|
NRC Webpagina's
5 DECEMBER 1998
( a d v e r t e n t i e s )
|