|
|
|
NIEUWSSELECTIE VN Tribunaal VN
|
H O O F D A R T I K E L :
Troebele soep
Vandaag maakt het internationaal straftribunaal voor het voormalige Joegoslavië in Den Haag een begin met de openbare berechting van zijn eerste genocide-zaak, tegen de arts Kovacevic. Hoewel het wachten nog steeds is op grote leiders als Karadzic en Mladic, markeert deze zaak toch een nieuwe fase in de ontwikkeling van het straftribunaal. We hebben te maken met een opklimmende trap van gruwelijkheden. Er zijn oorlogsmidaden waarvan sommige zijn gekwalificeerd als misdrijf tegen de menselijkheid. Het gaat daarbij doorgaans om handelingen die onder het gewone strafrecht vallen; ze worden tot misdrijf tegen de menselijkheid omdat, zoals een geallieerd rechter na de oorlog het eens uitdrukte, ,,de menselijke persoonlijkheid ten diepste getroffen is''. Temidden van de misdrijven tegen de menselijkheid neemt genocide nog weer een speciale plaats in. De daders gelden als ,,hostis generis humani'' (vijand van de mensheid) en kunnen overal ter wereld worden berecht, onverschillig of zij hun delicten hebben begaan in vredestijd dan wel oorlogstijd en of het eigen dan wel vreemde onderdanen betreft. Het grote precedent van deze universele rechtsmacht vormt de berechting van Eichmann wegens de jodentransporten in de Tweede Wereldoorlog door Israel.
VOLGENS DE volkenrechtgeleerde Thomas Meron is een voordeel van een strafvervolging wegens genocide of andere misdrijven tegen de menselijkheid dat de klassificatie van het conflict waarin ze zijn begaan niet ter zake doet. In het eerste vonnis dat het Joegoslavië-tribunaal uitsprak, in de zaak-Tadic, zorgde deze klassificatie (internationaal, burgeroorlog?) voor de nodige beperkingen van het oordeel. De tegenhanger van de ruime rechtsmacht is dat het misdrijf genocide zoals Meron het uitdrukt ,,een bijzonder zware bewijslast'' kent. Dat is lastig, zeker in het geval van interne, etnische conflicten zoals in Bosnië: ,,troebele soep'', zoals oud-minister van Buitenlandse Zaken Kooijman het eens kernachtig uitdrukte in een interview. Het proces-Kovacevic in Den Haag vormt in elk geval een signaal voor de moeizame diplomatieke conferentie over een permanent straftribunaal in Rome. Dat tribunaal zal aanvullend (,,complementair'') moeten werken op de nationale justitie. Maar sommige deelnemers eisen een instemmingsrecht, het vereiste van toestemming van de betrokken staten om een internationale strafvervolging in te stellen. Dat staat haaks op de universele rechtsmacht voor misdrijven tegen de menselijkheid en genocide, die in Den Haag nu voorrang krijgt.
Zie ook: Excessief geweld norm in Kosovo (30 juni 1998) Zelfmoord Serviër in cel Scheveningen (29 juni 1998) Milosevic belooft overleg Albanezen (16 juni 1998) NAVO-oefening langs grens Kosovo (15 juni 1998) NAVO praat over militaire actie Kosovo (11 juni 1998) Plannen voor Kosovo (9 juni 1998)
|
NRC Webpagina's
6 JULI 1998
|
Bovenkant pagina |