U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    Z A T E R D A G S B I J V O E G S E L  
NIEUWS   | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORTE BERICHTEN  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

Van Brecht tot Baldwin

ELSBETH ETTY
Erst kommt das Fressen, dann kommt die Moral', schreef Bertolt Brecht en als dit adagium ergens van toepassing is, dan zeker in het huidige Zuid-Afrika, zou je denken. Zeker in deze overgangsperiode waarin de regering aan kritiek bloot staat omdat zij haar beloften aangaande werk, huizen en een beter leven voor de overgrote meerderheid van de zwarte bevolking niet kan waarmaken.

Des te verbazingwekkender is de enorme belangstelling die ik deze week aantrof voor morele kwesties onder Zuid-Afrikaanse journalisten en docenten journalistiek aan hogescholen (Technikons) en universiteiten. Toegegeven, op de conferentie over journalistieke ethiek in Belville, een uitgestrekte voorstad van Kaapstad, waren maar weinig zwarten aanwezig en een krant als The Sowetan was zelfs niet vertegenwoordigd. Misschien hebben zwarte kranten minder dan de wel vertegenwoordigde media, die door kleurlingen en Engelstalige blanken worden geleid, last van wat hier het grote probleem van de pers schijnt te zijn: een volkomen gebrek aan geloofwaardigheid. (De Afrikaanstalige kranten zoals Die Burger waren sowieso nergens te bekennen).

Over het gebrek aan vertrouwen in de media werd tijdens de conferentie het woord gevoerd door een ANC -topman, Kader Asmal, volgens wie er maar één remedie is tegen het slechte imago van de pers, namelijk volledige openheid. ,,Er is'', zo zei hij, ,,geen enkele reden om aan te nemen dat journalisten minder corrupt zijn dan anderen, zoals parlementsleden en ministers.''

Nederlandse journalisten mogen het merkwaardig vinden dat een minister (degene die zij geacht worden te controleren) de pers komt vertellen hoe zij zich dient te gedragen, maar in dit geval ging het om iemand die enig krediet heeft op het gebied van ethische normen. Niet alleen is Kader Asmal hoogleraar rechten van de mens, hij is ook degene die de gedragscode voor het Zuid-Afrikaanse parlement heeft opgesteld. Tot die gedragscode hoort dat alle economische belangen (geld, bezittingen zoals aandelen, commissariaten, nevenfuncties) openbaar zijn, om belangenverstrengeling en corruptie te voorkomen.

Op de vraag van de South African National Editors Forum of journalisten ook een gedragscode zouden moeten hebben, luidde zijn antwoord dat in de journalistiek 'professionaliteit' het enige is dat er wezenlijk toe doet. Daarmee bedoelde hij het hanteren van uitgangspunten als scheiding van feiten en opinie, het vermijden van verhalen waarvoor maar één bron is en het uit elkaar houden van informatie en propaganda, zowel op commercieel als op politiek terrein. Desondanks bleek een aantal vooraanstaande journalisten, zoals de hoofdredacteuren van de Cape Argus en de Sunday Independent wel degelijk behoefte te hebben aan een journalistieke gedragscode of op zijn minst een aantal ethische uitgangspunten die de media een minimum aan geloofwaardigheid kunnen verschaffen.

De 'code van Bordeaux', een in 1954 door de Internationale Federatie van Journalisten aanvaarde lijst van gedragsregels, was de aanwezige Zuid- Afrikaanse journalisten tot dusver onbekend. Maar na de uitleg van de secretaris van de Nederlandse Vereniging van Journalisten, Hans Verploeg, concludeerden zij dat deze universele journalistieke normen ook in Zuid-Afrika van toepassing behoren te zijn, ook al verschilt de situatie waarin de Zuid-Afrikaanse pers verkeert hemelsbreed van die in West-Europa en de Verenigde Staten. Maar ja, wie zou er ook bezwaar willen maken tegen het voorschrift dat een journalist de waarheid moet respecteren en het recht van het publiek op de waarheid moet dienen? Dat staat in artikel 1 van de internationale gedragscode.

En die formulering leidde toch tot nogal wat gegnuif.

Want wat is de waarheid in een land waar een 'Waarheidscommissie' dag in dag uit bezig is om elkaar in alle opzichten tegensprekende getuigen over de meest vreselijke misdaden te horen? Wat is feit, wat is fictie, wat is informatie en wat propaganda, en hoe moeten journalisten daar wijs uit?

Ook het laatste artikel van de 'Code de Bordeaux' leverde begrijpelijke problemen op. Daarin staat onder andere dat 'binnen de algemene wetten van hun land, journalisten in professionele kwesties alleen de jurisdictie van hun collega's erkennen'. Natuurlijk, journalisten moeten zich net als andere mensen aan de wet houden. Maar in Zuid-Afrika is de wet tientallen jaren gesteld door het apartheidsregime dat zelf onwettig was. En zelfs al heeft Zuid-Afrika sinds kort een voorbeeldige democratische grondwet, aan veel wetgeving valt nog wel het een en ander te verbeteren.

Neem het geval van dr. S. Mnusi, docente communicatiewetenschap aan de universiteit van Pietersburg. Zij kon tot haar spijt niet lang in Kaapstad blijven, omdat ze woensdag voor de rechtbank moest verschijnen op de beschuldiging dat zij iemand een heks had genoemd. Een wraakzuchtige collega had haar aangebracht, en het is in Zuid-Afrika een fors vergrijp iemand van tovenarij of hekserij te betichten.

Toch weerhoudt noch het bestaan van in vele opzichten achterlijke wetgeving, noch het web van leugens waarin Zuid-Afrika nog altijd is verstrikt, in ieder geval een aantal journalisten in dit land niet van een keuze voor universele ethische uitgangspunten. De zwarte journalist Mandla Langa koos in zijn Sunday Independent-artikel 'Het Winnie-circus vraagt om een nieuwe moraal' dan ook niet voor het citaat van Brecht. Moeten er eerst huizen en werk komen voor er een universeel principe (bijvoorbeeld vrijheid en onafhankelijkheid van de media) kan worden gehuldigd? Langa trok de omgekeerde conclusie uit het verhoor van Winnie Mandela. 'Het belangrijkste is, wat er ook verder gebeurt in dit treurige verhaal, dat wij, Zuid-Afrikanen, er de schrijvers van zijn. Om er zeker van te zijn dat het verhaal een happy end krijgt, moeten we een nieuwe moraal tot stand brengen en, zoals James Baldwin het uitdrukte, de principes creëren waarop een nieuwe wereld kan worden gebouwd.'

NRC Webpagina's
6 DECEMBER 1997


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)