M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
|
'Na het jaar 2000 volgt een inhaalslag op het gebied van commerciële toepassingen'
Concerntop ziet belang IT in
Door onze redacteur MICHIEL VAN NIEUWSTADT
NOORDWIJK, 15 MEI. De Rabobank experimenteert sinds 1987 met thuisbankieren via de computer, maar voor de klant blijft de telefoon het favoriete medium om op afstand te communiceren. ,,Met de Rabofoon is 99,9 procent van de gebruikers tevreden'', aldus directielid mr. H. Riedlin van Rabobank International. ,,Het keuzemenu onder de toetsen van een telefoon is zoveel eenvoudiger te gebruiken dan het toetsenbord van een computer.'' De constatering van Riedlin kwam aan het slot van een seminar over het gebruik van informatietechnologie in grote Nederlandse bedrijven, dat deze week plaatshad in Noordwijk. De Rabo-topman prikkelde zijn gehoor verder met sceptische opmerkingen over gebruik van Internet-technologie voor het verspreiden en opzoeken van informatie binnen een onderneming ('Intranet'). Het gebruik van Intranetten neemt explosief toe, maar Riedlin zakt de moed in de schoenen bij de duizenden treffers die hij krijgt na een zoekopdracht op het Rabo-Intranet. ,,Voor kleine groepjes op zoek naar gespecialiseerde informatie is zo'n Intranet nuttig'', aldus Riedlin. ,,Als algemeen middel voor het verspreiden van kennis binnen je organisatie ligt dat anders. Wij hebben een knowledge manager aangesteld, iemand die je vragen aanhoort en als een soort bibliothecaris in het netwerk de gewenste informatie voor je opzoekt.'' Met zijn reserves viel Riedlin wat uit de toon. Onderzoeksleider M. Gianotten van Giarte Media concludeerde op basis van veertig interviews dat bestuursvoorzitters en andere topmensen (van ABP tot Wegener) steeds meer belang hechten aan informatietechnologie. Volgens hem wordt minder gekeken naar inperking van de kosten en meer naar de concurrentievoordelen die informatietechnologie kan bieden. Onderzoek naar de kosten van automatisering heeft de afgelopen jaren ruim in de belangstelling gestaan. Veel managers zijn bekend met de belangrijkste conclusie dat de aanschaf van apparatuur slechts een klein deel van de totale kosten van automatisering uitmaakt. De kosten van onderhoud, beheer, verloren tijd door uitval van computers of uitleg over het gebruik ervan (total cost of ownership) zijn veel belangrijker. Toch kunnen veel managers niet becijferen wat de totale kosten zijn die uit pc's en netwerken voortvloeien. Omdat de fysieke pc een kleine component is in de totale kosten gaan topmanagers volgens Gianotten wel makkelijker over tot aanschaf van nieuwe pc's. Dit in de overtuiging dat met snellere en eenvormiger apparatuur op bijkomende kosten kan worden bespaard. Gianotten is weinig managers tegengekomen die hun budgetten voor informatietechnologie willen terugschroeven als het millenniumprobleem (computers die de overgang naar de volgende eeuw niet aankunnen) en de conversie naar de euro achter de rug zijn. ,,Na het jaar 2000 voorzie ik een inhaalslag op het gebied van commerciële toepassingen'', aldus Gianotten. Sommige managers grijpen de acute problematiek rondom euro en millennium nu al aan om hogere automatiseringsbudgetten te bedingen. De toegenomen interesse voor informatietechnologie komt voorts tot uiting in aanstelling bij een toenemend aantal Nederlandse ondernemingen van een aparte bestuurder voor informatietechnologie. Nu ressorteert de automatiseringsafdeling nog vaak onder een financiële man. Daarmee ontstaat het gevaar, aldus Gianotten, dat 'de automatisering' te veel wordt afgerekend op (financiële) controle en te weinig op het doorvoeren van vernieuwingen in de organisatie. De keuze voor een zogenoemde chief information officer (CIO), naar Amerikaans voorbeeld, wordt gemaakt ondanks de vaak problematische relaties tussen bestuursvoorzitters (CEO's) en CIO's in de VS. De laatste combineert vaak grote verantwoordelijkheid met beperkte bevoegdheden. Daardoor kan de functie-aanduiding CIO vaak worden vertaald als Career Is Over, aldus Gianotten. Hij plaatste vraagtekens bij de aanpak van het millenniumprobleem bij grote ondernemingen. Die is bij uitstek gebaat bij een snelle en doeltreffende actie door een klein team. Zo'n aanpak druist echter in tegen de Nederlandse overlegcultuur. Die beschouwt Gianotten als een handicap bij de aanpak van het probleem. ,,Eén ministerie heeft pas sinds 1 maart van dit jaar een team opgericht voor de aanpak van het probleem'', zegt hij. ,,Die zijn dus te laat, maar van een crisisaanpak mag niet worden gesproken. Dat geldt immers als een brevet van onvermogen voor de hoogst verantwoordelijken.''
|
NRC Webpagina's
15 MEI 1998
|
Bovenkant pagina |